[D66] [JD: 151] 'Na de crash zijn we kakkerlakken' | NRC

R.O. juggoto at gmail.com
Fri Jul 23 17:47:20 CEST 2021


  * 23 Jul 2021
  * NRC Handelsblad
  * Door onze medewerker Hannah van Wieringen


  Na de crash zijn we kakkerlakken

------------------------------------------------------------------------


    De Franse filosoof Bruno Latour bereidt zijn lezers voor op de
    wereld na de corona-pandemie, als iedereen tastenderwijs zal moeten
    wennen aan de nieuwe tijd.

Bruno Latour formuleert open en zoekend en richt zich op de dialoog. Hij
stelt vooral vragen en doet niet aan simplificaties.

Bruno Latour (1947), winnaar van de Spinozalens 2020, beweegt zich als
denker op het snijvlak van sociologie, filosofie en kunst. En waar
wetenschapsfilosofie en technologie eerst zijn aandacht trokken, laat
hij in zijn laatste werken een licht schijnen over het thema
klimaatverandering. Het fundament onder die werken is de gedachte dat we
beter af zouden zijn met wat minder antropocentrisme. In bijvoorbeeld
zijn lezing ‘The Parliament of Things’ maakt hij dat letterlijk door de
stem te laten horen van niet-menselijke entiteiten, waaronder de Noordzee.

In het bij Octavo mooi uitgegeven Waar ben ik? Lockdownlessen voor
aardbewoners, de opvolger van het veelgelezen Waar kunnen we landen?
Politieke oriëntatie in het

Nieuwe Klimaatregime (2018), zet Latour Kafka’s novelle De
gedaanteverwisseling in, nu eens niet als menselijk schrikbeeld, maar
als gids. Volgens hem is de ‘kakkerlakwording’ geen slecht uitgangspunt
‘als ik wil leren me te oriënteren en de stand van zaken op te maken’.

Die stand van zaken betreft de verhouding tussen mens en aarde: daar is
veel veranderd of moet nog veranderen. Hij stelt zich voor dat we uit de
lockdown ontwaken en dan net als Kafka’s Gregor Samsa vragen: ‘Waar ben
ik toch?’ Latour antwoordt: ‘Elders in een andere tijd, iemand anders,
lid van een ander volk. Hoe kan ik hieraan wennen? Tastenderwijs, zoals
altijd, hoe anders?’

Dat ‘tastenderwijs’ is precies waarom Latour een overwegend
avontuurlijke denker is. Hij formuleert open en zoekend en richt zich op
de dialoog. Hij stelt meer vragen dan dat hij antwoorden geeft en doet
niet aan simplificaties. Bij Latour geen apodictisch gepreek over hoe we
uit de penarie komen, maar hij is wel hier en daar apodictisch over dát
we in de penarie zitten.

In het tasten houdt hij zich bezig met de begrippen die we tot onze
beschikking hebben en zoekt ook daar naar noodzakelijke transformaties.
Het begrip generatieconflict, dat ons verdeelt, wil hij oprekken tot wat
hij noemt ‘verwekkingszorgen’. We hebben, zo stelt Latour, allemaal
verwekkingszorgen: hoe overleven ik en mijn nakomelingen? Dit geldt niet
alleen voor mensen maar ook voor varens, sparren, beuken, korstmos en
koraal. ‘We kunnen Aarde omschrijven als de verbinding, vereniging,
overlapping en combinatie van iedereen die […] verwekkingszorgen heeft’,
aldus Latour.

Die hoofdletter voor de Aarde gebruikt Latour bewust. Het duidt op een
nieuwe manier van naar de aarde kijken, mét planetair bewustzijn. Als
hij het begrip zonder hoofdletter gebruikt doelt hij op de aarde volgens
de oude menselijke zienswijze. Die oude zienswijze: dat de aarde
bodemloos en onuitputtelijk is, is Latour een doorn in het oog. Het is
deze zienswijze die ons tegenhoudt de noodzakelijke transformatie door
te maken als soort. Latour wijst vijanden aan, (re-)producenten van deze
zienswijze. Ayn Rand bijvoorbeeld. Zo houdt hij de ‘stilistisch
onbeholpen, maar onthutsend efficiënte’ roman Atlas Shrugged van de
‘naargeestige mevrouw Rand’ onder meer verantwoordelijk voor de kille
plannen van ondernemers zoals Elon Musk om Aarde te verlaten. Beiden
zijn bodemloze helden – een held is een scheldwoord bij Latour – die
iedereen zonder hun geniale ondernemersinitiatieven uit zouden hongeren.

Liever denken we dieper na over ‘de spanning tussen het leven op aarde
en het leven met Aarde’. Waarbij leven met Aarde nabijer en
lichamelijker zou zijn en leven op aarde eerder van bovenaf wordt
beleefd, zonder lichaam, via Google Maps of anderszins via satellieten.
Zoals gezegd, Latour is niet te besmuikt om vijanden aan te wijzen. En
hij vraagt om niets minder dan een ommezwaai. Weg met het
vooruitgangsdenken: ‘Niet meer voorwaarts gaan naar het oneindige, maar
leren achteruit te wijken, uit te voegen, tegenover het eindige.’
Hiertoe probeert hij ook het begrip ‘Verstellers’ uit (voor diegenen die
met de Aarde leven) en zet dat tijdelijk, want Latour blijft beweeglijk
en blijft tasten, tegenover ‘Onttrekkers’ (zij die op de aarde leven).

Van dit ‘post-crash-rapport’ beklijft het beeld van de mensheid als
kakkerlak, met uitsterven bedreigd. En met Latour in de hand is leven
vanuit het gezichtspunt van een kakkerlak ineens een wonderlijk en
leerzaam avontuur. ‘Er is schoonheid, er is dans in het ritmisch kruipen
van mijn Gregor.’ Zo simpel is het. Zoals je een novelle anders kunt
interpreteren, kun je de manier waarop je naar jezelf en de aarde kijkt
ook anders interpreteren, met verstrekkende gevolgen.

-------------- next part --------------
An HTML attachment was scrubbed...
URL: <http://www.tuxtown.net/pipermail/d66/attachments/20210723/4f0fc6c4/attachment-0001.html>


More information about the D66 mailing list