[D66] De Faustische Waardepapieren: het rapport Wennink (3)

René Oudeweg roudeweg at gmail.com
Sat Dec 13 13:20:48 CET 2025


Epistel tegen de werkgeversbende

Wat zich presenteerde als een “klankbordgroep” was in werkelijkheid een 
echozaal. Een besloten kring van CEO’s, lobbyvoorzitters, bestuurders en 
vermogensbeheerders die elkaar al jaren bevestigen in hetzelfde 
wereldbeeld — en nu collectief hun stempel mochten drukken op de 
toekomst van een land. Dat dit gezelschap vervolgens wordt opgevoerd als 
representatief, evenwichtig en maatschappelijk breed, is niet alleen 
misleidend; het is een schoffering van het publieke debat.

De samenstelling van deze klankbordgroep verraadt alles. Dit was geen 
dwarsdoorsnede van Nederland, geen afspiegeling van samenleving of 
democratie, maar een concentratie van economische macht: multinationals, 
werkgeversorganisaties, financiële instellingen, 
infrastructuurbeheerders en hun vaste adviseurs. De winnaars van 
gisteren mochten de spelregels voor morgen formuleren. Dat is geen 
toeval, dat is systeem.

Onder het mom van urgentie heeft deze werkgeversbende haar stokpaardjes 
verpakt als algemeen belang. Groei is vanzelfsprekend. 
Concurrentiekracht is heilig. Publiek geld is een middel. Democratische 
afwegingen zijn hinderlijk. En sociale, ecologische of ruimtelijke 
grenzen? Die worden herleid tot “randvoorwaarden” die vooral niet in de 
weg mogen staan.

Dit gezelschap noemt dat realisme. In werkelijkheid is het 
belangenpolitiek met een stropdas.

Wat hier ontbreekt, schreeuwt luider dan wat aanwezig is. Geen 
structurele vertegenwoordiging van werknemers. Geen stem van zorg, 
onderwijs of cultuur. Geen serieuze inbreng van milieuorganisaties of 
burgercollectieven. Geen perspectief van mensen die niet profiteren van 
schaalvergroting, internationalisering en kapitaalintensieve groei. Hun 
toekomst werd besproken — zonder hen.

En dan durft men dit een “onafhankelijk advies” te noemen.

De faustische deal waar dit rapport om draait — publieke middelen, 
publieke ruimte en publieke risico’s in ruil voor het behoud van private 
concurrentiekracht — is precies het soort overeenkomst waar deze 
werkgeversbende in excelleert. Zij weten dat de staat uiteindelijk 
betaalt. Zij weten dat “strategisch belang” altijd werkt. En zij weten 
dat urgentietaal elke politieke discussie kan smoren. “Oh, dat bedrag 
vinden we wel.” Natuurlijk. Niet uit hun zak.

Dit is geen complot, het is erger: het is routine. Het is hoe macht 
zichzelf reproduceert via commissies, adviesraden en klankbordgroepen 
die elkaar herkennen, vertrouwen en versterken. Het is hoe beleid wordt 
voorbereid nog vóór de politiek begint. Het is hoe keuzes worden 
geframed als noodzaak, en noodzaak als morele plicht.

Dat enkele publieke functionarissen in deze groep aanschuiven, verandert 
daar niets aan. Zij functioneren hier niet als tegenmacht, maar als 
legitimatie. Als decorstuk. Als bewijs dat “iedereen aan tafel zat”, 
terwijl de agenda al lang vastlag.

De kernvraag — willen we deze richting überhaupt? — kon in deze kring 
niet eens gesteld worden, laat staan beantwoord. Niet omdat ze 
onbelangrijk is, maar omdat het antwoord het hele bouwwerk zou 
ondermijnen. Want deze werkgeversbende denkt niet in alternatieven, maar 
in voortzetting. Niet in grenzen, maar in opschaling. Niet in 
democratische keuze, maar in bestuurlijke vanzelfsprekendheid.

Dit is hoe een samenleving haar toekomst uit handen geeft: niet door één 
schokkend besluit, maar door keurige rapporten, nette tafels en 
voorspelbare gezichten. Door een elite die haar eigen belangen 
presenteert als nationaal lot — en een pers en politiek die dat te vaak 
laten passeren.

Het probleem is niet dat deze mensen bestaan. Het probleem is dat zij 
vrijwel exclusief mochten bepalen wat “realistisch”, “urgent” en 
“onvermijdelijk” heet. En zolang we dat blijven accepteren, blijven we 
tekenen voor deals die nooit aan ons zijn voorgelegd.


--





In het rapport zelf staat een klankbordgroep van deskundigen en 
maatschappelijke leiders vermeld die input hebben geleverd, kritisch 
hebben meegedacht en het document hebben helpen scherpen. Deze 
klankbordgroep bevat onder meer:
Tweede Kamer

Leden van de klankbordgroep

Jan Peter Balkenende (adviseur EY)

Stefaan Decraene (voorzitter Groepsdirectie Rabobank)

Sharon Dijksma (burgemeester Utrecht, voorzitter VNG)

Jeroen Dijsselbloem (burgemeester Eindhoven, voorzitter Stichting Brainport)

Frans Everts (president-directeur Shell Nederland)

Robert de Groot (vicepresident EIB)

Pieter Hasekamp (directeur CPB)

Theo Henrar (voorzitter FME)

Roy Jakobs (CEO Koninklijke Philips)

Stephanie Klein Nagelvoort-Schuit (voorzitter Raad van Bestuur UMCG)

Klaas Knot (voormalig president DNB)

Constantijn van Oranje (special envoy Techleap)

Hellen van der Plas (CEO Signify Benelux)

Mirjam van Praag (voorzitter AWTI)

Kim Putters (voorzitter SER)

Boudewijn Siemons (CEO Havenbedrijf Rotterdam)

Sven Smit (senior partner McKinsey)

Meindert Stolk (gedeputeerde Zuid-Holland / IPO)

Ingrid Thijssen (voorzitter VNO-NCW)

Tjark Tjin-A-Tsoi (CEO TNO)

Dimitri de Vreeze (CEO DSM-Firmenich)

Ronald Wuijster (CEO APG Asset Management)

Rinke Zonneveld (CEO Invest-NL)
Tweede Kamer

📌 Opdracht en proces

Het rapport is geschreven op verzoek van het kabinet-Schoof, dat Wennink 
begin september vroeg om het advies op te stellen.

Tweede Kamer

Het bevat bijdragen, gesprekken en proposities uit het bedrijfsleven, 
kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties (51 
investeringsproposities zijn onderdeel van de analyse), wat betekent dat 
de inhoud is voortgekomen uit een brede consultatie met stakeholders.
RTL


More information about the D66 mailing list