[D66] Op naar een intelligente euro
Dr. Marc-Alexander Fluks
fluks at combidom.com
Mon Jun 1 12:44:01 CEST 2020
Bron: Elsevier Weekblad
Datum: 31 mei 2020
Auteur: Andre ten Dam
URL:
https://www.elsevierweekblad.nl/opinie/opinie/2020/05/op-naar-een-intelligente-euro-759177/
Op naar een intelligente euro
-----------------------------
Bij de corona-lockdown koos de Nederlandse regering voor een
'intelligente' aanpak. Wat niet kan worden gezegd als het gaat om de
problematische eenheidseuro. Eurodom is het beleid, schrijft Andre ten
Dam. Een blauwdruk voor een 'intelligente' euro, van Nederlandse
makelij, ligt gelukkig op de plank. Daar zal de 'Next Generation' ons
dankbaar voor zijn.
De vorige keer was het de financiele crisis. Nu, tien jaar later, is de
corona-pandemie de katalysator van economische ellende en de weer
opgelaaide eurocrisis. De euro blijft voor problemen zorgen. En wederom
ook voor ruzie tussen de Zuid-Europese landen en Nederland.
Kennelijk zonder iets te hebben geleerd van de eurolessen sinds 2010,
gaat de Nederlandse regering in de nu weer opgelaaide eurocrisis
klakkeloos mee in het destructieve, door Frankrijk en Duitsland
gedicteerde Europese beleid. Het helpt niet dat het benevelde gros van
de gevestigde media en economen, alsook van het Nederlandse financiele
journaille, dezelfde dogmatisch-ideologische 'blinde eurovlek' heeft.
'Gezond verstand' en het Regeerakkoord suggereren toch een andere weg.
De basis voor economisch herstel in elk euroland ligt immers niet in het
- zogenaamd uit 'solidariteit' - structureel doorsluizen via de Europese
Centrale Bank (ECB) en de nood- en herstelfondsen van miljarden euro's
Nederlands belastinggeld naar Zuid-Europa. Nee, daarvoor is een nieuw,
intelligent Europees monetair stelsel de remedie.
Het euro-experiment is faliekant mislukt en moet worden gestaakt
Na eerdere spijtbetuigingen van VVD-icoon Frits Bolkestein is nu ook bij
Bert de Vries, generatiegenoot en prominent CDA-minister ten tijde van
de invoering van de euro, het hoge woord eruit: het euro-experiment is
mislukt, doet veel meer kwaad dan goed, en zorgt voor ruzie tussen de
eurolanden. De euro is een ernstige bedreiging voor de Europese
samenwerking. Het euro-experiment moet worden gestaakt. Het is niet
anders, aldus De Vries.
Om economisch optimaal te kunnen presteren, dient elk land een munt te
hebben met een wisselkoers die de kracht van de eigen economie goed
weerspiegelt. Bij die eigen munt hoort een passend renteniveau. Beide
dienen de degelijkheid en schokbestendigheid van de staatsfinancien het
best. Dit betekent dat onderlinge economische convergentie de
belangrijkste voorwaarde is voor het succes van een (wat betreft
wisselkoers en rentebeleid) 'one-size-fits-all'-muntunie. Dat wil zeggen
dat de economieen van de aan zo'n muntunie deelnemende landen qua
kracht, productiviteit en ontwikkeling goed met elkaar in de pas moeten
lopen.
Zoals econoom De Vries uitlegt, is bij de eurolanden het tegendeel het
geval. De economieen van de eurolanden zijn onderling juist divergent,
veel te verschillend. En ga je dan toch zo'n
'one-size-fits-all'-muntunie met elkaar aan, dan worden de onderlinge
verschillen nog veel groter.
Omdat er in het eurosysteem juist geen onderlinge
wisselkoersaanpassingen zijn door te voeren, heeft de euro zich
gaandeweg ontwikkeld tot een veel te dure munt voor de Zuid-Europese
landen, en tegelijkertijd tot een veel te goedkope munt voor landen als
Nederland en Duitsland. Om de eurozone bij elkaar te houden - en daarmee
de euro overeind - voert de ECB een extreem laag, zelfs negatief
rentebeleid. Het is de garantie voor de grootst mogelijke ellende. Dat
zien we sinds 2010 helaas ook in toenemende mate.
De euro is destructief voor alle eurolanden
Voor de zwakkere zuidelijke eurolanden komt de ellende tot uiting in een
steeds verder afkalvende internationale concurrentiepositie, economische
teruggang of stagnatie, en oplopende begrotingstekorten. Met als gevolg:
structureel hoge werkloosheid met veel armoede onder de bevolking en
excessief oplopende staatsschulden. Slechts door megatransfers vanuit de
sterkere landen kunnen de zwakkere landen het hoofd (nog net) boven
water houden.
Die geldtransfers geschieden op twee manieren. Enerzijds middels het
voor de burger onzichtbare, maar steeds verder uitdijende ECB-beleid dat
gericht is op de herverdeling van geld. En anderzijds middels de
Europese nood- en herstelfondsen, die in aantal en omvang steeds verder
toenemen.
Voor de sterkere eurolanden, zoals Nederland en Duitsland, komt de
ellende vooral tot uiting in een ernstige en structurele
koopkrachtaantasting van burgers en bedrijven. En daarmee ook in een
ernstige aantasting van de binnenlandse uitgaven, het veruit grootste en
belangrijkste deel van de Nederlandse economie. Als gevolg van de door
de ECB tot nul gereduceerde rente - opdat de zwakke eurolanden niet
helemaal kopje onder gaan - worden de Nederlandse pensioenen keer op
keer gekort en is de Nederlandse spaarder structureel de pineut. Een
teken aan de wand is dat in een zogenoemd 'rijk land' als Nederland de
koopkracht sinds de invoering van de euro nauwelijks tot niet is
verbeterd en de private schulden zeer hoog zijn. Sinds de invoering van
de euro zijn de voedselbanken dus niet zonder reden als paddenstoelen
uit de grond geschoten.
Zo is de eenheidsmunt niet profijtelijk maar juist schadelijk. Voor elk
euroland! De Europese Unie transformeert tot een onhoudbare
schuldenunie. Dat is natuurlijk nooit de bedoeling geweest. Maar zo
kunnen we het tot ondergang gedoemde 'Europa' natuurlijk niet aan onze
kinderen nalaten.
De euro verzwakt de interne handelsmarkt en ondermijnt de rechtsstaat
Deel van de ellende is dat de euro ook de interne handelsmarkt verzwakt.
Dat blijkt ook uit de praktijk. Interne-marktlanden die de euro niet
hebben - denk aan Zweden, Noorwegen, Denemarken, IJsland, Zwitserland en
ook Engeland - hebben sinds 2010 beter gepresteerd dan de eurolanden
gemiddeld. Net als andere ontwikkelde landen elders in de wereld, zoals
Canada, Japan, Singapore en de Verenigde Staten.
Na het realiseren van onderling evenwichtige wisselkoersen zou elk
euroland economisch weer optimaal kunnen presteren. En daarmee wordt,
per definitie, ook de interne markt veel beter gediend.
Wat ook zeer kwalijk is, is dat praktisch alle euro-reddingsoperaties
feitelijk illegaal zijn. Hoe je het ook wendt of keert, ze zijn strijdig
met het verdragsrechtelijke 'no-bail-out'-verbod. Dat houdt in dat het
ene euroland niet voor de schulden van het andere euroland mag instaan -
dus dat elk euroland financieel zijn eigen broek moet ophouden. Het
opkoopbeleid van de ECB is strijdig met het verdragsrechtelijke en
statutaire verbod op monetaire financiering.
De Europese Centrale Bank acteert al jaren buiten haar juridische
mandaat. De ECB heeft verdragsrechtelijk en statutair immers maar een
taak toebedeeld gekregen, en dat is het bewerkstelligen van
prijsstabiliteit. Niets meer en niets minder. Het redden van de euro als
ECB-taak - zoals voormalig voorzitter Mario Draghi en huidig voorzitter
Christine Lagarde luidkeels voorstaan - en het feitelijk monetair
financieren van Zuid-Europa, zijn beide verboden terrein voor de ECB.
Door hun zeer sterke eurogezindheid heeft zowel het Europese Hof van
Justitie als het Duitse Constitutionele Hof sinds 2010 alle daartegen
geuite, juridisch gerechtvaardigde bezwaren naar de prullenbak verwezen.
Tot voor kort. Kennelijk omdat het die opstelling voor zichzelf niet
langer kon verantwoorden, begint het Duitse Hof nu heel voorzichtig zijn
mond open te doen.
Van de uitvoering van haar enige taak maakt de ECB intussen ook nog eens
een potje. De ECB streeft helemaal niet naar prijsstabiliteit, maar
juist naar inflatie. Van circa 2 procent per jaar. Dat hebben ze daar in
Frankfurt er zo zelf maar van gemaakt.
Discussieer niet over nood- en herstelfondsen, maar over de euro zelf!
De Nederlandse en Duitse gevestigde politiek leeft sinds 2010 in de
dogmatisch-ideologische illusie dat de euro te redden is. Indien
Zuid-Europa maar 'Duits-Nederlands' gaat denken en doen, en zijn
economieen hervormt, zullen de uit het lood geslagen economische
verhoudingen wel bijtrekken, zo denken ze. Maar de praktijk is een
geheel andere. De verschillen worden alleen maar groter. Er zijn immers
ook culturele verschillen. Het frivolere Italie en Frankrijk hervormen
nauwelijks. En als ze dat wel zouden doen, zouden de onderlinge
economische verschillen bij lange na niet worden overbrugd. Die zijn
daarvoor veel te groot.
Tegen beter weten in wordt er dan maar 'uit solidariteit' steeds meer
Nederlands en Duits belastinggeld naar Zuid-Europa getransfereerd. Aldus
hebben Nederland en Duitsland niet alleen de zwakkere regio's in eigen
land op de schouders, maar hebben ze heel Zuid-Europa daar nog eens
bijgekregen. Een kind begrijpt dat dat niet kan. Als gevolg daarvan
slepen de zwakkere landen uiteindelijk de sterkere mee het ravijn in!
Eurodom dus! Economisch en financieel herstel uit crises, ook uit de
huidige, begint voor elk euroland met de terugkeer naar een evenwichtige
wisselkoers. En waar nodig met - het is niet anders - het afboeken van
staatsschulden tot een houdbaar niveau. Dat is Europese solidariteit!
Let wel, als we aan het begin van de eerste eurocrisis direct de
noodzakelijke onderlinge wisselkoersaanpassingen hadden gerealiseerd,
zouden alle eurolanden en hun burgers er economisch en financieel nu
veel beter hebben voorgestaan. De economische ellende als gevolg van de
corona-pandemie was dan door elk euroland een stuk gemakkelijker te
absorberen geweest.
Kortom, op al die Eurotoppen vanaf 2010 in de Eurocrisis 1.0, en ook nu
weer in die van de Eurocrisis 2.0, wordt telkens het verkeerde onderwerp
bediscussieerd. De discussie moet niet gaan over nood- en herstelfondsen
voor de zuidelijke eurolanden, maar over de euro zelf!
Gezond verstand en het Regeerakkoord
Het is al met al dus in ieders belang (en meer dan de hoogste tijd) om
het destructieve en almaar ruzie veroorzakende eenheidseuro-experiment,
nu eindelijk te beeindigen. Dat zegt niet alleen het gezond verstand.
Dat vloeit logischerwijze ook voort uit het consistent geformuleerde
Nederlandse eurobeleid. Zo lezen we in de Europa-paragraaf van het
huidige Regeerakkoord het volgende:
* (1) Het is van belang dat regels daadwerkelijk en consequent worden
gehandhaafd en uitgevoerd;
* (2) De monetaire unie en de euro moeten dienstbaar zijn aan de
economische groei in Nederland en de eurozone;
* (3) Een slecht functionerende monetaire unie is een bedreiging voor
het voortbestaan van de EU als geheel;
* (4) De Europese begrotingsregels en de 'no-bail-out'-regel dienen
nageleefd respectievelijk op een geloofwaardige manier hersteld te
worden;
* (5) Onhoudbare schulden van landen moeten worden geherstructureerd;
* (6) De financiele eurorisico's die Nederland loopt, moeten adequaat
beheerst en gereduceerd worden;
* (7) De EU dient geen schuldengemeenschap te worden;
* (8) Daarom mogen er geen (verdere) stappen in een transferunie gezet
worden;
* (9) Het gemeenschappelijk financieren van schulden van EU-landen is
daarom ongewenst;
* (10) En er mogen geen vormen van eurobonds ingevoerd worden.
Als het niet zo in- en intriest was, zouden we erom kunnen lachen. Het
'redden' van de euro sinds 2010 heeft voor al deze tien punten juist het
tegengestelde bereikt. Het almaar meegaan in het 'redden' van de euro,
ook door Nederland, is geen intelligente exercitie geweest.
Hoewel kennelijk niemand van onze economen en ons financiele journaille
de moed weet te vinden om dat scherp te benoemen - het
dogmatisch-ideologische eurovirus is immers hardnekkig en chronisch van
aard - bedraagt de euroschade sinds 2010 al vele duizenden miljarden
euro's. Deze schade loopt elke dag verder op. In de huidige Eurocrisis
2.0, met een nog veel groter scala aan nood-, herstel- en steunfondsen
en ECB-beleid, in een nog veel hoger tempo.
Al doende is de euro ook nog eens verworden tot een Zuid-Europese
'Weichwahrung'. Aldus is er niets overgebleven van het traditionele
Nederlandse sterke-muntbeleid, dat koopkracht en welvaart garandeerde en
verhoogde, waarmee onze kwalitatief-innovatieve exportproducten
overigens ook altijd prima hun weg in de wereld hebben weten te vinden.
Zoals vaker is de weg naar de hel geplaveid met goede bedoelingen
Duitsland heeft zijn na-oorlogse existentie, niet geheel onbegrijpelijk,
aan 'Europa' opgehangen. Maar sinds 2010 vooral ook aan de euro - 'Der
Euro muss sein.' Zoals wel vaker hebben ook hier goede bedoelingen de
weg naar de hel geplaveid. De euro - overigens ook een exponent van
doorgeslagen liberalisme - is immers een misbaksel gebleken. Duitsland
moet daarvoor steeds meer betalen. En Nederland wordt daarin meegezogen.
Dat valt niet meer te verkopen aan de Nederlandse belastingbetalende
burger, zegt ook onze minister-president. Bovendien hebben wij burgers
in de nu begonnen crisistijden elke euro zelf hard nodig. Anders dan de
gemiddelde Zuid-Europeaan zit de Nederlander al tot zijn nek - juist
door de euro - in de private schulden. Onder druk van het eeuwige Duitse
oorlogsschuldgevoel gaat onze premier in 'Europa' desondanks keer op
keer door de knieen. Ook nu weer. De makke Kamerfracties van het minder
naieve en minder onverstandige deel van de coalitie, zullen ook wel weer
volgen. Met zijn allen onze ondergang tegemoet.
Frits Bolkestein en Bert de Vries hebben volkomen gelijk. Het
'one-size-fits-none'-euro-experiment moet worden gestaakt. En wel zo
spoedig mogelijk!
De enige vraag die dan resteert, is: hoe nu verder?
Terug naar nationale munten?
Gelet op het feit dat er ook economische verschillen zijn tussen zowel
de zwakkere landen onderling als tussen de sterkere landen, lijkt het
logisch om (de voormalige) nationale munten opnieuw in te voeren. Op
basis daarvan kan dan een nieuw Europees wisselkoersstelsel worden
gevormd. Dat sluit ook naadloos aan bij het feit dat economisch beleid
op lidstaat-niveau wordt bepaald, op nationaal niveau dus.
In een aanpasbare waardeverhouding tot de diverse nationale valuta's,
zal de euro dan uitsluitend kunnen voortbestaan als overkoepelende
Europese anker-rekeneenheid voor grensoverschrijdende transacties binnen
de interne markt, en voor de verrekening van betalingen in een ander
euroland. Zoals de ECU in het pre-euro tijdperk, maar dan wat
gesofisticeerder. Dit zal een heel, heel grote verbetering zijn. Dit
scenario is nu ook door Bert de Vries naar voren geschoven.
Een nadeel hiervan is wel dat we de (potentiele) voordelen van de euro
kwijtraken en daarmee bijvoorbeeld het aloude probleem van
valutaspeculatie van de zwakkere Europese munten terugkrijgen. Een
praktische complicatie voor dit scenario is dat er een verdragswijziging
noodzakelijk is. Als die al lukt, dan duurt dat jaren. Het veruit
grootste obstakel is dat de gevestigde politiek daarmee toegeeft dat de
invoering van de euro en het sinds 2010 voortmodderen met de munt,
faliekant verkeerde beslissingen zijn geweest. Dat ligt natuurlijk nogal
gevoelig.
De 'intelligente' euro: The Matheo Solution (TMS)
Gelukkig is er een ander alternatief, van Nederlandse makelij: The
Matheo Solution (TMS).
Met een beetje creativiteit draaien we het 'terug naar nationale
munten'-scenario gewoon om. Dan worden 'betaalmiddelen' (de nationale
munten/rekeneenheden) uitsluitend nationale 'rekeneenheden', en wordt,
vice versa, de euro zowel overal het enige 'betaalmiddel' als de
overkoepelende Europese 'anker-rekeneenheid'.
Dan krijgen we dus geen 19 nationale valuta's en 19 nationale
rekeneenheden met 1 overkoepelende Europese anker-rekeneenheid. Nee, dan
krijgen we 19 nationale rekeneenheden met slechts 1 valuta annex
overkoepelende Europese anker-rekeneenheid. En dat is dus veel
eenvoudiger!
Daarmee ontstaat er opeens iets heel moois en bijzonders. Een innovatief
en voor de (onderling zo divergente) eurozone perfect passend en
functionerend Europees monetair stelsel op basis van de euro (met behoud
van alle voordelen daarvan). Daarmee wordt wel voorzien in de
mogelijkheden van aanpassing van de onderlinge 'wisselkoersen' en van
rentedifferentiatie tussen de eurolanden. Dan hebben we, zeg maar,
opeens een 'intelligente' euro.
We zien dan dezelfde beoogde resultaten als bij het 'terug naar
nationale munten'-scenario, maar dan dus veel eenvoudiger en zonder alle
nadelen, complicaties en obstakels ervan.
Bij TMS blijft de euro in elk euroland van de eurozone gewoon hetzelfde
en enige betaalmiddel. Daarmee kan TMS op heel eenvoudige wijze, zonder
verdragswijziging en razendsnel als de brandweer worden ingevoerd. Van
de ene op de andere dag. Het aardige van TMS is ook dat, met de
herintroductie van de monetaire 'flexibiliteit' binnen het Europact, de
eurogezinde gevestigde orde in een 'narrow escape' het door hen zo
gevreesde gezichtsverlies wordt bespaard.
De euro is dan geen ruziemunt en splijtzwam meer, maar juist een
bindende factor voor de diverse eurolanden. Eindelijk dienstbaar aan de
interne markt. Alsmede aan de burgers en bedrijven in elk euroland. Daar
zal de 'Next Generation' ons dankbaar voor zijn!
--------
(c) 2020 One Business
More information about the D66
mailing list