Samenvatting Proefschrift Van Witteloostuijn

Ad Huikeshoven adhuikeshoven at WANADOO.NL
Fri Mar 22 20:58:33 CET 2002


REPLY TO: D66 at nic.surfnet.nl

Joris,
 
Hierbij het eerste stuk van de samenvatting van het proefschrift:
Rationality, competition an evolution; Entry (deterrence) in dynamic
barrier market theory
 
In deel I wordt aangegeven dat het onderwerp van het proefschrift
betrekking heeft op drie centrale begrippen binnen de economische
wetenschap:
Rationaliteit,
Concurrentie en 
Evolutie (hoofdstuk 1).
De meeste aandacht gaat echter uit naar een analyse van
concurrentieprocessen (hoofdstuk 2).
In deel II wordt de discussie rond het ‘rationaliteitsbegrip’ (hoofdstuk
3) en het ‘maximalisatieprincipe’ (hoofdstuk 4) onder de loep genomen.
Een kritische evaluatie van het debat lijkt uit te wijzen dat de
tegenstanders van beide concepten niet in staat zijn gebleken een
bruikbaar alternatief te formuleren. Om die reden worden in deze
dissertatie de rationaliteitsnotie in het algemeen en het
maximalisatieprincipe in het bijzonder als uitgangspunt gehanteerd:
verondersteld wordt dat het gedrag van economische agenten beschreven
kan worden door een (subjectieve) doelstellingsfunctie te maximaliseren
onder randvoorwaarden.
In deel III wordt een overzicht gepresenteerd van de belangrijkste
inzichten die de economische wetenschap in het algemeen en de
industriële economie in het bijzonder hebben opgeleverd met betrekking
tot de werking van ‘concurrentie’. Hierbij staat de ‘afweging’ tussen
statische efficiëntie enerzijds en dynamische voordelen anderzijds
centraal (hoofdstuk 5). Kortweg kan worden gesteld dat ‘statische
efficiëntie’ wordt bevorderd zodra prijzen tenderen in de richting van
het niveau van de (minimale) gemiddelde kosten, terwijl ‘dynamische
voordelen’ onder meer voortvloeien uit proces- en productinnovaties (bij
voorbeeld kostenreducties respectievelijk productverbeteringen). Een
drietal theorieën beschrijft statisch efficiënte concurrentie: volkomen
mededinging, (homogene) Bertrand concurrentie en betwistbare markten
(hoofdstuk 6). De theorie van betwistbare markten benadrukt het belang
van krachtige potentiële concurrentie: op een betwistbare markt worden
zittende bedrijven gedwongen gemiddelde kostprijzen te stellen onder
druk van de toetredingsdreiging door gelijkwaardige potentiële rivalen.
Kenmerkend voor betwistbare markten (en volkomen mededinging) is de
aanname dat toetreding ‘vrij’ en uittreding ‘kosteloos’ kan geschieden.
Deze veronderstelling impliceert de afwezigheid van toe- en
uittredingsbarrières. De introductie van dynamische voordelen gaat
echter in het algemeen hand in hand met het opwerpen van drempels. De
reden is dat het introduceren van dynamische aspecten van concurrentie
verzonken investeringen verlangt. Juist dergelijke investeringen leiden
tot het ontstaan van ‘toe- en uittredingsbelemmeringen’ (hoofdstuk 7)
‘Proces- en productinnovaties’ vormen belangrijke voorbeelden van
dynamische voorbeelden van concurrentie die gepaard kunnen gaan met het
ontstaan van drempels (hoofdstuk 8).
In de eerste plaats creëert een verzonken investering door een zittende
aanbieder ‘kostennadelen’ voor potentiële rivalen indien de laatste nog
tot het verzinken van kosten moeten overgaan. Bij voorbeeld het opbouwen
van naamsbekendheid door zittende aanbieders met behulp van
advertentie-uitgaven plaatst een onbekende potentiële concurrent op een
achterstand: de potentiële rivaal moet immers additionele kosten (in de
vorm van een kostbare reclamecampagne) investeren om met de zittende
ondernemingen op gelijke voet te kunnen concurreren. In de tweede plaats
kunnen verzonken investeringen uittredingsdrempels opwerpen. Verzonken
kosten moeten op de markt worden terugverdiend. Als een (zittende of
potentiële) concurrent hiertoe niet in staat is, gaat de ‘verzonken’
investering verloren.
Toe- en uittredingsdrempels bieden zittende ondernemingen de
mogelijkheid het kostennadeel waarmee potentiële rivalen zich
geconfronteerd zien, uit te buiten door de prijs te verhogen tot boven
het niveau van de gemiddelde kosten. Dit impliceert dan toe- en
uittredingsbarrières een gevaar kunnen inhouden voor statisch efficiënt
marktgedrag.
In het algemeen gaat de introductie van dynamische voordelen ten koste
van statisch efficiënte prijsstelling! Achter toe- en
uittredingsdrempels kunnen vormen van imperfecte concurrentie floreren.
Twee theorieën beogen een uitweg uit dit dilemma te beiden: aanvaardbare
concurrentie en barrière markten. In deel IV worden beide concepten
geïntroduceerd.
Het begrip ‘aanvaardbare concurrentie’ kan worden beschouwd als een
verzamelnaam voor modellen waarin een opsomming van
marktkarakteristieken wordt gepresenteerd die een optimale afweging
tussen statische en dynamische efficiëntie genereerd (hoofdstuk 9).
Voorbeelden van dergelijke condities zijn afwezigheid van dominantie van
marktpartijen, gematigde en prijsgevoelige  kwaliteitsverschillen,
afwezigheid van wettelijke restricties (structuurnormen), onafhankelijke
rivaliteit, geen onredelijke prijsdiscriminatie, geen misleidende
reclame (gedragsnormen), efficiënte productie en distributie, gematigde
winsten en voldoende exploitatie van proces- en productverbeteringen
(prestatienormen). Een belangrijk bezwaar van dergelijke lijsten met
normen is dat hiermee efficiënt marktgedrag wordt gepostuleerd in plaats
van verklaard. Met behulp van de ‘barrièremarkttheorie’ wordt gepoogd
aanvaardbare concurrentie van een microfundering te voorzien (hoofdstuk
10).
 
 
Met vriendelijke groeten,
 
Ad Huikeshoven
Vondelstraat 33
2513 EN  's-Gravenhage
telefoon/fax +31(070)3608510
 

**********
Dit bericht is verzonden via de informele D66 discussielijst (D66 at nic.surfnet.nl).
Aanmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SUBSCRIBE D66
Afmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SIGNOFF D66
Het on-line archief is te vinden op: http://listserv.surfnet.nl/archives/d66.html
**********



More information about the D66 mailing list