[D66] Het verlangen het leven te ontvluchten
R.O.
jugg at ziggo.nl
Fri Nov 20 19:41:08 CET 2020
* 20 Nov 2020
* NRC Handelsblad
* Door onze medewerker Koen Schouwenburg
Het verlangen het leven te ontvluchten
Onrust, eenzaamheid en depressie kenmerken ook het fragmentarisch proza
van Pessoa. Door te schrijven probeerde hij zich te bevrijden uit zijn
getormenteerde bestaan.
Pessoa: ‘Het weten van de mens is groot, maar zijn onwetendheid is immens.’
From page 1 Voor Fernando Pessoa (18881935) was het leven een
behoorlijke beproeving. Zijn bestaan en werk werden gedomineerd door
angst en somberheid. In de vorig jaar verschenen vertaling Een spoor van
mezelf. Een keuze uit de orthonieme gedichten staat de vertwijfelde
uitroep: ‘O mijn diepe zijnsangst, niets kan jou uitdoven!’
Voor Pessoa stond het leven gelijk aan lijden. Gelukkig was er een
manier om het leven te ontvluchten. In het benauwende Boek der
rusteloosheid schreef hij: ‘De literatuur is de prettigste manier om het
leven te negeren.’ Het leven was een vervloekte voorwaarde voor wat
werkelijk noodzakelijk was: scheppen.
Kroniek van een leven dat voorbijgaat is een bijzondere uitgave. Van
deze Nederlandse vertaling bestaat geen Portugese editie – al is dat
minder vreemd dan het klinkt. Pessoa schreef veel maar publiceerde
weinig. Publiceren vond hij ‘een onwaardige behoefte!’
Zijn literaire nalatenschap was een briljante bende. Er bestaan van Boek
der rusteloosheid bijvoorbeeld negen edities die allemaal verschillen
van omvang en volgorde: de dunste heeft 96 pagina’s en de omvangrijkste
telt bijna 600 bladzijden.
Vertaler en Pessoa-kenner Michaël Stoker heeft Kroniek van een leven dat
voorbijgaat samengesteld uit teksten die zijn verspreid over
verschillende Portugese uitgaven. Stoker promoveerde op Boek der
rusteloosheid en vond tijdens zijn onderzoek veel fragmenten in de
verschillende edities die eigenlijk niet in dat meesterwerk thuishoren.
Deze dagboekachtige notities zijn de kern van Kroniek van een leven dat
voorbijgaat. Stoker heeft in deze uitgave tevens andere autobiografische
snippers opgenomen en fragmenten die Pessoa schreef onder zijn
verschillende heteroniemen. Gezellige pessimist In zijn nawoord noemt
Stoker deze editie het ‘kleine broertje’ van het chaotische Boek der
rusteloosheid. Dat boek is beklemmender dan de nieuwe uitgave, omdat het
geconcentreerder en gestileerder is; het waaiert wat minder uit. De
teksten die Stoker heeft opgenomen in Kroniek van een leven dat
voorbijgaat zijn volgens hem een aanvulling op het literaire oeuvre van
Pessoa. Zo klinkt het misschien alsof dit boek tweederangs is, maar het
tegendeel is het geval: het fragmentarische proza is fascinerende
literatuur en is, zoals we van Pessoa gewend zijn, van een hoge kwaliteit.
Het ongepolijste karakter van de fragmenten zorgt voor levendigheid,
alsof we over de schouder van Pessoa meekijken terwijl hij koortsachtig
zijn invallen noteert. De meeste fragmenten zijn boeiende beschouwingen
en interessante overpeinzingen. Herhaaldelijk stuit je op prikkelende
aforismen, zoals: ‘Een cynicus is niet anders dan een gezellige
pessimist.’ Als geheel vormen de fragmenten een mooi en diepgaand beeld
van het geagiteerde innerlijke leven van Pessoa.
Kroniek van een leven dat voorbijgaat is zowel persoonlijk als
beschouwend; Pessoa doet verslag van zijn gevoelsleven en filosofeert
onder meer over identiteit – een van zijn belangrijkste thema’s. Hij
noteert zijn gedachten, zijn literaire plannen en zijn kunstopvatting:
‘Aangezien het de bedoeling is van kunst om de werkelijkheid weer te
geven, kan dat dus alleen maar door tegelijkertijd het innerlijke en
uiterlijke landschap te laten zien. Het kunstwerk zal proberen een
intersectie van de twee landschappen af te beelden.’
Volgens Stoker was Pessoa een ‘tegendenker’ en een ‘twijfelende tiener
met het stilistisch vermogen van een volgroeid intellectueel’. Dat
laatste is een wat merkwaardige omschrijving, alsof het gaat om puberale
onzekerheid en niet om een filosofische overtuiging die Pessoa heeft
omarmd. De twijfel is epistemologisch: wat kennen we en wat kunnen we
kennen? ‘Het weten van de mens is groot, maar zijn onwetendheid is
immens.’ Pessoa noemt zichzelf een idealist. Bij hem vervaagt de grens
tussen fictie en werkelijkheid: de wereld is een voorstelling, een
fictie – een constructie van de menselijke geest. Wat ik ken komt niet
overeen met wat de ander kent. ‘Het leven is alleen gewaarwording.’ De
epistemologische twijfel domineerde het literaire modernisme van het
interbellum in de twintigste eeuw. Thematisch is het werk van Pessoa dan
ook verwant aan de literatuur van grote modernisten als Thomas Mann en
Marcel Proust. Net als Prousts verteller in Op zoek naar de verloren
tijd wordt Pessoa geteisterd door eenzaamheid: ‘En toch bestaat er geen
eenzamer ziel dan mijn ziel – let wel, niet eenzaam door omstandigheden
van buitenaf, maar eenzaam van binnenuit.’
Versnipperd leven
Als jongetje zonderde Pessoa zich af en speelde hij graag alleen,
schrijft hij in een brief waarin hij zich voordoet als een dokter die
zijn karakter analyseert. De eenzaamheid is een lot waaraan hij niet kan
ontsnappen: ‘De rode draad in een versnipperd leven; de eenzaamheid die
ik altijd bij me draag en die mij daarom definieert en altijd zal
definiëren.’
Zorgde de eenzaamheid voor zijn depressies of was het eerder andersom?
Hoe dan ook, geluk was hem vreemd: ‘Elke dag is de ongelukkigste dag van
mijn leven.’ Pessoa is altijd onrustig en gespannen; angst, eenzaamheid
en depressie tiranniseren hem en domineren Kroniek van een leven dat
voorbijgaat. Ondanks zijn afkeer van oprechtheid, voelt zijn leed
ongeveinsd.
Pessoa is een meester in het verwoorden van zijn onrust en ongeluk.
‘Waarom ben ik zo ongelukkig? Omdat ik ben wat ik niet zou moeten zijn.
Omdat de helft van mij niet verwant is aan de andere helft en de
overwinning van de een de nederlaag van de ander betekent. En aangezien
een nederlaag leed berokkent, lijd ik in beide gevallen.’
Pessoa vond alle veranderingen ellendig, ook goede. En wat is een
mensenleven anders dan een aaneenschakeling van veranderingen? Er was
voor hem maar één manier om met zijn intense emoties om te gaan:
schrijven, want ‘je uitdrukken’, schreef hij in Boek der rusteloosheid,
‘is overleven’.
Ook schreef hij bij monde van Bernardo Soares dat zelfmoord ‘laf’ is.
Pessoa’s beste vriend, de dichter Mário de Sá-Carneiro, stierf in 1916
door eigen hand. Anderhalve maand voor de zelfmoord had Pessoa hem nog
geschreven over zijn eigen ‘bodemloze depressie’. Ondanks zijn
diepgewortelde somberheid koos Pessoa niet voor de dood, maar voor de
literatuur: ‘Alle literatuur, met name poëzie, komt overeen met het
verlangen het leven te ontvluchten.’
Kroniek van een leven dat voorbijgaat is een fijne en waardevolle
toevoeging op de al bestaande Pessoa-vertalingen, het is net als zijn
poëzie en Boek der rusteloosheid het indringende resultaat van Pessoa’s
poging om zich te bevrijden van het getormenteerde leven.
-------------- next part --------------
An HTML attachment was scrubbed...
URL: <http://www.tuxtown.net/pipermail/d66/attachments/20201120/5fbdb6b6/attachment.html>
More information about the D66
mailing list