[D66] Interview: Sigrid Kaag
Dr. Marc-Alexander Fluks
fluks at combidom.com
Fri Sep 11 17:49:35 CEST 2020
Bron: Volkskrant
Datum: 11 september 2020
Auteur: Eva Hoeke
URL:
https://www.volkskrant.nl/mensen/minister-sigrid-kaag-het-lijkt-soms-net-alsof-ik-een-eeuwige-inburgeringscursus-moet-doen~b7356a17/
Minister Sigrid Kaag: 'Het lijkt soms net alsof ik een eeuwige
inburgeringscursus moet doen'
--------------------------------------------------------------
Sigrid Kaag spreekt zes talen, heeft een glanzende internationale
loopbaan en wil de eerste D66-premier van Nederland worden. Dus niet per
se de eerste vrouwelijke premier, want de hokjes 'vrouw' of 'feminist',
daar wordt ze liever niet zomaar ingestopt. 'Ik heb carriere gemaakt als
mens.'
Wanneer minister Sigrid Kaag samen met haar politiek assistent
binnenloopt bij Boerderij Meyendel in Wassenaar - een 'uniek gelegen
selfservicerestaurant voor de hele familie, inclusief viervoeters' -
zwaait ze bij wijze van begroeting, want die ellebogen vindt ze 'zo
suf'. De manager van Meyendel ('Rutte komt hier ook altijd, leuke
gozer') heeft een ventilator en een kan citroenwater voor ons neergezet,
want het is warm, 32 graden, en het zal nog warmer worden. Maar Kaag
klaagt niet: eerder woonde ze in Soedan, dat was pas warm.
U heeft ook jarenlang voor de Verenigde Naties in Libanon gewerkt. Ik
begreep dat het huis dat u daar bewoonde met uw Palestijnse man en vier
kinderen compleet is vernietigd door de recente ramp.
'Zo ongeveer, ja. Een vriendin, die daar parlementslid is, appte: 'Nou
Sigrid, je moet maar niet meer naar je oude huis gaan kijken, want dat
is er gewoon niet meer.' Het was een fijn huis, vlak bij de haven in een
leuk deel van Beiroet, herbouwd na de burgeroorlog. Zo van: we zijn er
nog, let's go. En dan nu dit.'
Op Twitter zond u het Libanese volk een blijk van medeleven, in het
Arabisch. Daar werd niet door iedereen even vrolijk op gereageerd. 'Ik
snap geen bal van wat er staat maar ze zal wel weer een zak geld
beloven.'
'Tegen degene die dat twitterde zou ik willen zeggen: er is een
vertaalknop, druk daar eens op. Ik zit overigens nauwelijks meer op
Twitter. Ik schrijf wel mijn eigen tweetjes, maar de app heb ik niet
meer op mijn telefoon. Ik vind het intimiderend, vuilspuitend, je schiet
er niets mee op.'
U zei eerder niet tegen onbeschofte mensen te kunnen, tegen de ruwheid
in het debat. Hoe beziet u in dat licht de huidige politiek?
'Nou, het is niet zozeer dat ik er niet tegen kan, ik vind dat we dat
niet moeten willen met zijn allen. Je kunt het oneens zijn met elkaar,
maar dat kan ook op een fatsoenlijke manier, als je daadwerkelijk een
dialoog wilt. Daar draait het toch om in een samenleving. Zeker als je
een politiek ambt vervult. Doe je dat op een intelligente en beschaafde
manier, dan verhoogt dat het aanzien van de politiek. En hoe kijk ik dan
naar de politiek: ik denk dat die verruwing een symptoom is van de
polarisatie. Dat is ook een van de redenen waarom ik me kandidaat heb
gesteld. Je kunt niet continu klagen over verruwing en de volgende dag
meedraaien in dezelfde ponyshow.'
Rutte riep 'pleur op', Baudet heeft het over homeopathische verdunning,
de mannen van Denk intimideerden Turkse Kamerleden, Femke Merel van
Kooten stapt in en uit partijen, Henk Krol is een clown en uw huwelijk
met een Palestijn was voor Wilders aanleiding om te twitteren: 'Geen
Arafat-islam-terreur-lover als premier.' Dat zijn dan je collega's.
'Ha, ja, ik geloof zelfs dat Baudet ze ambtsgenoten noemt, in plaats van
collega's. Maar goed, op dit soort momenten is het zaak om een zekere
mate van volwassenheid te tonen en daarboven te gaan staan. Niet vanuit
het idee: ik ben beter, maar omdat ik trouw wil zijn aan wat ik zeg.'
Maar is het ook leuk?
'Ja, het is leuk. Het is spannend. Het is niet dat ik dacht: o, gewoon
een nieuwe baan. Nee, ik ben gemotiveerd voor het leiderschap omdat ik
enorme kansen zie voor de Nederlandse samenleving, ook in verbinding met
de rest van de wereld.'
U heeft een prestigieus buitenlands profiel, met uw staat van dienst had
u overal kunnen aanschuiven. Waarom dan toch de keuze voor Nederland?
'Omdat dit mijn land is. En omdat er uiteindelijk niets beter is dan je
eigen land te mogen dienen op het moment dat het ertoe doet. En dat doet
het nu. Het populisme heeft te weinig weerwoord gekregen. Zoals
Alexander Pechtold zei: 'Aan sommige tegenliggers herken je de goede
richting.' En nee, dan staat niet iedereen meteen te klappen, maar er
staat te veel op het spel om het niet te doen.'
Critici zeggen dat u na 25 jaar in het buitenland het Nederland van nu
niet meer zou kennen.
'Ik weet het. Dat is onzin.'
In 2017 werd u op het partijcongres in Leeuwarden geinterviewd in een De
Wereld Draait Door-achtige setting. Een minuut voor de show vroeg u de
gespreksleider: 'Wat is DWDD eigenlijk voor programma?'
'Ja, ze zeiden toen dat ik 'gastvrouw' moest zijn, ofzo?' (kijkt naar
haar politiek assistent)
Politiek assistent: 'Tafeldame.'
Kaag: 'O ja, tafeldame, daar sloeg ik op aan. Ik dacht: waar hebben we
het over? Ik kijk heel weinig televisie.'
Dit ging natuurlijk niet over of u wel of geen televisie kijkt.
'Nee, en ik snap ook wel dat het een makkelijk voorbeeld is, om te
zeggen: oh, wat weet zo iemand nou van Nederland. Maar dat is niet
terecht. Die programma's vond ik gewoon niet interessant.'
Een goede vriend van u, ook ooit uw collega bij Shell, zei dat het de
internationale belangstelling is die u beiden bindt. Hij zei: 'We
erkennen het belang van Nederland, maar ook de relativiteit ervan. We
staren ons niet blind op 17 miljoen mensen.'
'Ik zou het anders formuleren. Als je lang weg bent geweest duurt het
even om te settelen, dat is ontegenzeggelijk waar, maar inmiddels ervaar
ik Nederland echt als mijn basis. Wat ik daarbij niet wil verliezen, is
wat ik heb geleerd op het wereldtoneel. Bovendien heb ik kinderen die
hier wonen, werken en studeren. Dan krijg je een spoedcursus in alles
wat er leeft. Het lijkt alleen soms net alsof ik een soort eeuwige
inburgeringscursus moet doen, waarvan ik het certificaat nooit mag
halen. Terwijl: ik ben hier geboren en getogen. En doordat ik een tijdje
weg ben geweest heb ik juist een veel scherpere blik op zaken. Ik zit
niet vastgebakken in patronen, wat je nog weleens ziet aan het
Binnenhof.'
Heeft u zich in al die jaren in het buitenland weleens geschaamd voor
Nederland?
Besmuikt: 'Ja.'
Dan: 'Nou - niet voor Nederland. Wel voor de houding en toon van de
Nederlandse politiek. Nee, ik ga niet zeggen wanneer.'
De VN had in 2015 kritiek op Zwarte Piet. U werkte daar toen. Ik kan me
voorstellen dat je dan wel even met je hoofd in je trui staat bij het
koffiezetapparaat.
'Niet alleen daar, overal zeiden mensen: waaaat, jullie Nederlanders? In
het begin stond ik dan nog wat te murmelen over tradities, maar daar ben
ik mee opgehouden. Het is ook niet uit te leggen.'
Sinds 26 oktober 2017 is Sigrid Kaag namens D66 minister voor
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Ze profileert zich
stevig met toespraken over de stand van de Nederlandse samenleving, in
haar lovend ontvangen Abel Herzberglezing spreekt ze zich fel uit tegen
populisme. Wanneer ze zich dit jaar op 21 juni verkiesbaar stelt als
nieuwe lijsttrekker voor D66 ziet fractievoorzitter Rob Jetten, haar
enige rivaal van betekenis - al doet ook Ton Visser een gooi -
onmiddellijk af van het lijsttrekkerschap.
Nynke de Zoeten, parlementair verslaggever van Nieuwsuur, zei daarover:
'Jetten vinden ze bij D66 heel capabel, maar op Kaag zijn ze verliefd.'
Kaag, lachend: 'Dat was heel aardig ja, je zou er bijna van giechelen.'
U was zelf in uw jonge jaren verliefd op Hans van Mierlo.
'Nou, verliefd... Maar hij was wel een soort idool, ja. Samen met een
vriendin heb ik hem eens gebeld. Dat kon toen nog, mensen stonden gewoon
in het telefoonboek. We waren stomverbaasd dat hij ook echt opnam, met
die mooie sonore stem.'
En toen?
'Snel opgehangen natuurlijk. En de rest van de dag bang zijn dat ons
nummer te traceren was.'
Mensen die enthousiast over u zijn, roemen allemaal uw superieure
kalmte. 'Ze straalt gezag uit, spreekt zes talen, potverdorie wat knap.'
U biedt een soort kosmopolitische belofte. Maar als ik dan vraag naar de
inhoud weten ze het niet zo goed.
'Ministers voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zijn
meestal niet in het nieuws. Het is niet dat je de krant openslaat en
denkt: heb je haar weer. De meeste mensen slaan nu eenmaal niet aan op
buitenlands beleid. Ik heb vooral bekendheid verkregen door mijn
speeches. Zo is dat beeld ontstaan. En nu zijn we bezig met ons
verkiezingsprogramma, met: wat is ons verhaal? En dat gaat keihard over
kansengelijkheid, kansongelijkheid, over Nederland uit de crisis, een
tolerante samenleving en een economie die moderner, eerlijker en
duurzamer moet.'
Ondertussen stemde D66 tegen toen het ging over de opvang van 500
weeskinderen uit Griekse vluchtelingenkampen.
'In dit kabinet hebben we met de ChristenUnie keihard gevochten voor het
kinderpardon, maar het is duidelijk dat er een gespleten stemming is.
Staatssecretaris Broekers-Knol heeft nu een plan op tafel gelegd om
goede opvang en veiligheid voor de kinderen daar te regelen, en daarvoor
krijgt ze de tijd. Het is wel zo dat wij als D66 zeggen, en nu zet ik
even mijn lijsttrekkershoed op: we willen er echt voor zorgen dat dit
goed komt, of dat nou in Griekenland is of hier.'
Dat was niet de inzet.
'Dit was een heel lastige inderdaad. Ik kan je verzekeren dat we onder
mijn leiding in een volgend kabinet niet meer tegen dit soort plannen
zullen stemmen.'
Waarom nu dan wel?
'Omdat je in een breder pakket van afspraken zit, daarin heb je ook een
verantwoordelijkheid.'
Toen u zichzelf kandidaat stelde voor het lijsttrekkerschap zei u: 'Voor
mij is politiek durven kiezen. Overtuigen. Niet verschuilen achter
draagvlak, maar het zelf creeren.' Dit was nou precies een moment om dat
te doen.
'Jawel, en binnen de partij was dat draagvlak er ook, maar als minister
voor Buitenlandse Handel krijg je andere dingen voor elkaar dan als
lijsttrekker. Als D66-lijsttrekker zeg ik: je kunt niet alles en
iedereen binnenhalen, je wilt illegaliteit tegengaan en je wilt ook echt
een einde maken aan asociale veiligelanders, die moeten terug naar eigen
land, maar voor de veiligheid en opvang van kinderen onder de 5 jaar
moeten we niet bang zijn.'
Was die tegenstem ook een poging om de rechtse kiezer aan D66 te binden?
'Nee, dat speelde absoluut niet, het is echt een kwestie van afspraken
met andere partijen. Ik kan het niet diepzinniger maken dan het is.'
Een andere troefkaart lijkt uw vrouw-zijn te zijn. Zelf benadrukt u ook
uw ambitie om in 2021 de eerste vrouwelijke premier van Nederland te
worden.
'Nee, ik wil de eerste D66-premier worden. Meestal is dan de wedervraag:
o, dan bent u dus de eerste vrouwelijke premier. Ja, want ik ben nu
eenmaal een vrouw. Maar ik heb een staat van dienst van meer dan dertig
jaar, overal ter wereld, op het hoogste politieke niveau, I am in it to
win it. Ik heb carriere gemaakt als mens, niet als vrouw. Ik ben
natuurlijk wel gevoelig voor de rechten en positie van eenieder die
kwetsbaar is, maar dat kunnen allerlei identiteiten zijn. Ik denk dat
Nederland, dat zichzelf als zo progressief ziet, wat dat betreft nog
heel wat stappen kan zetten. Zoveel landen hebben vrouwelijke leiders,
al zo lang! Golda Meir van Israel, Benazir Bhutto van Pakistan, Angela
Merkel van Duitsland, dat zijn allemaal capabele mensen.'
Hoe komt het dat Nederland achterblijft?
'Wij zijn conservatiever. Dat is gewoon zo. We doen het nog steeds niet
goed als het gaat om vertegenwoordiging van vrouwen aan de top. Parttime
werken zal niet helpen, ik denk ook echt dat we de kinderopvang gratis
beschikbaar moeten maken, anders blijven we zitten met een arbeidsmarkt
en een politiek die op te veel plekken dominant blank en man is.'
U zegt blank?
'Ja, nee, wit is het tegenwoordig. White, wit, dat is het correcte
woord.'
Die witte man in pak is precies waarom mensen enthousiast worden van het
idee van een vrouw als premier. Het is misschien een
tweederangstroefkaart, maar het is een troefkaart, in ieder geval in de
geest van de kiezer.
'En dat is ook prima. In de politiek gaat het om veel verschillende
dingen: je moet mensen weten te inspireren, je moet een pakkende
boodschap hebben, visie hebben, de mensen moeten mij vertrouwen, en
daarbij kun je ook nog zeggen: hee, sinds 1848 komt er nu ook nog een
vrouw in het Torentje. Maar ik laat me niet reduceren tot een onderdeel.
Een mens heeft veel identiteiten.'
NRC-columnist Maxim Februari had het in zijn column over parmantig-braaf
seksisme, om lijsttrekkers op sekse te segregeren.
'Mooi, parmantig-braaf seksisme. Heel chic gezegd.'
Een andere NRC-columnist, Marc Kranenburg, had het daarentegen over de
vagina vote.
'Ik las de titel van dat stukje en dacht: sorry? Ook weer zo typisch. In
andere landen hadden ze zichzelf hierin gecensureerd. Ze hebben toen
snel de titel veranderd, maar de nieuwe was nog erger, toen stond er
iets van: 'Ze moet het hebben van sekse.' Dat zegt ook weer veel over
Nederland. Maar wel zo'n mond hebben over vrouwenrechten elders.'
Hoe feministisch is Nederland?
'Er is een nieuwe generatie aan zet, dat idee heb ik wel. Wij spreken
veel met studenten, en dan merk je dat zowel jonge mannen als jonge
vrouwen helemaal niet van dat soort ouderwetse reflexen hebben. Die zijn
veel meer bezig met: hoe kan ik zin geven aan mijn leven, doe ik het
juiste, past mijn studie daarbij. Dat zijn echt andere gesprekken.'
Het is maar net wie je spreekt. Tikje gechargeerd, maar waar ik vandaan
kom worden vrouwen nog gewoon kapper en hebben mannen een bestelbus. En
zij zijn met meer.
'Dat klopt. Maar goed, ik denk dan ook: zij kan ook een kapsalon
beginnen en dan is ze een mkb'er, en hij is misschien zzp'er. Iedereen
heeft dromen en idealen, en juist voor deze generatie is er ruimte om zo
veel mogelijk uit het eigen kunnen te halen. Vroeger studeerde je dit en
dan werd je dat. Dat is niet meer zo, de mogelijkheden zijn eindeloos,
dat zie ik ook aan mijn eigen kinderen.'
Beschouwt u zichzelf als feminist?
Weifelend: 'Ja, maar ik ben geen Dolle Mina ofzo.'
Waarom zegt u dat zo aarzelend?
'Nou, omdat je in Nederland dan meteen in een hokje wordt geplaatst. Ik
zou liever zeggen: ik ben iemand die zich inzet voor de volledigheid en
gelijkheid van rechten van eenieder, en ben bereid kritisch te kijken
naar waar die achterstelling plaatsvindt.'
Dan ben je dus feminist.
'Ja, ja. Maar ik wil graag de vertaling maken naar de Nederlandse lezer,
als je begrijpt wat ik bedoel.'
Jawel, maar eigenlijk moet je gewoon kunnen zeggen dat je feminist bent
zonder erbij te roepen dat je heus ook leuk en aardig bent.
'Ja, alsof je een soort Meryl Streep in The Devil Wears Prada bent. Nee
wacht, dat is de verkeerde analogie. Wel een geweldige film trouwens.
Vooral de rechtsere partijen doen vaak alsof gendergelijkheid een soort
ideologisch gedreven gekke Henkie-agenda is, alsof je van de feiten
weggaat. Terwijl het gewoon een zakelijke agenda is - vrouwen maken 50
procent uit van de wereldbevolking. Als zij meewerken is dat goed voor
de economie, voor onafhankelijkheid, voor alles, nog afgezien van de
voordelen voor de bedrijven zelf.'
Kaag studeerde Arabisch en Midden-Oostenstudies aan de universiteit van
Cairo en behaalde daarna een master of philosophy internationale
betrekkingen aan Oxford. Haar eerste baan is analist bij Shell, maar ze
komt er al snel achter dat ze 'niet warm of koud wordt van winstmarges'.
Ze komt bij het diplomatenklasje van Buitenlandse Zaken terecht en start
een succesvolle carriere als diplomaat bij de Verenigde Naties, waarbij
ze afwisselend in New York, Geneve, Soedan, Syrie en Jeruzalem woont. In
2013 breekt ze internationaal door wanneer ze namens de Veiligheidsraad
de ontwapeningsmissie in Syrie gaat leiden. Uit een profiel in de
Volkskrant eerder dit jaar: 'Ook in Nederland groeit de belangstelling
voor de vrouw die onderhandelt met Assad over zijn wapenarsenaal.'
Hoe werkt dat, een regime ontwapenen?
'Dat wist ik ook niet toen ik eraan begon, dat wist niemand. Het was
nooit eerder gedaan. Chemische ontwapening vindt normaal gesproken
plaats in vrijwillige samenwerking met het land in kwestie, in tijden
van vrede. Van vrede was nu geen sprake, maar dit was het enige
compromis om nog een aanval op Damascus te voorkomen, een ultiem
politiek besluit om te zeggen: oke, dan gaan we ontwapenen in tijden van
oorlog. Ongekend, dat zal ook nooit meer gebeuren. Ik wist ook echt niet
waar ik ja tegen zei toen secretaris-generaal Ban Ki-moon me belde. Ik
weet nog dat ik in Damascus aankwam en ze speciaal voor mij een veilige
lijn hadden geinstalleerd in mijn kamer zodat ik mijn man in Jeruzalem
kon bellen, want Syrie en Israel zijn natuurlijk als het ware op voet
van oorlog. Dus ik zeg: 'Hoi Anis, met mij, ik geloof dat ik hier niet
zo goed over heb nagedacht.' En toen zei hij koel: 'Nou ja, als het niet
lukt kom je gewoon naar huis.' Haha!
'Als eerste heb ik een vergadering met allerlei experts georganiseerd op
Cyprus, want dat is een veilige basis. Het is wel het spionnenbolwerk,
iedereen die in die regio zit, zit op Cyprus, maar het was nu eenmaal
een makkelijke basis. Vanuit dat kantoor hebben we een groot chemisch
wapenarsenaal, laboratoria, raketten, mobile labs - had ik ook nog nooit
van gehoord -, documenten en trainingsinstallaties laten vernietigen.
Chemische wapens worden normaal gesproken in het land zelf vernietigd,
maar in dit geval was dat te gevaarlijk. Niet alleen omdat president
Assad ze niet op wilde geven, maar je wil ook niet dat chemische wapens
in handen komen van rebellengroepen als IS - al heb je maar een tubetje,
dan ben je al the man. Sowieso hadden we voortdurend met allerlei
belangen te maken, van de Russen, de Amerikanen, noem maar op. Als je
het over polderen hebt: dat is polderen, met statelijke en
niet-statelijke actoren. Een bizar verhaal dat ik pas onlangs aan mijn
team vertelde, gek genoeg vergeet je die dingen: op een gegeven moment
ging een lading mosterdgas het land uit via Latakia, dwars door
oorlogsgebied, en net toen alles was overgeheveld op een Noors schip om
ergens ver weg in de Stille Oceaan onschadelijk te worden gemaakt,
begonnen die vaten te lekken, al dobberend. Echt verschrikkelijk.'
Wat doe je dan?
'Ja, terug. Naar Latakia, waar het barstte van de rebellen. Heel
spannend.'
Hoe ziet een zenuwachtige Sigrid Kaag eruit?
'Ik ben niet zenuwachtig op dat soort momenten. Het was wel een intense
ervaring, zo continu, 24 uur per dag on high alert zijn. En ik dacht ook
wel even holy moly, wie gaat wat doen, wie belt de Syriers, wie belt de
Veiligheidsraad? Maar ik kan dat soort hoogspanning aan.'
U kreeg veel lof, zelfs een persoonlijke brief van Obama waarin hij u
bedankte, maar uiteindelijk bleek Assad toch nog chemische wapens te
hebben. Diplomatiedeskundige Robert van de Roer zei daarover: 'Kaag
heeft de geregistreerde wapens opgehaald, jazeker, maar zeker niet de
dictator Assad ontwapend. Kijk maar naar Assads vele chemische aanvallen
daarna. In dat grote spel heeft ze zich niet goed staande gehouden. Ze
werd als keurige VN-diplomaat bij de neus genomen door kwaadaardige
partijen op de grond.'
Kaag: 'Tsss.'
Nee?
'Nee, niet mee eens. Hij haalt twee dingen door elkaar. Het chemisch
wapenarsenaal, dat was de missie. Waar daarna nog aanvallen mee werden
gepleegd, was chloor. En chloor is geen verboden middel, dat is gewoon
te koop bij de supermarkt om mee schoon te maken. Je mag er geen wapens
van maken, maar niemand kan je je chloor afnemen, er staan geen sancties
op. Dat is ook onze grote frustratie geweest. Overigens, en dat is de
tweede fout, zijn er in de burgeroorlog in Syrie veel meer mensen
omgekomen door traditionele wapens. Dat was ook de terechte kritiek van
Syrische burgers, die vonden dat de hele internationale gemeenschap, met
name het Westen, zich te druk maakte over die chemische wapens, terwijl
er duizend-en-een manieren zijn om te sterven. Maar de missie rond
chemische wapens hebben we dus naar behoren afgerond.'
Heeft het feit dat u Arabisch spreekt daarbij geholpen?
'Dat heeft zeker geholpen bij de politieke onderhandelingen, dat denk ik
wel, ja.'
Ik zie ook liever u dan Karremans, als je dan toch met een dictator om
tafel moet.
'Ha, geen commentaar.'
Sigrid Kaag wordt op 2 november 1961 in Rijswijk geboren in een
rooms-katholiek gezin als tweede dochter van een klassiek pianist (haar
vader) en een onderwijzer (haar moeder). Als Kaag 6 jaar oud is,
overlijdt haar broertje Harald kort na zijn geboorte aan een
hartafwijking. Aan 'iets dat nu heel makkelijk verholpen zou kunnen
worden'.
Herinnert u zich zijn dood nog goed?
'Ja, want hij werd helemaal blauw weggevoerd, dat vergeet je niet. Net
als het telefoontje uit het ziekenhuis. We woonden in een huurflat in
Zeist en daar hadden we zo'n zwarte telefoon hangen, zo'n bakelieten
ding. Midden in de nacht belde het ziekenhuis om te zeggen dat mijn
broertje overleden was. Ik stond naast mijn vader in zijn pyjama en
hoorde hem zeggen: 'Dank u wel dokter, dank u wel.' Daarna begon hij te
huilen. Dat vergeet ik nooit meer.'
Hoe werkt zo'n gebeurtenis door in een gezin?
'Dat vind ik lastig om te beantwoorden. In die tijd werd weinig over
verdriet gepraat. Mijn moeder ging ook nooit naar de begraafplaats. Ze
was niet eens bij de begrafenis, dat kon ze niet aan. En mijn zus Julita
en ik mochten niet mee. Mijn vader is alleen gegaan, met een vriend
geloof ik, of met een collega zelfs. En daarna, ja... Het was een enorme
klap. Het is ook nooit meer hetzelfde geweest, denk ik. Hoe jong of oud
ook, het verlies van een kind is tegennatuurlijk. Een enorm verdriet. En
omdat je er niet over hoorde te praten voelde mijn moeder zich enorm
eenzaam.'
U was 12 jaar toen bij uw moeder een hersentumor werd geconstateerd.
'Ja. Ze onderging meerdere operaties waarbij van tevoren niet duidelijk
was of ze het zou overleven. En hoe ze het zou overleven. We hebben
meerdere keren meegemaakt dat ze het laatste sacrament kreeg toegediend.
Eerst wilden ze haar niet meer opereren, omdat ze al was opgegeven. Toen
hebben ze dat toch gedaan, waarna er iets misging en ze een aantal
maanden in coma heeft gelegen. Ze kwam weer bij, maar ze hadden wel
zenuwen geraakt in haar gezicht, waardoor ze deels doof, blind en in
eerste instantie verlamd was. Haar gezicht zat helemaal zo, scheef. Ze
moest opnieuw leren praten.'
U vertelt het heel feitelijk.
'Ja, omdat het al zo lang geleden is. Ik ben 58, het zou onverwerkt leed
zijn als ik nu zou gaan zitten snotteren. En mijn moeder is toen ook
niet overleden he, ze heeft daarna nog een heel leven kunnen leiden.
Niet het leven dat ze gehoopt had, maar ze heeft er het beste van
gemaakt.'
En uw vader?
'Die was zwaar gedeprimeerd. Hij is twee keer opgenomen geweest, een
keer heeft hij zichzelf te vroeg ontslagen. Dat was geen succes. Toen
waren we blij dat hij weer werd opgenomen, want hij kon eigenlijk niet
voor ons zorgen. Mijn zus en ik zijn toen allebei naar een apart
pleeggezin gegaan, dat wil zeggen, naar de ouders van vriendinnen, die
ons opvingen.'
Kan het zijn dat uw diplomatieke antenne daar is geactiveerd? In het
gezin van een ander, hoe aardig ook, kan je misschien niet altijd
volledig jezelf zijn, met al je nukken en grillen.
'Dat niet zozeer, maar ik denk wel dat mijn flexibiliteit, het kunnen
omgaan met het onverwachte, daar wel vroeg is geactiveerd. Ik was altijd
al een autonoom kind, maar hierdoor leerde ik nog eens extra dat het
leven je kan verrassen, in goede of in slechte zin, en dat je daarbij
altijd op jezelf moet kunnen rekenen.'
Voor anderen is dat juist reden om af te haken, omdat ze al te vroeg in
hun leven zijn beschadigd.
'Ik zal nooit iemand veroordelen die bij de pakken gaat neerzitten.
Iedereen doet het op zijn eigen manier. Dat zie ik ook aan mijn
kinderen: zelfde gezin, zelfde ouders, maar allemaal anders. Dat is een
hele les. De spiegel die je kinderen je voorhouden is zo waardevol. Op
je jeugd kun je moeilijk reflecteren, die was er nu eenmaal, maar als je
kijkt naar je eigen kinderen zie je heel goed je eigen falen en
vraagtekens.'
Wat is de belangrijkste les die ze u hebben geleerd?
Lachend: 'Dat je ook met de beste bedoelingen de mist in kunt gaan.'
Kunt u dat concreet maken?
Lachend: 'Nee, dat is de samenvatting.'
U heeft vier kinderen met uw Palestijnse echtgenoot Anis al-Qaq: Janna
(25), Makram (22), Adam (21) en Inas (18). Wonen ze allemaal in
Nederland?
'Ja. De jongste woont nog thuis, die heeft een Internationaal
Baccalaureaat gedaan (een tweejarige pre-universitaire opleiding, red.),
Janna is afgestudeerd in Londen en woont in Amsterdam, ik heb een zoon
die net weer is begonnen in Rotterdam en ik heb er nog een die in
Wageningen studeert en daar ook woont, met zijn vriend.'
Nog even en u heeft een leeg nest.
'Ja, wordt tijd, haha. Ik vond het geweldig om ze bij me te hebben, maar
ik gun ze dat ze hier hun eigen leven gaan leiden, en ik gun ze ook alle
privacy, daarom wil ik verder niets over ze zeggen. Dit is mijn
lijsttrekkerschap, zij moeten hun leven als jonge mensen hier ten volle
kunnen genieten.'
Ze gebruiken wel uw achternaam, begreep ik.
'Bij sollicitaties ja, omdat ze er met een Arabische achternaam niet
doorkomen. Ik zei nog van tevoren, dat zal wel meevallen, maar nee. En
dan ging dit alleen nog maar om een baantje als bordenwasser. En dan
hebben zij nog mondige ouders. Mijn dochter heeft op het voetbalshirt
van school ook maar Kaag gezet, al deed ze dat ook omdat niemand de naam
van mijn man uit kon spreken. Het is Al-Qaq, met een klank die achteruit
je keel klinkt.'
Hoe bevalt Nederland hun?
'Goed. Nou ja, het is ook wennen. Nederland is een land van clubjes, als
je elkaar niet kent van de middelbare school is het best even zoeken.
Internationale studenten hoor ik vaak zeggen: 'Ik kom die Nederlanders
nooit tegen.' Ze willen wel, maar die gezelligheid die wij zo waarderen
is niet meteen ook openheid, of nieuwsgierigheid naar anderen. Maar
goed, als je op een zeker moment bij een sportclub gaat en je weg vindt
is Nederland een heerlijk land, voor jong en oud.'
Het is nog een lange weg, D66 staat momenteel op 12 tot 14 zetels, maar
wat gaat er veranderen als u in 2021 premier wordt?
'Mocht ik premier worden, dan wil ik na vier jaar een Nederland
achterlaten dat beter uit de crisis is gekomen, met meer banen,
giga-veel woningbouw en kansarmen die zijn meegenomen, in onderwijs is
dan weer echt geinvesteerd, de gezondheidszorg niet te vergeten, en we
hebben echt iets gedaan aan racisme en discriminatie.'
U heeft het tij mee.
'Nederland liep achter. Het is nu aan D66 om te zeggen: hier is de lijn.
Geen excuus meer.'
CV SIGRID KAAG
1961 Geboren op 2 november in Rijswijk.
1972-1980 Christelijk Lyceum Zeist.
1980 Aanvang studie aan de Universiteit Utrecht.
1985 BA Midden-Oostenstudies aan de Amerikaanse universiteit in Cairo.
1987 Master of Philosophy internationale betrekkingen aan St Anthony's
College in Oxford.
1988 Master of Arts Midden-Oostenstudies aan de universiteit van Exeter.
1988-1990 Werkzaam bij Shell International in Londen.
1990 Leergang internationale betrekkingen aan instituut Clingendael.
1990-1993 Werkzaam op het ministerie van Buitenlandse Zaken bij de
afdeling politieke VN-zaken.
1994-1997 Programmamanager, hoofd donorrelaties van UNRWA in Jeruzalem.
1998-2004 Werkzaam bij de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM)
in Geneve.
2004-2005 Senior adviseur van de VN in Khartoem en Nairobi.
2005-2010 Diverse functies bij UNICEF, waaronder regiodirecteur
Midden-Oosten en Noord-Afrika van de kinderrechtenorganisatie van de VN.
2013-2014 Leidt als onder-secretaris generaal van de BN de missie voor
de vernietiging van chemische wapens in Syrie, van oktober tot
september.
2015 Onder-secretaris generaal in Libanon.
2015 Ontvangt eredoctoraat aan de universiteit van Exeter.
2016 Ontvangt de Carnegie Wateler Vredesprijs voor haar werk in het
Midden-Oosten.
2017 Benoemd tot minister voor Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking in het kabinet-Rutte III.
2020 Wordt op 5 september gekozen tot lijsttrekker van D66.
Sigrid Kaag is getrouwd met Anis al-Qaq en woont in Scheveningen.
--------
(c) 2020 DPG Media B.V.
More information about the D66
mailing list