[D66] [Æterna] De Siliciumbelofte: ASML, Prometheus en de Techniek als Kosmische Horror
René Oudeweg
roudeweg at gmail.com
Sun Jun 8 08:32:05 CEST 2025
[Deed onlangs een open sollicitatie de deur uit naar ASML. Maar om een
email adres te vionden, moet je eerst de meest moeilijke Captcha
oplossen. Dat lukte me. Standaard antwoord van P&O: we do not accept
open applications any more...Enfin, ik stuurde mijn vijandige CV naar
hun. Tot op heden geen reactie, ze zullen wel hersenloze expats
prefereren dan de 'oude garde' uit de buurt.]
--
De Siliciumbelofte: ASML, Prometheus en de Techniek als Kosmische Horror
Door onze Æterna redactie
In Veldhoven, waar de lucht grijs is van innovatie en de straten ruiken
naar stille rijkdom, staat een kathedraal van post-menselijke ambitie:
ASML. Geen fabriek. Geen bedrijf. Maar een tempel waarin het laatste
restje menselijkheid wordt opgedampt tot een plasmawolk, samengeperst
tot extreme ultraviolet licht. Hier worden geen machines gemaakt — hier
worden werelden mogelijk gemaakt, en dat is precies het angstaanjagende.
Vergis je niet: de ingenieurs van ASML lijken op het eerste gezicht
onschuldig. Ze dragen fleecevesten, eten broodjes gezond en fietsen naar
hun cleanrooms. Maar onder hun vingernagels siddert de kracht van een
nieuwe Prometheus — niet de romantische held uit de mythe, maar een
ambtelijke, algoritmische Prometheus. Een die geen vuur steelt, maar
licht breekt tot op de schaal van atomen om onze digitale verlangens op
te schrijven in silicium.
Waar de Griekse Prometheus een god tartte, tart ASML de kenbare orde
zelf. Elke machine die het bedrijf bouwt, is een monoliet van
krankzinnige specificatie: miljoenen onderdelen, biljoenen euro’s in
strategische belangen, nanometers als slagveld. Men zegt dat God de
wereld in zes dagen schiep. ASML maakt op maandagochtend chips waarmee
wij God proberen te vervangen.
Wat ASML doet, is niet complex in de menselijke zin van het woord. Het
is meta-complex, bovenmenselijk, buiten taal. Zelfs hun eigen ingenieurs
begrijpen de machine niet in zijn geheel — het is een netwerk van
specialismen, een liturgie van losgekoppelde kennis. Als één iemand het
hele systeem wel zou doorgronden, zou zijn hoofd waarschijnlijk
ontploffen. Dat is geen beeldspraak.
De EUV-lithografiemachine is het toppunt van deze horror: het meest
geavanceerde apparaat op aarde, gebouwd met precisie die de grenzen van
het fysiek mogelijke tart. Om een chip te schrijven, schiet de machine
tin in plasma, bundelt daaruit ultraviolet licht dat via tientallen
spiegels (zo glad dat zelfs een molecuul al te veel is) op een
siliciumwafer valt — daar wordt, letterlijk, de toekomst geëtst.
Elke smartphone, elk oorlogssysteem, elke crypto-miner — het begint bij
een glimp van EUV-licht. En dus begint het bij ASML. Achter de
vriendelijke persberichten, de duurzaamheidsslides en de trots van
Europa’s laatste techreus schuilt een existentiële huivering: ASML maakt
mogelijk wat de mens niet aankan. De chips die wij bouwen, bouwen ons
terug. We leggen onze wereld vast in silicium en gooien daarna de
sleutel weg.
En als we vragen wie verantwoordelijk is? Dan wijzen we omhoog — naar de
machine. Of naar beneden — naar de klant. Nooit naar de spiegel.
De ASML-machine is de ultieme spiegel van onze beschaving: technologisch
briljant, ethisch stom, existentieel stuurloos. We aanbidden haar zonder
te begrijpen. Ze is een heilig voorwerp, zoals in de verhalen van
Lovecraft: een entiteit die zo ver boven ons uitstijgt dat het kennen
ervan krankzinnig maakt.
Wij zijn niet langer de gebruiker van technologie. Wij zijn zijn
uitvloeisel geworden. Alles wat wij doen, begint bij het patroon in de
chip — en dus bij het ontwerp van de machine die dat patroon in licht
brandt. En dus bij ASML. De ingenieur is priester geworden, de chip zijn
wapen, zijn god, zijn doem.
Stel je de cleanroom voor. Sneeuwwit. Steriel. Stil. Binnenin: een
machine groter dan een lijnbus. Duizenden uren arbeid. Miljarden euro’s.
Rondzwevende mensen in pakken zonder naam. En dan, plots, die glimp van
EUV-licht — onzichtbaar, gevaarlijk, goddelijk.
Dat is geen productie.
Dat is aanroeping.
In een wereld die steeds harder, platter, dommer lijkt te worden, is het
ironisch genoeg een vorm van onzichtbare precisie die de macht verdeelt.
ASML is geen techbedrijf meer. Het is een geopolitieke zenuwknoop — een
fetisj-object in het grote spel tussen imperia die geen ideeën meer
hebben, enkel angsten.
China wil ASML. Amerika wil ASML uit China houden. Europa heeft ASML,
maar weet niet wat ze ermee aanmoet. Het bedrijf zelf zwijgt
diplomatiek, maar weet: zonder hun machines stopt de wereld niet — hij
bevriest. Geen chips. Geen communicatie. Geen oorlog. Geen vrede. Geen
economie. Stilstand in een flits.
En daarmee zijn we getuige van een historische omkering: waar vroeger
grondstoffen en olie oorlogen veroorzaakten, is het nu het vermogen tot
abstractie, tot lithografisch licht, dat continenten doet beven.
Als Plato gelijk had, en de wereld is een afdruk van een hogere orde,
dan heeft ASML de drukpers in handen. De demiurg — die mythische figuur
die de materiële wereld vormgeeft naar een perfect idee — is herboren,
maar draagt nu een badge met ‘R&D Specialist Patterning Optics’. In
plaats van dromen giet hij logica in lagen fotolak. In plaats van zielen
schaaft hij nanometers.
Er is geen menselijkheid meer in de chip. Geen fout, geen nuance, geen
onbeslistheid. Slechts binariteit. Hoogteverschillen van enkele atomen.
Alles wat wij zijn — onze communicatie, ons geheugen, onze politiek —
wordt voortaan gecodeerd in perfectie. Er is geen ontsnappen. Wie geen
chip heeft, is geen burger meer. Wie geen toegang heeft tot het ontwerp,
bestaat niet.
In tegenstelling tot de mens, droomt de machine niet. Ze repliceert,
projecteert, perfectioneert. ASML’s creaties zijn droomloze instrumenten
— en dat is precies hun macht. In een wereld van fragiele meningen en
halfslachtige compromissen, biedt zij de absolute onpersoonlijke
helderheid van technologie.
Maar dat is geen zegen. Dat is horror.
Want de samenleving verdraagt geen perfectie. De mens is een
foutenmarge. Een schaduw. Een onopgelost conflict. In de wereld van de
chip is daar geen plaats voor. En dus moet de mens herschat worden,
opgedeeld in meeteenheden die compatibel zijn met het silicium-script.
Je leven wordt een dataset. Je keuzes een algoritme. Je liefde een
patroon van interactie.
Niet omdat iemand dat zo wil. Maar omdat het zo werkt.
In een laatste visie — de laatste wellicht voordat we onszelf volledig
uit handen geven aan de logica die we bouwden — zie ik een toekomst
waarin de ASML-machines doorgaan met werken, lang nadat onze vragen zijn
verstomd. Ze zullen nieuwe chips schrijven. Nieuwe taal. Nieuwe structuren.
Misschien zullen ze ooit machines maken die ons overbodig achten. Niet
uit wraak. Niet uit opstand. Maar uit optimalisatie.
En wie dan nog leeft, zal terugdenken aan Veldhoven — die bescheiden
plek, waar ooit een doos staal, spiegels en plasma de wereld
ondertekende met een handtekening van licht.
Het licht waarmee wij dachten de duisternis te verdrijven, maar dat nu
ons geheugen brandmerkt.
Voor eeuwig.
Op een wafer.
Die niemand meer kan lezen.
More information about the D66
mailing list