nu echt iets aparts ....

Henk Elegeert hmje at HOME.NL
Sun Aug 10 21:28:34 CEST 2008


REPLY TO: D66 at nic.surfnet.nl

http://noorderlicht.vpro.nl/artikelen/39865985/
"
Zonnestelsel echt iets aparts
Eindelijk uniek

Links
    * Lees ook: "Planeten van regen in de drup - Kraters verraden
wording zonnestelsel", Noorderlicht nieuws, 15 september 2005
    * Lees ook: "70.000.000.000. 000.000.000.000 – Meer sterren = meer
werelden", Noorderlicht nieuws, 22 juli 2003


Eindelijk zijn we uniek. Nadat eerst de aarde, en daarna de zon van
hun voetstuk vielen als middelpunt van het heelal, kunnen we nu
tenminste zeggen dat we een heel bijzonder zonnestelsel hebben. Dat
blijkt uit nieuwe berekeningen.

Het zijn zware tijden geweest voor wie graag in het middelpunt staat.
Nadat Copernicus de aarde uit het centrum van het heelal weghaalde,
bleek ook de zon maar een doodordinaire ster te midden van miljarden
andere sterren. En als klap op de vuurpijl bleken die sterren eind
vorige eeuw ook nog allemaal eigen planeten te hebben.

Toch is ons eigen thuisstelsel vrij ongewoon, blijkt uit berekeningen
van de Canadese astrofysicus Edward Thommes en collega's. Met
computermodellen simuleerden zij het ontstaan van maar liefst honderd
zonnestelsels.

Want met veel van de inmiddels alweer 307 bekende 'exoplaneten' was
wel wat vreemds aan de hand. Vaak ging het om heel grote,
Jupiter-achtige gas-reuzen, die in een baan vlakbij hun ster zaten.
Weliswaar waren zulke planeten ook het gemakkelijkst op te pikken met
de gebruikte detectietechnieken, maar het beeld leek in niets op ons
eigen zonnestelsel. Dat heeft dicht bij de zon een paar kleine,
rotsige planeten, en gasreuzen als Jupiter en Saturnus in de
buitenbanen.

Ook zijn exoplaneetbanen vaak behoorlijk ellipsvormig, terwijl die in
ons zonnestelsel allemaal bijna cirkelvormig zijn. De vraag rees hoe
typisch ons eigen zonnestelsel eigenlijk is.

Een zonnestelsel ontstaat als stofdeeltjes in de zogeheten
'protoplanetaire schijven' samenklonteren rondom om een versgevormde
ster. Zulke stofdeeltjes klonteren samen tot rotsblokken, die op hun
beurt weer samenklonteren tot de voorlopers van planeten. Boven een
bepaald gewicht gaat zo'n protoplaneet ook gas vasthouden. De
groeiende planeten vegen de gasschijf schoon, tot er alleen nog maar
planeten over zijn. Vaak zorgt de afremmende werking van de gasschijf
er bovendien voor dat grote planeten verhuizen naar een baan dichter
bij de ster.

Details in het proces zijn nog onbegrepen en moeilijk te simuleren,
maar met wat handgrepen en het beste wat planeetvormings-software te
bieden had, probeerden Thommes en collega's het toch. Ze begonnen met
honderd gasschijven met verschillende massa en viscositeit (een maat
voor de stroperigheid, ofwel de stroomsnelheid van het gas), en lieten
de computer vervolgens 5 miljoen (gesimuleerde) jaren rekenen.

Uit lichte gasschijven vormden zich meestal alleen kleine rotsige
planeten, terwijl bij zware gasschijven meestal gasreuzen ontstonden.
Die reuzen migreren vervolgens naar de binnenste banen, en lopen
daarbij de rotsige kleintjes onder de voet.

Zonnestelsels zoals het onze, met kleine rotsige planeten in de
binnenbanen, én gasreuzen die niet migreren, zijn een zeldzaam
grensgeval.

De exercitie is ten eerste bedoeld om de vorming van zonnestelsels
beter te begrijpen, maar filosoferen over wat het voor onszelf
betekent, mag aan het eind van een artikeltje als dit heus wel. Op
gasreuzen is het lastig leven voor 'life as we know it', dus een al te
zware protoplanetaire schijf lijkt niet gunstig om mee te beginnen Een
lichte gasschijf, waaruit alleen maar rotsplaneten ontstaan, kan
misschien geen kwaad.

Maar misschien betekent onze hervonden uniekheid wel dat we er
eenzamer voorstaan dan we dachten.

Bruno van Wayenburg

Edward W. Thommes, Soko Matsumura, Frederic A. Rasio, 'Gas Disks to
Gas Giants: Simulating the Birth of Planetary Systems', Science, 8
augustus 2008
"

Kortom: De kansen dat we met een unieke samenstelling te maken hebben,
 altijd al mijn gedachte geweest,  zal alleen maar toenemen. Niet dat
we er eenzamer op worden, die gedachte is en was juist aanleiding tot
die verkeerde gedachte.

Kunnen we dan nu ook ophouden met onszelf voor de gek te houden met
die speurtocht naar zgn. extraterrestrial intelligence, of wachten we
tot we de bewijzen voor deze dwaze gedachte (ooit als vracht mee
gestuurd) als verloren moeten worden beschouwd? De kans is namelijk
vele malen groter dat als er werkelijk zo´n intelligence bestaat dat
die wel zal nalaten uberhaupt met dergelijke figuren hier contact te
zoeken, toch? :))

Henk Elegeert

**********
Dit bericht is verzonden via de informele D66 discussielijst (D66 at nic.surfnet.nl).
Aanmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SUBSCRIBE D66 uwvoornaam uwachternaam
Afmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SIGNOFF D66
Het on-line archief is te vinden op: http://listserv.surfnet.nl/archives/d66.html
**********



More information about the D66 mailing list