(Servische media) - nee boycot, ja bom
henk vreekamp
w.j.vreekampdouwes at POBOX.RUU.NL
Sun May 30 18:30:40 CEST 1999
Beste Hein,
Je roert hier een interessant punt aan: mag je media om andere dan louter
financiele redenen (wanbetaling) wegdrukken uit de kiosk of van de
satelliet? Daar is al eerder over nagedacht.
Deze vraag kun je communicatiewetenschappelijk uitsplitsen en daarna kun je
misschien scherper kiezen.
Model voor deze algemeen-theoretische vraag staat het trendsettende
standaardwerk van Siebert, Peterson en Schramm 'Four theories of the press',
1956. Globaal onderscheiden zij vier typen media en vooral mediabeleid:
1. authoritarian, 2. libertarian, 3. communist en 4. social responsibility.
Ad 1. Media staan ten dienste van monarchen en dictators in met name
pre-democratische samenlevingen - Een boycot van zulke media zou te
rechtvaardigen zijn, maar is irreeel omdat we tijdens de Koude Oorlog, met
Oosteuropese politici waaruit de Gek Milo voortkomt, ook gewoon de
commi-media toelieten. Ze dienden vooral om er citaten uit te halen en om de
sektariers onder ons te bedienen.
Ad 2. Dit mediamodel genereert de klassiek-liberale persvrijheid. Je ziet er
de sporen van een in de 19e eeuw opkomende en verzelfstandigende bedrijfstak
in voorkomen. Het libertaire model is sterk 'press-centered' en gaat
filosofisch van het Platoonse idee uit dat er altijd een arbiter nodig is om
de overheid en het bedrijfsleven te controleren en te evalueren. Zij kent
zich enkele taken toe, met name berichtgeving en een waakhondfuntie: mensen
en groepen confronteren met hun eigen idealen. Libertaire media gaan ook een
confrontatie met het publiek aan: ze wensen commercieel te werken, want de
markt is eveneens arbiter. Op de achtergrond speelt een optimistisch
mensbeeld: ondanks of zelfs bij afkeer van samenleving en ellende ligt het
in de aard van de mens om te communiceren en permanent te evalueren om de
eigen positie te bepalen (bijv. persoonlijke veiligheid). - Libertaire
beleidsfiguren zijn principieel tegen boycot waar ze zelf historisch ook
vaak slachtoffer van weren.
Ad. 3. Communistische media kennen zich een propaganda en agitatiefunctie
toe waarbij ze uitgaan van de idee van de maakbare samenleving, waarvan het
beleid uiteindelijk wordt bepaald door een politieke voorhoede. Oprichting
en afschaffing van media staan in dit licht. - Boycot om andere dan
financiele redenen is zo gewoon dat er geen discussie over mogelijk is.
Ad. 4. Als mediabeleid vormt de 'social responsibility' een aanpassing aan
zowel de technologische als sociaal-politieke ontwikkelingen in de 20e eeuw.
Media-eigenaars zijn zelf politiek te wispelturig en vaak conservatief,
terwijl de massa meer christen- of sociaaldemocratisch denkt. Media vanuit
niet-mediaorganisaties (vooral vakbonden) corrigeren aldus de libertaire, in
landen met Verzuiling/Apartheid worden ze zelfs ruim overvleugeld. Nadruk
ligt hier niet op de feiten alleen, maar ook op betekenisgeving door steeds
te wijzen op de context waarin een en ander geschiedt. Ook op technologisch
gebied heeft deze 'stroming' een belangrijke rol gespeeld, mede d.t.v. de
vertragende voorsprong die de libertairen historisch hadden. De commercielen
aarzelden aanvankelijk om te investeren in radio, televisie en internet. Dit
gat werd gevuld door particuliere organisaties, waarna overheden gingen
regelen waarna pas (vaak veel later) de markt insprong. Nieuwe media vormen
dan ook een historisch bewijs dat het argument 'marktwerking' vaak gewoon
shit is, de vooruitgang niet dient.
De sociale-verantwoordelijken willen ook een waakhond, maar dan niet binnen
de pers als zodanig, maar als instantie tussen media en overheid in. Zo werd
zoiets als de Persraad geboren, in Nederland de Raad voor de Journalistiek.
Nadruk ligt hier op kritiek op de media, maar indirect ook op het voorwerp
van berichtgeving, overheden en bedrijfsleven.
De idee van social responsibility is in 1947 (deels) ingevuld door de
Amerikaanse Hutchins Commission on Freedom of the Press: waarheidsgetrouwe
en begrijpelijke berichtgeving, open staan voor de uitwisseling van idee en
commentaar, representatief beeld van maatschappelijke groepen,
verduidelijken van doelstellingen van sociale organisaties, zo breed
mogelijke nieuwsselectie. - Is boycot etc. van vijandelijke media geoorloofd
volgens deze benadering? Vanuit de convergerende mediatrend zou je dit
eventueel kunnen rechtvaardigen; propaganda wordt langzaamaan zo 'extreem'
dat ze 'abnormaal' wordt, 'gek', 'marginaal'. Maar de sociale
verantwoordelijkheid kiest liever voor een pragmatische institutionalisering
van wat marginaal is of lijkt. Gedoogbeleid dus, anders worden de eigen
fundamenten maar weer ter discussie gesteld. Ik vermoed dat de Gek Milo niet
van de satelliet zou zijn gegooid als de Nato overwegend r.s.-ers had
gekend. Veel huidige Nato-premiers zijn nu sociaal-democraat. Waarom hebben
zij als pur sang r.s.-ers de verwijdering van de satelliet niet voorkomen?
Ik denk een menselijk gebrek: machtswellust.
In de loop van de jaren zeventig en tachtig zijn er nog twee typen
mediabeleid bijgekomen waarvan ik overigens ook niet vrolijker word: 5.
development media theory, en 6. de democratic-participant media theory.
Ad. 5. De 'ontwikkelings'journalistiek wil zowel berichtgeving als
educatieve massacommunicatie inzetten voor ontwikkeling van het eigen, vaak
arme landen met grote kenniskloven. Deze benadering is in 1979 in gang gezet
door de Unesco en haar McBride Report. Onze Amsterdamse
communicatiehoogleraar Cees Hamelink was lange tijd fervent verdediger,
vrijwel alle journalisten groot tegenstander van deze theorie. Hoofdbezwaar
was wel dat vele arme landen een dictatuur kennen en gecensureerde media.
Nogal wat (christelijke) NGO's begonnen lokale radio's op te zetten om onder
dit bezwaar uit te komen. Maar als massacommunicatie waren/zijn ze een
mislukking omdat ze niet voldoen aan het massacommunicatieve gebod van
permanente berichtgeving, vervallen tot instructieve en betuttelende
communicatie, vaak regionalisme bevorderen waar de mensen gedwongen zijn tot
tijdelijke trekarbeid etc. - Zouden onze ontwikkelingsdenkers de Gek Milo
boycotten? Zulk machtdenken durven ze niet aan, want dan stellen ze zichzelf
ter discussie. Ze zouden hooguit wat tegengas willen geven. Of ze in het
Servie na Milo een kans krijgen? Ik denk niet - de burgers zijn te veel
gewend aan Westerse media en Mercedessen.
Ad 6. De half-libertaire democratische-mediaparticipatie mensen, de beweging
van (eventueel alternatieve) stadsradio's en wijknetten, gaan uit van
basisbewegingen in (vooral) Westerse naties. Ze zijn anti-bureaucratisch en
anti-dominante (lokale) machten, kleinschalig qua productie en bereik. - Een
boycot van de Gek Milo is hen een maatje te groot, ze zouden Milo ter plekke
met media willen bestrijden maar zijn dan tegelijk ook het eerste
slachtoffer van politici. We kennen de Belgraadse voorbeelden die nu via
Amsterdam en internet proberen te overleven. Al met al denk ik wel dat onze
participatie-ideologen een boycot zullen steunen omdat zij in wezen een wat
extremere, of zo je wilt consequentere versie zijn van de
sociaal-verantwoordelijken.
Beste Hein, kies wie je bent en je weet wat je verkiest. Ikzelf vind als
links-liberaal de boycot overbodig en tegen mijn zin. Maar ik vind wel dat
je de media moet zien als een gewone bedrijfstak, een stuk infrastructuur
als andere. Dus apart geklaag over een bom op een tv-zender vind ik
overbodig. Bommen: ja, boycot: nee. Ik ben iemand die permanent beweegt
tussen de perceptie van de klassiek-liberale persvrijheid, sociale
verantwoordelijkheid en media-participatie. Misschien zijn er wel meer zo...
Henk Vreekamp, Utrecht
----------------------
In Message Sun, 30 May 1999 15:00:28 +0200,
Hein van Meeteren <heinwvm at palm.a2000.nl> writes:
>Dit trof ik aan op een nadere lijst. ben benieuwd wat D66-ers hiervan
>vinden:
>
>
>De NAVO heeft zware druk uitgeoefend op het Europese
>satelietconsortium Eutelsat om de doorgifte van Servische TV te staken.
>En uiteindelijk is Eutelsat gezwicht. Afgelopen woensdag is de doorgifte
>van de Servische staatstelevisie (PTC) stopgezet.
>
>Steunt Nederland (de Tweede Kamer) deze NAVO-actie tegen Servische TV of
>protesteren wij daar krachtig tegen?
>
>De NAVO beschouwt de Servische media als belangrijk doelwit. De NAVO
>zegt dat haar acties rechtvaardig zijn omdat de Servische media
>propaganda verkondigen.
>
>Maar de Servische media zijn vooral een bedreiging voor de NAVO omdat ze
>de gruwelijke gevolgen van de NAVO-acties aan het licht brengen.
>Via de sateliet komen deze beelden ook op de Nederlandse televisie.
>
>Het moet voorkomen worden dat de NAVO het monopolie krijgt over ONZE
>informatie en nieuwsvoorziening.
>
>Zie ook op CNN:
> http://cnn.com:80/WORLD/europe/9905/27/BC-YUGOSLAVIA-EUTELSAT-R.reut
>Rusland veroordeelt de stopzetting van de doorgifte:
> http://www.tass.ru/english/template3.htm?id=59557
>Geen woord over de stopzetting op de site van Eutelsat:
> http://www.eutelsat.org
More information about the D66
mailing list