[D66] Waarom de psychiatrie nooit onderwerp is geweest van formatieonderhandelingen: een hypothese
René Oudeweg
roudeweg at gmail.com
Thu Nov 20 18:50:01 CET 2025
Waarom de psychiatrie nooit onderwerp is geweest van
formatieonderhandelingen: een hypothese
In het Nederlandse politieke landschap spelen formatieonderhandelingen
een cruciale rol bij het vormen van een nieuwe regering. Tijdens deze
gesprekken worden prioriteiten vastgesteld, budgetten verdeeld en
koerswijzigingen voor de komende kabinetsperiode bepaald. Opvallend is
echter dat één domein, ondanks zijn maatschappelijke gewicht en
urgentie, nagenoeg nooit een prominente plaats aan die
onderhandelingstafel inneemt: de psychiatrie. Deze observatie roept de
vraag op waarom geestelijke gezondheidszorg, en specifiek de
psychiatrie, structureel buiten de arena van formatiedebatten blijft.
Een plausibele hypothese is dat dit te maken heeft met een combinatie
van politieke ongrijpbaarheid, maatschappelijke ongemakkelijkheid en
institutionele fragmentatie.
Ten eerste is psychiatrie politiek gezien een moeilijk te vangen thema.
Veel politieke dossiers lenen zich voor meetbare doelen—denk aan
CO₂-reductie, woningbouw of belastingtarieven. Psychiatrische
problematiek daarentegen is complex, gelaagd en vaak niet goed te
kwantificeren. De effectiviteit van interventies laat zich niet
eenvoudig in percentages of concrete beleidsresultaten vangen. Politieke
partijen zijn geneigd onderwerpen te kiezen waarmee ze hun achterban
heldere successen kunnen voorhouden. Omdat beleidsveranderingen in de
psychiatrie doorgaans traag, diffuus en afhankelijk van langdurige
investeringen zijn, ontbreekt het onderwerp vaak aan strategische
aantrekkingskracht.
Daarnaast bestaat er een culturele en maatschappelijke terughoudendheid
rond geestelijke gezondheid. Hoewel het stigma op psychische problemen
de afgelopen decennia sterk is afgenomen, blijft psychiatrie een domein
dat te maken heeft met een zekere ongemakkelijkheid. Het gaat over
menselijk lijden dat moeilijk zichtbaar, systematisch of "maakbaar" is.
Politici schuwen onderwerpen die emotioneel zwaar zijn en lastig te
framen in campagnetaal. Hierdoor ontstaat een vicieuze cirkel: omdat het
onderwerp niet expliciet op de politieke agenda staat, wordt het ook
niet gemakkelijk onderdeel van de formatie—en omdat het geen
formatiethema is, krijgt het niet de zichtbaarheid die nodig is om
politisering te stimuleren.
Een derde factor is de institutionele versnippering binnen de
geestelijke gezondheidszorg. De psychiatrie bevindt zich op het snijvlak
van zorgverzekeringswetgeving, sociaal domein, jeugdzorg, publieke
gezondheid en gemeentelijk beleid. Deze versnippering maakt het moeilijk
een coherent, overkoepelend beleid op te stellen dat tijdens de formatie
kan worden besproken. Terwijl andere domeinen duidelijk aan één minister
of beleidsveld zijn toe te wijzen, is psychiatrie verdeeld over tal van
departementen en bestuurslagen. De complexiteit hiervan werkt
verlammend: een onderwerp dat niet helder op één onderhandelingstafel
thuishoort, wordt al snel op geen enkele tafel gelegd.
Ten slotte speelt wellicht mee dat de impact van falend psychiatrisch
beleid weliswaar groot is, maar diffus verspreid. De gevolgen—zoals
dakloosheid, criminaliteit, suïcidale crises, arbeidsuitval en
gezinsproblematiek—worden zichtbaar in andere domeinen, die vervolgens
wél politieke aandacht krijgen. Het onderliggende probleem blijft echter
in de schaduw. Hierdoor is psychiatrie vaak indirect aanwezig in de
formatie, maar nooit als zelfstandig, expliciet thema.
Samenvattend suggereert deze hypothese dat de afwezigheid van
psychiatrie in formatieonderhandelingen niet voortkomt uit gebrek aan
urgentie, maar uit gebrek aan politieke hanteerbaarheid. Het is precies
de complexiteit, het stigma en de institutionele versnippering die
ervoor zorgen dat de psychiatrie als beleidsdomein onder de radar
blijft, terwijl de maatschappelijke nood hoog is. Misschien ligt hier
een uitdaging voor toekomstige kabinetten: om niet alleen de zichtbare
gevolgen van psychisch lijden te behandelen, maar eindelijk ook de bron
ervan stevig aan de formatietafel te plaatsen.
More information about the D66
mailing list