[D66] Terugkijken: Mondkapjes (Wuhan Coronavirus 2019-nCoV #201)

Dr. Marc-Alexander Fluks fluks at combidom.com
Tue May 26 17:32:08 CEST 2020


Bron:   Trouw
Datum:  23 mei 2020
Auteur: Johan van Heerde
URL:    
https://www.trouw.nl/verdieping/made-in-holland-de-moeizame-weg-van-het-zelf-produceren-van-mondkapjes~b435f622/
Opm:    Update Amsterdams vaccin,
         
https://www.parool.nl/nederland/amsterdams-vaccin-moet-coronavirus-ontkronen~b7af4b3e/


Made in Holland: de moeizame weg van het zelf produceren van
mondkapjes
------------------------------------------------------------

Een mondkapje maken: het klinkt zo eenvoudig, maar bekende bedrijven 
durven er hun vingers niet aan te branden. Een beddenfabrikant en een 
filterproducent durven dat wel, maar dan moet het ministerie ze wel 
bestellen.

'Het is een drama met die mondkapjes. Als er niet snel iets gebeurt, 
komen we in de problemen', zegt een vriend, werkzaam in een ziekenhuis, 
op een vrijdagavond ­tegen Mark Groot Wassink. Groot Wassink is 
projectleider bij beddenfabrikant Auping en schakelt net zijn televisie 
uit na het Achtuurjournaal. Daarin ziet hij een item over het Reinier de 
Graaf-ziekenhuis in Delft, dat uit nood mondkapjes inelkaar naait van 
doek voor stofzuigerzakken.

De alarmkreet van zijn vriend en het item op tv planten een idee in het 
hoofd van Groot Wassink. Kunnen wij iets voor de zorg betekenen met de 
machines in ons naaiatelier, vraagt hij zich af. Hij denkt aan de 
ontstaansgeschiedenis van Auping, opgericht door Johannes ­Auping, die 
in 1890 de eerste ­verende spiraalbodems, ­geproduceerd van ­metaal, 
levert aan het Burgerziekenhuis in Amsterdam. Dan nog onder de naam 
'Auping's stalen gezondheidsmatras'.

Enkele collega's van Groot Wassink hebben hetzelfde idee over mondkapjes 
en ze beleggen die avond met een aantal andere bedrijven uit de omgeving 
een vergadering. Op zaterdagochtend, om acht uur, gaan ze aan de slag in 
de fabriek in Deventer.

Wat Groot Wassink niet weet, is dat er diezelfde zaterdag, 21 maart, in 
Den Haag koortsachtig wordt gewerkt aan oplossingen voor het 
mondkapjestekort. Bruno Bruins is net afgetreden als minister voor 
medische zorg, hij wordt vervangen door Martin van Rijn. Ministeries 
vormen na het opstappen van Bruins in allerijl twee nieuwe 
coronabrigades. In opdracht van het ministerie van volksgezondheid, 
welzijn en sport (VWS) wordt het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) 
uit de grond gestampt.


De grote namen zien niets in mondkapjes

Het ministerie van economische zaken en klimaat (EZK) formeert een 
groepje van twintig mensen om met het bedrijfsleven de productie van 
medische hulpmiddelen in Nederland op te zetten. De club wendt zich tot 
John Blankendaal, directeur van Brainport Indus­tries in Eindhoven, de 
high-techregio van ­Nederland. Zijn notitieboekje staat vol met ­namen 
en nummers van de mensen die ertoe doen bij bedrijven als Philips, VDL, 
Siemens en ASML.

Die gerenommeerde bedrijven hebben echter geen mondkapjesplannen. Ook in 
Twente, het thuisland van de textielindustrie in de ­negentiende en de 
vroeg-twintigste eeuw, zien bedrijven geen brood in productie van 
hoogwaardige maskers, die voldoen aan de strenge FFp2-norm voor medisch 
gebruik. Ten Cate wordt genoemd, als een van de spaarzame overblijfselen 
van die textielnijverheid. Het bedrijf heeft niet voor niets het 
predicaat ­'Koninklijk', net als Auping.



Topman Jan Albers is echter resoluut: Ten Cate is allang geen 
textielbedrijf meer en de machines in Hengelo en Nijverdal zijn niet 
­geschikt voor mondkapjes. Albers heeft grote twijfels bij de 
haalbaarheid van een productielijn in Nederland, zegt hij begin april 
aan de ­telefoon. Het verkrijgen van een keurmerk is in zijn ogen een 
probleem en we kunnen niet op tegen de productiecapaciteit die in China 
­alweer gang komt.

Zeker een bedrijf denkt daar anders over: filterproducent Afpro in 
Alkmaar. Op 29 ­februari, twee dagen na de eerste corona­besmetting in 
Nederland, koopt vicepresident Joost ­Verlaan in samenspraak met zijn 
vader, Afpro-oprichter en eigenaar Karel Bosschieter, een 
mondkapjesmachine in China. De firma heeft fabrieken in het Aziatische 
land en ­Verlaan en zijn vader zijn zich er al vroeg van bewust wat 
Nederland te wachten staat.

De machine moet stante pede worden ­betaald, maar hoe krijgen ze het 30 
meter lange ­apparaat in Nederland? Door corona zijn vliegverbindingen 
verdwenen en dat is een probleem: per schip gaat ontzettend veel tijd 
­verloren. En dan zijn er nog drie obstakels: het materiaal, het 
certificaat en een order.


Hoeveel mondkapjes zijn er nodig?

Dezelfde knelpunten passeren op die zaterdag in Deventer ook de revue, 
als Auping ­samen met ontwerpbureau Panton – ook uit Deventer – het 
ontwerp en de productie van een mondkapje probeert uit te dokteren. Mark 
Groot Wassink belt die middag nog met een kennis bij DSM, waarmee Auping 
in 2018 een circulair matras voor consumenten heeft ontwikkeld. Dat 
blijkt later een schot in de roos.

Prangende vraag: hoeveel mondkapjes zijn er nodig? Auping en Panton 
spreken af om in totaal 50.000 maskers te maken. Bij Afpro had men geen 
idee. Verlaan: 'Zoveel mogelijk, dat was de reflex van iedereen die ik 
sprak.' Met zijn kennissen bij Economische Zaken maakt John Blankendaal 
achterop een bierviltje een snelle rekensom. Zo'n vijftig ziekenhuizen 
in Nederland, die gebruiken een paar duizend mondkapjes per dag. Als we 
er 200.000 per week kunnen maken, dan zijn we een heel end op dreef.

Het is veel te weinig. Het LCH becijfert in april dat de vraag naar 
FFP2-mondneus­maskers tijdens een besmettingspiek 61 keer hoger is dan 
normaal. Van 73.000 per week in 2019 naar een prognose van 4,5 miljoen 
per week nu. Groot Wassink (Auping): 'In de dagen na dat eerste weekend 
in maart namen we snel ­afscheid van ons bescheiden plan voor alleen de 
lokale zorg.' Het bedrijf komt in contact met de ­betrokken ministeries 
en het LCH en schakelt om naar grote aantallen, net als ­Afpro. Die twee 
bedrijven leren van elkaars ­bestaan en realiseren zich dat vanaf dan de 
last op hun schouders ligt.

Met vereende krachten wordt in een paar weken tijd een productieproces 
uit de grond gestampt, een traject waarvoor in 'normale ­tijden' 
misschien wel een jaar staat, schatten Verlaan en Groot Wassink 
achteraf. Neem ­Duflex. De bescheiden machinefabrikant uit Elst bouwt in 
minder dan een maand tijd vanuit het niets een mondkapjesmachine, 
gelijkwaardig aan de complete machines uit China.


'De markt was net het Wilde Westen'

DSM legt via het Duitse Innovatec de hand op tonnen van het cruciale 
'meltblown polypropyleen', het basismateriaal voor hoogwaardige 
mondkapjes. Een mondkapje lijkt op het oog een simpel product, maar 
zonder het meltblown, de kritische filterlaag van geblazen kunststof, is 
het bijna waardeloos. Sinds de ­uitbraak van corona staat meltblown 
synoniem voor goud: iedereen wil het. Maar in Nederland kan niemand het 
maken.

Verlaan (Afpro) weer er alles van. 'Voor een partij grondstoffen uit 
China hebben we zeven keer de marktprijs betaald. De economische wetten 
die golden, tellen nu niet meer.' Pieter Wolters, bij DSM vicepresident 
innovatie: 'De markt was het Wilde Westen, prijzen gingen aan alle 
kanten door het dak. Gelukkig levert onze Duitse partner tegen een 
schappelijke prijs, niet veel hoger dan voor de crisis.'

De keten van bedrijven die naast Auping, Afpro, Duflex, Panton en DSM 
betrokken zijn bij de productie, is lang. Chipmachinefabrikant ASML uit 
Veldhoven verzorgt in samenspraak met John Blankendaal een luchtbrug 
voor twee machines van Afpro uit China. Schaafsma Paper Group (Zaandam) 
levert grondstof aan Auping, EKI (Nijmegen) maakt het rubberen 
afdichtstripje voor op de neus en Chr. Muller Touw (Elst) levert 
tientallen kilometers elastiek. Hunter Douglas en Nie-met verschaffen 
het aluminium lipje om het kapje om de neus aan te drukken en Papyrolux 
uit Biddinghuizen snijdt het materiaal op maat. Het Britse BSI geeft in 
no-time de CE-certificering af. TNO, de TU Delft en het ­Reinier de 
Graaf-ziekenhuis testen de mondkapjes voor gebruik in de Nederlandse 
zorg.

Als voor de machines, het materiaal en ­certificering een oplossing 
lijkt gevonden, moet het ministerie er een klap op geven en de order 
tekenen.


Moeizame samenwerking met het ministerie

Blankendaal is de eerste die opmerkt dat de samenwerking met de 
ministeries soms moeizaam gaat. 'Bij het LCH werkten mensen die van VWS 
mondkapjes moesten inkopen. Een inkoper koopt een kant-en-klaarproduct 
in en is niet gewend om een proces voor de toekomst veilig te stellen.'

Groot Wassink: 'Toen we op 27 maart samen met Panton ons aanbod 
opstuurden naar het LCH, hadden we nog geen vastomlijnd plan. Wij zijn 
Auping, u kent ons misschien van de woonboulevard, dit is hoe we aan 
machines, materialen en certificering denken te komen: vertrouw ons en 
het komt goed. Dat was ­ongeveer onze boodschap.'

Verlaan: 'Wij leveren normaal gesproken aan het bedrijfsleven, dan weet 
je hoe de ­hazen lopen. Bij de overheid duurt alles langer. Het LCH was 
amper opgezet toen wij op 19 maart een voorstel deden. Ze zeiden tegen 
me: 'We begrijpen je, Joost, maar jij bent niet de oplossing voor 
morgen.' Wat ze niet begrepen, is dat als je essentiele grondstoffen 
niet ­meteen vastlegt, je overal achteraan hobbelt, omdat alle landen 
dezelfde grondstof willen hebben.'

Blankendaal: 'Eind maart hebben we wel een keertje moeten dreigen bij 
het ministerie. Dat die order er echt moest komen. Het scheelde dat we 
steun kregen van machtige bedrijven als DSM.'

Groot Wassink: 'Ja, het had sneller gekund, maar toen de order werd 
getekend, hadden we hier nog helemaal niets staan. Intussen werden de 
machines die we nodig hadden voor productie, met de dag duurder.'


Hoe zit het met de aansprakelijkheid?

Er sluimert ook nog, zeker voor Auping, een gecompliceerde kwestie: de 
aansprakelijkheid. Bij Afpro zit filtering en bescherming in de 
haarvaten, maar Auping moet omschakelen. Groot Wassink: 'We zijn een 
bedrijf met tachtig miljoen euro omzet, met een merknaam en een 
reputatie, maar we hadden geen verstand van mondkapjes. Wat als een 
kapje toch gebreken heeft en er wordt iemand ziek? Wie is dan 
aansprakelijk?'

Op 3 april bevestigt het ministerie de eerste order per mail. Auping, 
Afpro en DSM hebben dan een consortium gevormd, waarin het ­ministerie 
vertrouwen heeft. Op 12 april zet VWS een handtekening onder de deal. 
Het ­ministerie aanvaardt dat de aansprakelijkheid bij eventuele 
gevolgschade voor rekening van VWS is. Dat is hoogst ongebruikelijk, 
maar het ministerie gaat akkoord 'vanwege de schaarste aan FFP2-maskers 
en de noodzaak om de productie in Nederland snel op gang te brengen', zo 
laat het aan Trouw weten. Het kapje moet aan alle Europese regelgeving 
voldoen – het RIVM test ze nogmaals – en belangrijk: Afpro en Auping 
leveren de maskers tegen kostprijs. De exacte prijs is geheim, de 
afspraak is dat de bedrijven werken met een open boek. Als een machine 
toch een ton meer kost, betaalt het ministerie.

Ondanks de aansprakelijkheid is het een luxe deal voor VWS, want op dat 
moment ­regeren cowboys over de mondkapjesmarkt. Certificaten worden 
vervalst en beunhazen staan met zakken vol cash bij fabriekspoorten om 
reeds verkochte mondkapjes alsnog te ­claimen. Het is een worsteling 
voor de ambtenaren van VWS en de leden van het LCH, die deals afsluiten 
tegen uit de bocht gevlogen Chinese marktprijzen. Op 28 maart worden 
honderdduizenden mondkapjes teruggeroepen uit ziekenhuizen, omdat ze 
nauwelijks ­bescherming bieden.


Zeven miljoen mondmaskers

Op de betrokken ministeries heerst dan ook optimisme over de deal met 
Afpro, Auping en DSM. In een update over de uitbraak van het coronavirus 
in Nederland meldt het kabinet op 7 april – nog voor de opdracht formeel 
rond is – dat de productie van mondmaskers hier 'op gang komt'. 'Naar 
verwachting kunnen de ­komende weken zeven miljoen mondmaskers worden 
geproduceerd.'

Die weken zijn eerder maanden. Het in ­elkaar sleutelen van de 
meterslange machines blijkt ingewikkeld en de afstelling van alle ­losse 
onderdelen is een hele klus. Iets ogenschijnlijk simpels als het 
geautomatiseerd ­bevestigen van een elastiekje aan een mondkapje – 
secondenwerk – blijkt uitdagend.

Intussen komt de invoer van FFP2-mondkapjes uit China nu wel goed op 
gang. Zo'n 130 miljoen zijn er besteld, acht miljoen zijn al 
veiliggesteld. Auping en Afpro moeten hun eerste miljoen kapjes nog 
leveren. Groot Wassink maakt zich geen zorgen om de Chinese 
concurrentie. 'Die kapjes zijn nodig in de zorg, daarvoor zijn wij 
hiermee ­gestart. Ik denk dat we in maart hebben ­geleerd dat het in een 
crisis aankomt op zekerheid. Wat als de grenzen weer dicht gaan en het 
besmettingscijfer ook hier weer oploopt? Dan hebben we in Nederland de 
productie van miljoenen mondkapjes per maand veiliggesteld, binnen een 
dik uur rijden van Den Haag.'

Verlaan (Afpro): 'We zijn hier niet aan begonnen om wereldkampioen 
mondkapjes maken te worden. Mijn broertje is huisarts, voor hen doe je 
het.'

--------
(c) 2020 DPG Media B.V.


More information about the D66 mailing list