[D66] Virus werd 10 jaar geleden voorspeld (Wuhan Coronavirus 2019-nCoV #138)

Dr. Marc-Alexander Fluks fluks at combidom.com
Sun Apr 19 15:29:05 CEST 2020


Bron:   Volkskrant
Datum:  17 april 2020
Auteur: Marco Visscher
URL:    
https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/het-risico-op-een-nieuwe-virusuitbraak-beperken-is-niet-makkelijk~b045feeb/


David Quammen: 'Het risico op een nieuwe virusuitbraak
beperken, is niet makkelijk'
------------------------------------------------------

Tien jaar geleden al schreef journalist David Quammen over een nieuw 
coronavirus dat zich via een lokale markt in China zou verspreiden over 
de hele wereld.

Al vele jaren volgt David Quammen alles over virussen die overspringen 
van dieren op mensen. Hij reisde mee in het kielzog van de veldbiologen 
die in de tropen op jacht gingen naar ziekteverwekkers. Soms droegen ze 
beschermende laarzen, jassen, maskers en diverse lagen handschoenen. Ook 
Quammen was goed ingepakt, maar toch bleef hij altijd veilig achter hen, 
op meer dan 1,5 meter, zodat hij niet ineens een grote, harige vleermuis 
kreeg aangereikt om in een zak te proppen. Pen en notitieblok vormden 
een goed excuus.

Voor zijn reportages in National Geographic ging de Amerikaanse 
journalist bijvoorbeeld met deze virusjagers naar een veel­bezochte 
soefitempel in Bangladesh, waar makaken ronddartelen en weleens een 
toerist bijten. Zo raakten mensen ­besmet met herpes B, waarna 
onderzoekers er met een apenval heen gingen om het bloed van de makaken 
te testen. Ook reisde Quammen mee naar een oerwoud in de Democratische 
Republiek Congo, speurend naar gorilla's om bloed­monsters af te nemen 
en in te vriezen, hopend op antilichamen tegen ebola. En, dichter bij 
ons: naar Herpen, een ­boerendorp in Noord-Brabant waar in 2007 Q-koorts 
uitbrak, met als gevolg ruim vierduizend geinfecteerden en bijna honderd 
doden.

Zijn soms zinderende boek Van dier naar mens uit 2013 is nu opnieuw 
uitgegeven, met een nieuw voorwoord en een andere titel: Zoonose - u 
weet het inmiddels: een ziekte of infectie die van dier op mens 
overspringt. Want zoonose, zo schreef hij toen, is 'een woord van de 
toekomst, dat naar verwachting in de 21ste eeuw veelvuldig zal worden 
gebruikt'.


U denkt vast: ik had het nog zo gezegd...

'Ik ben bang van wel, ja. Tien jaar geleden al schreef ik de verhalen op 
van experts die waarschuwden voor een nieuw ­coronavirus, afkomstig van 
een vleermuis, dat zich van een lokale markt in China zou verspreiden 
over de hele ­wereld.'


Plotseling begrijpen uw vrienden en familie waar u al die jaren mee 
bezig was?

'Ha! Het klopt dat de meeste mensen om me heen mijn belangstelling voor 
zoonosen zagen als een eigenaardig trekje. Nu vinden ze mij opeens 
vooruitziend!'


Hoe raakte u geinteresseerd in zoonosen?

'Toen ik in de jaren negentig las over het ebolavirus, ging ik op 
expeditie met een bioloog en zijn team dwars door het oerwoud van Congo 
en Gabon. Ze maakten een inventarisatielijst en registreerden alles: van 
stronthopen van olifanten tot de sporen van luipaarden. Door hun werk 
leerde ik steeds meer over de ontwikkeling van ebola en andere virussen.

'Ik realiseerde me dat we steeds vaker zouden gaan zien dat virussen 
overspringen van dier naar mens. Een virus als polio kunnen we uitroeien 
met grootschalige vaccinatiecampagnes, want dat virus kan weliswaar 
mensen infecteren, maar kan zich nergens in de natuur verstoppen. 
Zoonotische virussen kunnen dat wel.'


Dus we moeten ermee leren leven?

'De natuur heeft een onmeetbare diversiteit aan virussen die zich 
bevinden in allerlei levende wezens. We kunnen de gevaren beperken, 
bijvoorbeeld door ecosystemen zoveel mogelijk met rust te laten. Maar 
dat is geen gemakkelijke opgave, want we vinden er planten en dieren om 
te verkopen of op te eten, maar ook hout om op te stoken.

'Bovendien verloopt de link ook via de mineralen en grondstoffen die wij 
gebruiken in onze alledaagse producten. In onze mobiele telefoons zit 
coltan, een mineraal dat wordt gehaald uit mijnen in afgelegen gebieden, 
soms grenzend aan oude bossen. Wat eten de mijnwerkers? Waarschijnlijk 
bushmeat, ofwel het vlees van de jacht op wilde dieren als vleermuizen, 
egels, knaagdieren en reptielen uit het bos.'


Bedoelt u nu dat we geen mobiele telefoons moeten gebruiken?

'Nee, dat niet zozeer. Maar wanneer we ons hiervan bewust zijn, kunnen 
we alternatieven voor coltan stimuleren en ontwikkelen, of we kunnen 
bedrijven ondersteunen die er werk van maken dat hun mijnwerkers het bos 
niet verstoren. De essentie is dat mensen zichzelf voortdurend 
blootstellen aan de enorme reservoirs waar virussen zich schuilhouden.'

En die reservoirs zijn er volop in China, zo ontdekte hij. Quammen was 
er, in het kielzog van een team dat de oorzaak van sars bij vleermuizen 
hoopte te vinden. De markten waar de lekkerbek terechtkon voor 
bamboerat, krokodil en wasbeerhond waren inmiddels ondergronds gegaan, 
maar zelfs de Chinese onderzoekers bleken rekkelijk te denken over welk 
vlees wel of niet acceptabel was. Zolang apenvlees er smakelijk uitzag, 
meldde een onderzoeker, had hij er geen probleem mee. Zelfs chimpansee 
bleek niet taboe.

Samen met deze onderzoekers toog Quammen naar de gebergten bij Guilin, 
waar de door erosie uitgesleten holtes ideale rustplaatsen vormen voor 
vleermuizen. De een spande een ragfijn net waar de vleermuizen in 
verstrikt raakten, een ander zwiepte met een vlindernet. Quammen zag het 
allemaal aan, en kreeg toen ineens een ongemakkelijke gedachte: niemand 
van hen droeg een masker. Toen hij zijn zorgen uitte, werden die 
weggewuifd. Tja, zo'n allesbedekkende overall, plus handschoenen en dan 
die veiligheidsbril: zo onpraktisch...

'Het is vreemd om daar nu op terug te kijken', zegt Quammen via Skype. 
'We hadden geluk.'


Voor een virus is er niets mooiers, schrijft u, dan overspringen op een 
mens. Waarom is dat?

'Virussen volgen darwinistische regels: ze passen zich telkens aan, want 
zo hebben ze de grootste kans om te overleven en te reproduceren. 
Wanneer ze zich nestelen in de mens, hebben ze een buitensporig talrijke 
soort op aarde te pakken. Er zijn wel 7,7 miljard van ons, dus dan 
ontstaat er voor een virus een compleet nieuwe wereld van mogelijkheden. 
Zo bezien behoort dit nieuwe coronavirus tot de meest succesvolle 
virussen op aarde.'


U omschrijft de mens zelf als een uitbraak. Waarom?

'Ecologen spreken van een uitbraak als de populatie van een bepaalde 
soort ineens enorm uitdijt. Zo kan een bepaald soort nachtvlinder jaren 
achtereen haast onopgemerkt in een natuurgebied voorkomen, voordat ze 
ineens in aantal explodeert. Een vrouwtje legt wel tweehonderd eieren, 
tweemaal in de zomer, en als er toevallig precies de ideale 
weersomstandigheden voor hen zijn, overleven ze zowat allemaal. De 
blaadjes worden weggevreten als nooit tevoren. Omwonenden willen ze al 
gauw met gif uitroeien. Maar het gekke is: als je rustig afwacht, zie je 
het volgende jaar, of het jaar daarop, een even plotselinge terugval in 
de populatie en langzaam verdwijnen ze weer. Waarom? Omdat ze een virale 
plaag in zich dragen die om zich heen grijpt zodra de soort zo talrijk 
is en zo dicht opeengepakt zit. Dat virus wordt hun dood en de populatie 
zal abrupt worden teruggesnoeid.

'Kijken we naar de mens, dan zien we een soort waarvan de omvang in de 
afgelopen honderd jaar meer dan verviervoudigd is - en er komen nog 
steeds meer mensen bij. We wonen vooral in dichtbevolkte steden en zijn 
via intercontinentale vluchten nauw met elkaar verbonden. Volgens de 
definitie van ecologen kun je de mens daarom zien als een uitbraak.'


Zal een virus ook bij ons de bevolking ineens reduceren?

'Die vraag legde ik neer bij de experts. Hun conclusie is dat dit niet 
volstrekt onmogelijk is, maar wel te vermijden. Wij mensen kunnen ons 
namelijk aanpassen, zowel via onze genen als in ons gedrag. We zijn 
intelligente wezens en kunnen ons beschermen. Wij hebben wetenschap en 
technologie.'


En wij hebben virusjagers. Wat zijn het voor mensen die op jacht gaan 
naar virussen en antistoffen?

'De virusjagers zijn de detectives die in het veld speuren naar de 
oorzaken van mysterieuze uitbraken. Ze zijn doorgaans breed onderlegd, 
met een opleiding in diverse specialisaties zoals biologie, ecologie, 
geneeskunde en virologie. Die achtergrond geeft hen de kennis om wilde 
dieren te vangen en bloedmonsters af te nemen. Het is indrukwekkend om 
hen aan het werk te zien. Ze beoefenen wetenschap in uitzonderlijk 
moeilijke omstandigheden.'


En de virologen in het lab?

'Serieuze, bedachtzame, zwijgzame types, die gewoon liever in opperste 
concentratie hun werk doen dan erover praten met mensen die geen 
vakgenoten zijn. Mogelijk is daardoor het dreigende gevaar van een 
pandemie zoals we nu meemaken niet eerder opgepikt. Dat moeten we hen 
wellicht ook niet kwalijk nemen; het is aan anderen om het belang van 
hun werk over het voetlicht te brengen.'


Ziet u de virologen als vergeten helden?

'Absoluut. We moeten in onze samenleving meer waardering krijgen voor 
wetenschap en technologie, want deze terreinen zullen ons helpen beter 
te reageren op een volgende uitbraak van een virus, zodat er geen 
epidemie of pandemie volgt. Knappe koppen werken aan testen, aan vaccins 
een aan antivirale medicijnen. Of ze werken aan een apparaat dat op een 
vliegveld van alle passagiers in de rij bij de security check wat 
speeksel kan testen op een virus, zodat je tegen de tijd dat je je 
koffer weer oppakt en je riem omdoet, weet of je positief bent getest en 
in quarantaine moet blijven, zodat je niet aan boord van een vliegtuig 
stapt.

'Dit is allemaal belangrijk werk om een volgende pandemie te voorkomen. 
Om te zorgen dat meer mensen dit werk gaan doen of erin investeren, 
moeten we leren begrijpen wat wetenschappers doen en hoe interessant en 
heroisch hun werk is.'


De volgende Nobelprijs is voor de wetenschapper die een vaccin uitvindt 
tegen dit coronavirus?

'Dat zou niet zo'n slechte gok zijn.'

--------
(c) 2020 DPG Media B.V.


More information about the D66 mailing list