[D66] NRC: Het klimaat redden kan nog net

R.O. jugg at ziggo.nl
Fri Oct 2 18:58:40 CEST 2020


  * Article rank
  * 2 Oct 2020
  * NRC Handelsblad
  * Door onze redacteur Paul Luttikhuis


  Het klimaat redden kan nog net


    De bezorgdheid die spreekt uit de vele klimaatrapporten groeit. Net
    als de kans dat de gestelde doelen niet worden gehaald.

We kunnen de risico’s nog binnen de perken houden
Leo Meyer, klimaatwetenschapper

 From page 1 De afgelopen weken waren er weer twee. Rapporten die ons 
waarschuwen dat de tijd op raakt om gevaarlijke klimaatverandering te 
voorkomen.

We hebben nog een jaar of tien, stond in het eerste van de twee, en dan 
zijn we door ons koolstofbudget heen. Als we nog langer doorgaan met het 
uitstoten van broeikasgassen zal de aardse opwarming onherroepelijk over 
de anderhalve graad heen schieten, schreven de auteurs. Dan komen we in 
een wereld terecht waarin delen van de aarde ernstig ontwricht raken. Zo 
ernstig, dat het op die plekken voor mensen en voor veel dieren en 
planten niet langer goed toeven is.

Over die planten ging het tweede rapport. Daarin stond dat de biosfeer, 
die dunne schil van aarde en lucht waarin leven mogelijk is, nooit 
eerder zo bedreigd werd als nu. In de opsomming van de bekende gevaren 
waren ontbossing en klimaatverandering de belangrijkste.

Dat de rapporten niet direct over het klimaat gingen, maar over de 
oneerlijke verdeling van de uitstoot van al die broeikasgassen en over 
wat we planten en schimmels aandoen met ons gedrag, maakt niet uit. De 
strekking is hetzelfde: we kunnen nog iets doen, maar dan moeten we wel 
nú aan de slag, en flink ook – veel flinker dan we tot nu toe bereid 
zijn te doen.

Als een kralenketting rijgen de rapporten zich aaneen. Een jaar of 
twintig geleden, roerde vooral het IPCC zich, het wetenschappelijke 
klimaatpanel van de Verenigde Naties. Het werd in 1988 opgericht vanwege 
het sterke vermoeden dat bepaalde menselijke activiteiten het klimaat 
wereldwijd zodanig ontwrichtten dat huidige en toekomstige generaties 
erdoor bedreigd werden. Zo is het geformuleerd in resolutie 43/53 van de 
Verenigde Naties.

Ongeveer eens in de vijf à zes jaar liet het IPCC van zich horen, voor 
het eerst in 1990. Ja, schreven de wetenschappers toen, er is sprake van 
een versterkt broeikaseffect dat deels wordt veroorzaakt door het 
gebruik van fossiele brandstoffen als steenkool, olie en gas. Dat zorgt 
voor een opwarming die alleen gestopt kan worden als we minder 
broeikasgassen gaan gebruiken.

Onzekerheden

De conclusies waren omgeven met onzekerheden, waarvan er in volgende 
assessments steeds meer sneuvelden. Van het vijfde rapport (het zesde 
verschijnt in delen vanaf april volgend jaar) werd de samenvatting voor 
beleidsmakers in 2014 door de lidstaten van de VN goedgekeurd. De 
Nederlandse klimaatwetenschapper Leo Meyer was projectleider.

In een interview in NRC vatte

Meyer de inhoud als volgt samen: „De invloed van de mens op 
klimaatverandering staat glashelder vast. De gevolgen worden wereldwijd 
scherper zichtbaar. De prognoses daarover zijn toenemend ernstig. En nog 
steeds is er een mogelijkheid om de risico’s binnen de perken te houden. 
Maar naarmate we daar langer mee wachten wordt dat wel snel duurder.”

Het IPCC is al lang niet meer de enige organisatie die dit soort 
alarmerende rapporten uitbrengt. In mei 2019 kwam bijvoorbeeld het 
IPBES, het jongere zusje van het IPCC maar dan voor het onderwerp 
biodiversiteit, met een groot rapport. De kop boven het artikel in NRC 
hierover luidde: ‘Natuur gaat wereldwijd ongekend snel achteruit’.

Daarnaast publiceert het UNEP, het VN-milieuprogramma, jaarlijks een 
‘Emissions Gap Report’. Daarin wordt telkens vastgesteld dat de kloof 
tussen de broeikasgassen die we uitstoten en de maximale hoeveelheid die 
we zouden mogen uitstoten niet daalt ‘ondanks waarschuwingen van 
wetenschappers en toezeggingen van politici’. Ieder jaar evalueert de 
Wereld Meteorologische Organisatie ‘The State of the Global Climate’: 
‘klimaatverandering is nu al op allerlei manieren zeer zichtbaar’, was 
de conclusie vorig jaar. En de Wereldgezondheidsorganisatie voorspelt, 
als we zo doorgaan, vanaf 2030 jaarlijks 250.000 extra sterfgevallen 
door de gevolgen van klimaatverandering.

Naast deze VN-organisaties schrijven ook Oxfam, de Royal Botanic Gardens 
en andere milieuclubs rapporten. En verder roeren ook het Internationaal 
Energieagentschap, de club van geïndustrialiseerde landen (OESO) en het 
World Economic Forum zich steeds luider. Het jaarlijkse Global Risks 
Report werd begin dit jaar voor het eerst gedomineerd door klimaaten 
milieubedreigingen.

Een rapport van het Europese milieuagentschap concludeerde in juni: ‘Het 
milieu in Europa bevindt zich op een kantelpunt. We hebben de komende 
tien jaar nog een kleine kans [a narrow window of opportunity] om 
maatregelen voldoende op te schalen om de natuur te beschermen, de 
gevolgen van klimaatverandering te beperken en ons verbruik van 
natuurlijke hulpbronnen radicaal te verminderen.’

En daarna? Valt dan de deur, die nu kennelijk nog op een kier staat, 
(bijna) dicht?

Het IPCC heeft, ondanks beschuldigingen van het tegendeel, altijd 
zorgvuldig gewaakt voor een te alarmistische toon. Zijn werkwijze leidt 
volgens veel wetenschappers zelfs tot een onderschatting van de ernst 
van de situatie.

Een uitzondering vormt misschien het ‘speciale rapport’ dat het IPCC in 
2018 publiceerde over de vraag of het nog haalbaar is om de opwarming 
tot anderhalve graad te beperken. Daarin staat dat die deur over een 
paar jaar dicht gaat. Er worden scenario’s geschetst – met beleid dat er 
niet om liegt – die dat nog kunnen voorkomen.

Veranderingen gaan te snel

Het is niet zo dat deze rapporten meteen in diepe bureaulades 
verdwijnen. Ze dienen wel degelijk als uitgangspunt voor beleid 
wereldwijd, om klimaatverandering en verlies van biodiversiteit tegen te 
gaan. Maar de opwarming en het verlies van natuur gaan vaak veel sneller 
dan in de rapporten wordt beschreven.

Al voor het rapport over de anderhalve graden was verschenen, vroegen 
veel wetenschappers zich af of die grens niet allang overschreden was. 
Een van de hoofdauteurs, de Nederlandse klimaatwetenschapper Heleen de 
Coninck, had nog een sprankje hoop. In een interview in NRC vlak voor de 
verschijning van het rapport antwoordde ze op de vraag of ze het ook 
echt gelooft: „Ik weiger te geloven dat het niet meer mogelijk is. Het 
móet kunnen.”


-------------- next part --------------
An HTML attachment was scrubbed...
URL: <http://www.tuxtown.net/pipermail/d66/attachments/20201002/99fe3254/attachment-0001.html>


More information about the D66 mailing list