[D66] Wat is het volk- en is dat rechts of links?
René Oudeweg
roudeweg at gmail.com
Mon Mar 18 09:03:43 CET 2024
[Het probleem met de politieke categorie van 'volk' is dat het alleen
politici van links tot rechts uitkomt om het te hanteren in een polis om
legitimiteit te suggereren, omdat het bij 'volk' meestal om grote
aantallen cq miljoenen personen gaat. Er is niet zoiets als een
volkswil, dat maffe idee van Rousseau, en een volkswil kan ook nooit
gepeild of vastgesteld worden middels verkiezingen of referenda. Wat er
vastgesteld wordt zijn onderbuikgevoelens en de politieke waan van de
dag, of gewoon 'Brownian noise'. Het volk weet niet wat het wil en het
parlement en de politieke kaste wil alleen maar souvereiniteit en macht
uitoefenen uit lijfsbehoud, tegen beter weten in misschien. Het hele
politieke vocabulair uit het democratisch jargon is daarom ook totaal
bankroet, hoe deze lichtgewichtfilosofen van Trouw er nog een draai aan
proberen te geven om 'antidemocratische' sentimenten tegen te gaan...
Wie het woord volk bezigt heeft meestal territoriale aspiraties, wie het
woord burger bezigt die vertrouwd teveel op de polis en de politie, en
wie het woord mensheid teveel in de mond neemt die wil meestal bedriegen...
/RO]
trouw.nl
Wat is het volk- en is dat rechts of links?
Marthe Kerkwijk
9–11 minutes
Filosofisch Elftal
Volkswil
PVV, NSC, VVD en BBB stevenen af op een rechts kabinet. Rechtse partijen
zeggen namens het volk te spreken. Maar centrumlinks heeft ook een
meerderheid. Wat wil het volk nu eigenlijk?
Populisten beroepen zich graag op de volkswil. Ook PVV-leider Geert
Wilders spreekt veel over het volk, dat een rechts kabinet wil. Het
rechtse kabinet waaraan nu wordt gewerkt heeft inderdaad een meerderheid
in de Tweede Kamer. Maar een centrumlinkse coalitie zou dat ook hebben.
Is dat dan niet de volkswil? Hoe weet je wat het volk wil?
Volgens filosoof en historicus Frank Ankersmit kun je die vraag met de
Grondwet beantwoorden. “Dan heb je het over volkssoevereiniteit. Maar in
onze representatieve democratie ligt die niet echt bij het volk. Dat is
alleen zo bij een directe democratie, waarbij het volk direct betrokken
is bij de besluitvorming, zoals bij een oud-Griekse polis het geval was.
Wat wij hebben is eigenlijk een representatieve aristocratie.
“Het is een prachtige middeleeuwse ontdekking: representatie. Maar een
echte volksdemocratie bestaat nergens, zeker niet sinds de Franse
Revolutie. Sindsdien zijn niet wij, maar degenen die ons
vertegenwoordigen soeverein: het parlement. En dat parlement bestaat uit
een wetgevende en (via de regering die fungeert als een soort comité van
dat parlement) een uitvoerende macht. Die zijn voortdurend met elkaar in
debat. Daaruit volgt de besluitvorming, en daarin ligt de soevereiniteit.
“Dat beschermt de democratie. Want als het debat niet meer lukt, kan de
wetgevende macht de samenwerking met de uitvoerende macht opzeggen met
een motie van wantrouwen. Dat is heel goed, dat mag van mij vaker
gebeuren. In de Verenigde Staten kan dat niet, daar kunnen de machten
elkaar niet controleren, volgens de grondwet. Dat is een heel dom
systeem. Als daar een antidemocraat aan de macht komt, eindigt gelijk de
democratie.”
Filosoof Thijs Lijster vraagt zich af of ‘het volk’ wel bestaat. “Als je
het procedureel bekijkt is er niet zoiets als ‘het volk’ dat een
volkswil heeft of dat verloochend kan worden. Er zijn een heleboel
stemmen uitgebracht en elke meerderheid is dan een legitieme
representatie. Dat zegt overigens nog niet heel veel over wat de kiezers
precies willen.”
Wat dan wel?
“Je kunt natuurlijk sociologisch onderzoek doen naar de publieke
opinie,” stelt Ankersmit. “Dan komt daaruit bijvoorbeeld dat
Nederlanders overwegend tegen migratie zijn. Daar hoeven ze overigens
geen gelijk in te hebben.”
Lijster: “Adam Curtis heeft daar een mooie documentaire over gemaakt:
The Century of the Self. Die gaat over het gebruik van methoden uit de
pr in de politiek: wekelijks de publieke opinie peilen en daar dan
beleid op maken. U vraagt, wij draaien. Maar politiek heeft ook de taak
om een ideologie uit te dragen en een strategie uit te zetten. Zo vormen
partijen opinies. Pim Fortuyn zei: ‘Ik zeg wat u denkt’, maar het werkt
ook andersom: omdat Fortuyn iets zegt, gaan mensen het denken.”
“Politieke ideologie is dood,” stelt Ankersmit. “Die sloeg altijd een
brug tussen de politiek en het electoraat, tussen volk en elite. Maar
bepaalde bevolkingsgroepen hebben voordeel gehad van globalisering en
neoliberalisme. Daar hoort ook een bepaalde mentaliteit bij: alles
internationaal oplossen, een sterke EU en VN, respect voor het
Internationaal Gerechtshof in Den Haag.
“Een andere groep is niet echt onderdeel van dat verhaal, die valt
buiten de boot. Daarom zijn populistische partijen zo nationalistisch.
Linkse partijen hebben daar onvoldoende aandacht voor gehad. De linkse
nadruk op inkomensongelijkheid en kansenongelijkheid kan deze groep niks
schelen. Het gaat ze om hun rol in het verhaal, niet om hun
sociaaleconomische positie. Ze voelen zich veracht.
“Globalisering en neoliberalisme zijn wereldwijde problemen. In de VS en
Rusland zie je dan ook echte demagogen aan de macht. Dat is hier nog
niet zo, want onze Grondwet beschermt ons vanwege die wisselwerking
tussen legislatief en executief waar ik het eerder over had, maar toch
zijn onze formatieproblemen een weerspiegeling hiervan.”
Wat maakt een populistische beweging succesvol?
Lijster onderschrijft dat rechtse partijen beter zijn geslaagd in een
invulling van het volk dan de linkse partijen. Maar dat kan ook anders,
zegt hij. “Chantal Mouffe is een filosoof die onderzoek heeft gedaan
naar populisme bij rechtse, maar ook bij linkse partijen, bijvoorbeeld
in Latijns-Amerika, waar de nadruk verschoof van klasse naar volk.
Traditionele politieke partijen komen op voor een duidelijk omlijnde
achterban: de arbeider of de katholiek, bijvoorbeeld.
“Populistische bewegingen zeggen het volk te representeren, maar volgens
Mouffe is daarbij ‘het volk’ een leeg begrip. Het verwijst eigenlijk
nergens naar, het moet door de populistische beweging ingevuld worden.
Rechtse partijen doen dat langs etnische lijnen, zoals ‘de hardwerkende
Nederlander’, en deze partijen denken dat het volk als zodanig bestaat.
“Linkse partijen daarentegen denken dat het volk niet bestaat, maar
geconstrueerd moet worden door verschillende identiteiten aan elkaar te
verbinden. Bij links-populistische bewegingen is het volk dan ook
pluriform, bij rechtse juist homogeen, volgens Mouffe. Daar kun je
overigens vraagtekens bij plaatsen, want rechts slaagt erin een heel
diverse groep aan zich te binden: boeren, mensen uit Rotterdamse
buitenwijken, ondernemers, mensen die hechten aan de joods-christelijke
traditie. Er hoort ook een vijandsbeeld bij: de migrant of de
grachtengordelelite. Een succesvolle populistische beweging heeft een
leider die spreekt namens het volk en die zich richt tegen elk vijandig
element.”
“Het gaat niet alleen om de dingen die ze zeggen, maar ook om de
tonaliteit,” voegt Ankersmit toe. “Rechtse leiders zijn veel beter in
het vertegenwoordigen van de woede van hun electoraat. Neem Trump. Wat
die man zegt is nauwelijks samenhangend, maar hij is overduidelijk
kwaad. Wilders kan ook goed kwaad zijn. Daarin herkennen mensen hun
eigen woede. Links slaagt er niet in die woede te kanaliseren.”
“Toch heeft ook links een vijandsbeeld,” werpt Lijster tegen, “denk aan
de superrijken, de oligarchen. Daar flink tegen ageren is prima te
combineren met een verhaal over herverdeling. De scheiding volk versus
elite is ook te gebruiken voor linkse politiek. Maar het is wel
balanceren, want uitsluiting ligt altijd op de loer. De linkse kunst is
om het volk zo inclusief mogelijk in te vullen.”
Is dat de taak van de hedendaagse politiek? Een volk construeren?
Lijster: “Volgens Mouffe is de politieke strijd in wezen de strijd om
wie het meest succesvol dat lege woord ‘volk’ kan invullen. Links slaagt
daar al een hele tijd niet goed in. Wat dat betreft is het voor linkse
partijen misschien verstandig om nieuwe verkiezingen af te wachten,
zodat ze het beter kunnen doen.”
“Het volk rechtdoen gaat in dit geval dan ook om de bestuurlijke
overweging om de verkiezingsuitslag prudent te interpreteren”, overweegt
Ankersmit. “De PVV heeft geweldig gewonnen. Daar kun je niet onderuit.
Dat kun je niet zomaar naast je neerleggen. Stel dat je een
meerderheidskabinet zonder PVV zou samenstellen. Dan loop je het risico
dat dat electoraat afhaakt, en dat maakt het probleem alleen maar erger.
Voor links is het misschien gunstiger om even door de zure appel heen te
bijten. Een extraparlementair kabinet heeft de wind sowieso al tegen, en
dit zijn onervaren partijen. Het is maar afwachten of die het in zich
hebben om een termijn uit te zingen. Als ze het verprutsen, kun je hopen
dat het electoraat zal inzien dat het toch niet zo’n goed idee was.”
Politieke strijd van essentieel belang
De Belgische filosoof Chantal Mouffe is een hedendaags denker en
voorstander van wat zij ‘radicale democratie’ noemt. Volgens haar is
politieke strijd van essentieel belang voor een gezonde democratie en
begaat traditionele politiek de vergissing te denken dat die strijd met
rationele argumenten is op te lossen, en dat dat wenselijk is. Maar
non-rationele elementen, zoals identiteit, spelen ook een belangrijke
rol. Rechts-populisten begrijpen dat al, nu is het aan links om
gelijkwaardige tegenstand te bieden.
‘We zijn getuige van een crisis van de neoliberale hegemonie. Deze
crisis opent de mogelijkheid voor een democratischer bestel. Om deze
kans te grijpen is het essentieel om in het reine te komen met de
transformaties die de democratische politiek in de laatste dertig jaar
heeft ondergaan. Het is noodzakelijk om een politiek front te vestigen,
een front tussen ‘het volk’ en ‘de oligarchie’. Het type politiek dat
nodig is om de democratie te herstellen en verdiepen, in de huidige
tijd, is links populisme.’
uit: For a Left Populism van Chantal Mouffe (2018)
More information about the D66
mailing list