Jan Marijnissen over de Tweede-Kamer

Ramon Barends (D66) r_barendsd66 at HOTMAIL.COM
Sat Mar 4 03:14:29 CET 2000


REPLY TO: D66 at nic.surfnet.nl

Tweede Kamer hoeft geen lam te zijn
In de afgelopen periode is er door enkele fractievoorzitters in de Tweede
Kamer kritiek geuit op de werkwijze - procedureel en politiek - van het
parlement. Met name Thom de Graaf van D66 en Hans Dijkstal (VVD) deden van
zich spreken. Maar de tranen die zij plengden over het gebrekkige
functioneren van de Kamer zijn niet erg geloofwaardig, want het zijn vooral
de paarse partijen zelf die ervoor zorgen dat de volksvertegenwoordiging
niet ‘een leeuw’ is, maar ‘een lam’. Want, omdat zíj zich opstellen als de
Herders van Paars, gedragen de leden van hun fracties zich als makke
schapen.

Door Jan Marijnissen, fractievoorzitter van de SP

Dijkstal wil dat er minder parlementaire enquêtes worden gehouden. Maar hoe
valt dat te rijmen met zijn bewering dat ‘hij er niet zit om de rust van het
kabinet te garanderen, maar om te zorgen dat het kabinet scherp blijft, en
dat dit alleen kan met scherpe wapens’? Waarom wil hij dat een minister, die
in eerste termijn de Kamer beantwoordt, niet meer wordt geïnterrumpeerd?
Waarom wil hij de kleine partijen aan banden leggen? Waarom noemt hij het
wekelijkse mondelinge vragenuur ‘een vertoning’, zonder met voorstellen ter
verbetering te komen? Ik stel vast dat de opmerkingen van de
VVD-fractievoorzitter (Telegraaf, 24 december 1999) op geen enkele manier
bijdragen aan een parlement dat zich onafhankelijker opstelt ten op zichte
van het kabinet en zijn taak als controleur van de regering serieuzer opvat.
Ook D66-fractievoorzitter De Graaf stoort zich aan de praktijk van de Kamer.
Hij zegt: ‘Het is allemaal obligaat geworden. Het tintelt niet in Den Haag.
Er is steeds meer incidentenpolitiek. Het is een mediacratie. Het heeft de
kracht van een windvlaagje.’ In belangrijke mate kan ik die typeringen
onderschrijven, en ik ben het ook eens met zijn opmerking ‘dat een regering
zou moeten vertrouwen op zijn overtuigingskracht, en niet op de aanwezigheid
van een coalitie-meerderheid.’ (Het Parool, 5 januari 2000) Maar, zo vraag
ik me af, als ik dit allemaal lees: Waarom onderwerpt ook D66 zich dan aan
de coalitiedwang? Waar zijn de voorstellen van deze partij - ín de Kamer,
wel te verstaan - om iets te doen aan het gebrekkige functioneren van de
Kamer?
Het antwoord op die vraag ligt voor de hand. Ook D66 is onderdeel van het
staatsrechtelijk systeem dat men ooit zei te willen opblazen. Dat systeem
wordt gekenmerkt door een parlement dat geacht wordt de regering te
controleren, terwijl de meerderheid van de Tweede Kamer - de
coalitiepartijen - de politieke basis vormt van het kabinet dat er zit. Deze
ene karakteristiek van ons staatsbestel verklaart voor een groot deel de
dubbele agenda van menig politicus, en de dubbele tongen die er het gevolg
van zijn. Enerzijds is er de controletaak van de Kamer en anderzijds de
loyaliteit ten opzichte van het kabinet in het algemeen en de eigen
bewindspersonen in het bijzonder.

Daarom is het niet verwonderlijk dat vooral de oppositiepartijen de
aanjagers van het parlementaire debat zijn. Zij hebben immers geen last van
de ketenen van de coalitie en hoeven geen bewindspersonen uit de wind te
houden. Maar wanneer dan fractievoorzitters van regeringsfracties gaan
klagen over de vele vragen die gesteld worden, terwijl ze tevens zeggen het
te betreuren dat de Kamer geen vuist maakt richting kabinet, dan klopt er
iets niet. Met name de voorstellen van Dijkstal leiden tot het muilkorven
van kritische kamerleden, en daarmee stelt hij zich openlijk op als ‘de
vijfde colonne’ van het kabinet in de Kamer.

Wat is de praktijk? Welke middelen staan een kamerlid of -fractie ter
beschikking om zijn werk te doen? Allereerst natuurlijk de deelname aan de
debatten en het leveren van schriftelijke inbrengen bij de voorbereiding van
die debatten. Maar wat nu wanneer een kamerlid een discussie wil entameren
over een in de ogen van zijn fractie belangrijk onderwerp?
Wanneer het een onderwerp is met ook nog een enigszins spoedeisend karakter,
dan staat de mogelijkheid open een zogenaamd interpellatie-debat aan te
vragen. Zo’n debat wordt meestal nog dezelfde dag gehouden en heeft het
karakter van een bevraging van een minister of staatssecretaris. Tot voor
kort bestond er in de Kamer de ongeschreven regel dat de meerderheid de wens
van een fractie zo’n debat te houden, honoreerde. Dat is nu verleden tijd.
In december 1998 vroeg ik op de laatste dag voor het reces een interpellatie
aan over de steun van de regering aan de hernieuwde bombardementen van de VS
op Irak; op 23 maart 1999, een dag voor aanvang van de bombardementen op
Servië, vroeg Harry van Bommel een interpellatie aan over de start van de
oorlog: beide verzoeken werden door een kamermeerderheid (inclusief VVD en
D66) afgewezen. Hetzelfde overkwam mijn fractie in nog vier andere gevallen.
Het ging toen over de Betuwelijn, het lerarentekort, tweedeling in de
ouderenzorg en de sollicitatieplicht voor alleenstaande ouders in de
Bijstand.
Veel initiatieven van kamerleden worden verwezen naar de besloten
procedurevergaderingen van de verschillende kamercommissies. Maar aldaar
loopt een kamerlid ook weer aan tegen een kamermeerderheid (vaak de
coalitiefracties) die het laatste woord heeft. Recent voorbeeld: de
behandeling van de belastingherziening van de heren Zalm en Vermeend. De
oppositie wilde voldoende tijd voor de voorbereiding. De coalitie wilde een
snelle behandeling, en aldus geschiedde.
Een oppositiefractie kan er ook voor kiezen bij ‘de regeling van
werkzaamheden’ een brief te vragen van het kabinet. Ook deze verzoeken
worden steeds vaker naar de procedurevergaderingen verwezen, waar je
trouwens sowieso naar toe moet wanneer je naar aanleiding van de bewuste
brief een debat wilt. Ikzelf heb een keer aan de commissie Buitenlandse
Zaken voorgesteld vragen te stellen aan de minister-president in verband met
het aanstaande bezoek van de Japanse keizer aan ons land. Een van de vragen
was of de premier van mening was of de keizer eerst zijn excuses zou moeten
aanbieden aan de slachtoffers van de jappenkampen vooraleer hij voet op
Nederlandse bodem kon zetten. De vraag werd door de meerderheid van de
commissie geweigerd.
Blijft over de mogelijkheid van het stellen van vragen. Vragen stellen doe
je om opheldering te krijgen over ‘n bepaalde zaak, dan wel - in het licht
van het voorafgaande, erg begrijpelijk - om een bepaald punt politiek te
agenderen. Het mondelinge vragenuur op dinsdagmiddag zou ik niet, zoals
Dijkstal denigrerend doet, ‘een vertoning’ willen noemen, maar is zeker voor
verbetering vatbaar. Het is nu niet zelden zo, dat een minister zijn
antwoorden opleest van een velletje papier, terwijl hij van te voren niet
kon weten wat de vragen van het kamerlid in kwestie precies zouden behelzen.
Hier wreekt zich het feit dat er niet geïnterrumpeerd mag worden. De
minister of staatssecretaris heeft het laatste woord en kan het
ononderbroken uitspreken. De kwaliteit van de antwoorden is dan ook vaak
ontwijkend en meestal niet adequaat. Hetzelfde probleem doet zich voor bij
de schriftelijke vragen. Vaak zijn er vervolgvragen nodig, en soms daarna
weer. En dat is zeer hinderlijk bij het uitoefenen van je taak als kamerlid.
Toch is dit voor de oppositiefracties een van de belangrijke, resterende
middelen om ergens opheldering over te krijgen. Zij hebben immers geen
directe lijntjes naar de bewindslieden, mogen - sinds de directieven van de
premier in 1998 - geen rechtstreeks contact meer hebben met ambtenaren, en
zijn natuurlijk de fracties in de Kamer die het meest kritisch zijn over het
kabinetsbeleid en dientengevolge hun controletaak het meest serieus
opvatten.

Niet alleen door de spelregels wordt de ‘lamheid’ van de Tweede Kamer
veroorzaakt, maar ook doordat de regeringsfracties weinig politieke
speelruimte laten voor oppositiepartijen. De speelruimte van de oppositie
wordt namelijk sterk beperkt door het zeer gedetailleerde regeerakkoord als
het gaat om de grote lijnen, en door het wekelijkse overleg in het Torentje
tussen minister-president en de fractievoorzitters van de coalitiepartijen
als het gaat om de actualiteit. Daarnaast vindt er aan de vooravond van
belangrijke debatten ook nog eens apart overleg plaats tussen de
woordvoerders van de coalitiepartijen en de verantwoordelijke
bewindspersonen. In die besloten overleggen wordt bepaald wat de marges in
het aanstaande debat zijn.
Maar er is nog meer als het gaat om het beperken van de invloed van de
oppositie en daarmee van de hele Kamer. Recente publicaties in de Volkskrant
bevestigen een vermoeden dat ik al langer had, namelijk dat de PvdA-fractie
categorisch weigert voorstellen van de SP te steunen, tenzij het echt niet
anders kan. Terwijl mijn fractie elk voorstel op zijn eigen merites
beoordeelt, ongeacht wie de indiener is, blijkt dat bij de PvdA dus anders
te liggen. Deze praktijk leidt tot de rare situatie dat een kamerlid van de
PvdA tijdens een debat zegt het helemaal eens te zijn met iets, maar dat bij
de stemmingen niet tot uitdrukking mág brengen. We hebben dat bijvoorbeeld
gezien bij moties over het aanpakken van de marketing door de farmaceutische
industrie, het koppelen van de maximale huurstijging aan de inflatie, en het
doen van onderzoek naar de mogelijkheden van een inkomensafhankelijke
kinderbijslag.
Na drie kabinetten Lubbers beloofde paars dat het dualisme in ere hersteld
zou worden. Die belofte is niet nagekomen, want onder paars is het dualisme
alleen maar verder uitgehold. Van een onafhankelijke positie van de Tweede
Kamer ten opzichte van de regering is niet veel te merken, zeker niet na de
introductie van de ‘sorry-democratie’. Meest genante voorbeeld is de
afsluiting van het debat over de Bijlmerramp. Na een zeer kritische houding
van PvdA-fractie bij monde van woordvoerder Van Gijzel in het debat, kwam de
paarse herder Melkert in de arena om twee bewindslieden (de twee
vice-premiers Jorritsma en Borst) en daarmee paars te redden.

Wat de parlementaire gang van zaken zou verbeteren is natuurlijk niet, zoals
Dijkstal voorstelt, het aanscherpen van de regels waardoor de oppositie nog
minder speelruimte krijgt dan ze nu al heeft. De Tweede Kamer zou juist de
instrumenten die ze heeft moeten verruimen en optimaal moeten benutten om de
regering effectief te kunnen controleren en weerwerk te kunnen bieden.
Daartoe heb ik de volgende voorstellen. Herstel ‘het gewoonterecht’ om een
verzoek tot een interpellatie of spoeddebat in principe altijd toe te staan.
Sta bij het mondelinge vragenuur interrupties toe, zodat een bewindspersoon
er niet met een nietszeggend antwoord vanaf kan komen. Hou over belangrijke
kwesties vaker debatten op hoofdlijnen, liefst door de fractievoorzitters.
Zet het instrument van parlementair onderzoek juist vaker in, niet alleen
voor controle achteraf, maar ook ten behoeve van onderzoek naar grote
maatschappelijke problemen zoals het falende integratiebeleid, de gevolgen
van de geïntroduceerde marktwerking en de groeiende tweedeling.
De reactie van Dijkstal en De Graaf op deze voorstellen zal een indicatie
geven over de juistheid van mijn vermoeden dat zij hun tranen over de rol en
werkwijze van de Kamer hebben geleend van krokodillen.

(Dit artikel verscheen in NRC Handelsblad van 2 maart 2000)


Vriendelijke groet,
Ramon Barends, Nijmegen

Prive-mail sturen ? Dat kan op: r_barends at hotmail.com

*** DEZE E-MAIL IS OPENBAAR EN MAG VERDER VERSPREID WORDEN ***

Check ook:
D66: http://www.d66.nl
Fractie D66 Nijmegen: http://www.telekabel.nl/~d66
Afdeling D66 Nijmegen: http://www.gaypnt.demon.nl/d66
JD: http://welcome.to/jongedemocraten
De aktuele stand: http://www.politiekebarometer.nl

end

______________________________________________________
Get Your Private, Free Email at http://www.hotmail.com

**********
Dit bericht is verzonden via de informele D66 discussielijst (D66 at nic.surfnet.nl).
Aanmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SUBSCRIBE D66
Afmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SIGNOFF D66
Het on-line archief is te vinden op: http://listserv.surfnet.nl/archives/d66.html
**********



More information about the D66 mailing list