Broeikas nee, broeikas ja

Paul Doucet doucet at BIO.VU.NL
Wed Dec 8 10:44:14 CET 1999


In de toch al gecompliceerde discussie over klimaatverandering kwam Marc
Fluks ons vertellen dat het broeikaseffect helemaal niet bestaat; met als
implicatie dat alle gedoe rond de effecten van toegenomen CO2-uitstoot een
irrelevante spookdiscussie is.
Je ziet sommige lijsters weifelen. Zou al die politieke opwinding daarmee
nu in 1 klap lekgeprikt zijn ...?
Nu ook een gehard scepticus als Henk Vreekamp schrijft
'... geloof ik toch wel dat Marc Fluks het bij het rechte eind had ...'
wordt het echt tijd om een paar dingen recht te zetten.

Wat Marc Fluks beweerde was dat het enkele bezit van een atmosfeer
(samenstelling doet er niet veel toe) ervoor zorgt dat de temperatuur op
aarde een stuk hoger is dan de -17° waar je op komt voor een aarde zonder
dampkring (daarvoor liet hij een sommetje zien over invallend en
teruggekaatst zonlicht): het licht brengt de luchtmoleculen in trilling, en
zo wordt warmte vastgehouden.
Ik reageerde daar al eerder op, verklaarde zijn trilverhaal tot apekool en
zei dat hij zich moest schamen.
Maar Marc Fluks kroop niet in zijn schulp, integendeel. Hij ging op zijn
academische strepen staan, verklarend dat hij niet alleen de astrofysica
heeft bestudeerd maar ook de meteorologie. Het broeikaseffect bestaat niet,
en dat is dat.

Een nietes-welles-ruzie over omstreden subtiliteiten? Nee hoor. Ik zal
proberen, Henk en andere niet-beta-lijsters, uit te leggen hoe het in grote
trekken in elkaar zit. Vergeef me als ik dingen wat vereenvoudig en zaken
die -in dit verband- minder relevant zijn weglaat (UV-licht, waterdamp,
stof, seizoenen, eigen warmteproduktie van de aarde).
Elementaire natuurkunde en raadpleging van een echte expert leren het volgende.
1. Het sommetje van Marc Fluks klopt: zonder atmosfeer zou de temperatuur
hier op aarde -17° zijn.
2. Elk gas absorbeert straling/licht van een of meer golflengtes. Dat is
voor elk gas verschillend, ofwel: elk gas heeft zijn eigen
absorptiespectrum. Als straling (meestal een mix van allerlei golflengtes)
door dat gas passeert raakt de mix die golflengtes geheel of gedeeltelijk
kwijt. Hun energie is door het gas opgenomen, waardoor de gasmoleculen in
trilling raken, op hun beurt zelf gaan stralen en zo die energie weer
afstaan.
3. Het binnenvallend zonlicht bevat vooral straling rond de 0.5 mu (500
nanometer, 5000 Angstrom): het zichtbare licht. Het door het aardoppervlak
teruggekaatse licht is veel langgolviger en ligt vooral in het nabije
infrarood (warmtestraling); piek rond 10 mu.
4. De getalsmatig belangrijkste gassen in onze atmosfeer zijn stikstof en
zuurstof; samen ver over de 90%. Beider absorptiespectrum ligt geheel in
het kortgolvige gebied (ultraviolet, ver buiten het zichtbare licht). Er
valt voor hen weinig te absorberen, ze zijn daarom vrijwel volstrekt
transparant voor het zichtbare licht, en het zonlicht dat de atmosfeer
binnenkomt bereikt ongehinderd het aardoppervlak. Ook het teruggekaatste
licht passeert ongehinderd (ligt immers nog veel verder van hun
absorptiespectrum).
Gevolg: als de atmosfeer louter uit stikstof en zuurstof bestond, zou ze
bijna geen straling absorberen, ingaand noch uitgaand. De aanwezigheid van
zo'n atmosfeer zou dus vrijwel geen verschil maken: de aardtemperatuur zou
nog steeds omstreeks -17° zijn. Marc Fluks' verhaal is gewoon niet waar.
5. Daarnaast zijn er, in veel kleinere hoeveelheden (minder dan 1%) nog een
paar gassen met een heel ander absorptiespectrum: in het nabije infrarood.
De belangrijkste zijn kooldioxyde (CO2),  methaan (CH4), en het wat minder
bekende CCl4. De inkomende zonnestraling bevat niet zoveel infrarood zodat
er voor hen weinig te absorberen valt, maar het teruggekaatste licht (piek
rond 10 mu) des te meer. Ondanks hun geringe hoeveelheid zorgen deze gassen
ervoor dat bijna de helft van de teruggekaatste energie de atmosfeer niet
meer verlaat. *Daardoor* is het op aarde een stuk warmer dan die -17%: het
broeikaseffect.

Of het broeikaseffect *toeneemt* (de actuele discussie van de laatste
jaren) is lastig vast te stellen, en omstreden. Maar het broeikaseffect als
zodanig? Dat is alive and kicking.

En daarmee: exit Marc Fluks. Als vakman heeft hij voor mij afgedaan. Hij
mag wat mij betreft aanschuiven bij het standwerkersgezelschap van Dr
Clavan: de ijdeltuiten en kletsmajoors die, pronkend met hun titels, denken
dat ze de goegemeente maar alles kunnen wijsmaken. De gedoctoreerde
charlatans die geen twijfel en geen schaamte kennen en de bona fide
wetenschap te schande maken; als ze maar aandacht trekken. De Pimmen
Fortuin, de Zijdervelds, de Bomhoffen, de Houtsmullers.

Toch nog een klein pluspuntje, bij wijze van vriendelijk grafschrift. Als
het gaat over de naamgever van het effect -broeikassen- blijkt  Marc Fluks
gelijk te hebben: een glazen ruit laat in- en uittredende straling vrijwel
evengoed door. Als zovelen dacht ik altijd dat broeikassen natuurlijk volop
broeikaseffect vertonen. Blijkt niet waar te zijn.

Paul Doucet



More information about the D66 mailing list