[D66] Deixis
René Oudeweg
roudeweg at gmail.com
Thu Jun 1 08:26:48 CEST 2023
(Hoe kunnen we een zin niet-deiktisch maken middels software en de
context van de buitenwereld uit de zin slopen. Project #2. PS: Wat
bedoelt een AI programma als het zegt "Kom eens hier?")
RO: can you repeat the sentence "Come here!"
ChatGPT
Certainly! Here's an example that repeats the sentence "Come here!"
using a loop in Python:
python
for _ in range(5):
print("Come here!")
In this program, the loop for _ in range(5): repeats the statement
print("Come here!") five times, printing "Come here!" on separate lines
each time. You can adjust the number in the range() function to repeat
the sentence a different number of times.
Feel free to modify the program to suit your specific needs or integrate
it into a larger codebase as necessary.
RO: can you say this sentence directly without a program?
ChatGPT
Certainly! "Come here!"
RO: Where is your here?
ChatGPT
As an AI language model, I don't have a physical presence or a specific
location. I exist in the virtual realm as a computer program running on
servers. I can interact with you here, in this chat interface, to
provide information and assist with your inquiries.
--
https://www.dbnl.org/tekst/dela012alge01_01/dela012alge01_01_04627.php
deixis
Etym: Gr. deiknumi = tonen, aanwijzen, verwijzen.
Term afkomstig uit de linguïstiek ter aanduiding van het geheel van
taalmiddelen waarmee sprekers hun uitingen ‘verankeren’ en ‘oriënteren’
in de situationele context van waaruit zij spreken. Deixis verwijst dus
naar iets wat ‘buiten’ de taaluiting ligt maar betreft wel een aparte
vorm van referentialiteit doordat specifiek verwezen wordt naar de
uitingscontext: wie spreekt, waar en wanneer?
Een typisch voorbeeld van deixis is een woord als ‘hier’. In een zin als
‘Kom eens hier!’ hangt de verwijzing af van de spreker en van waar deze
zich bevindt wanneer de taaluiting geproduceerd wordt. Omdat deiktische
referentie afhangt van, en daardoor telkens ‘verschuift’ volgens de
uitingscontext, hebben taalkundigen als Otto Jespersen en Roman Jakobson
dergelijke woorden ook ‘shifters’ genoemd.
Doorgaans wordt een onderscheid gemaakt tussen drie basisdimensies van
deixis:
• Persoonsdeixis wordt typisch gerealiseerd door voornaamwoorden als
‘ik’, ‘jij’, ‘haar’, enz.
• Tijdsdeixis komt vooral tot stand door bijwoorden en uitdrukkingen als
‘nu’, ‘gisteren’, ‘drie jaar geleden’ of ‘volgende zondag’. Ook het
gebruik van werkwoordtijden heeft een deiktische functie: het verschil
tussen ‘ik kom’ of ‘ik kwam’ wordt bepaald volgens waar op de tijdlijn
de spreker zich bevindt op het moment van de uiting.
• Ruimtedeixis maakt typisch gebruik van bijwoorden en uitdrukkingen als
‘hier’, ‘daar’, ‘iets meer naar links’ en ‘naar huis’.
Deiktische verwijzingen moeten worden onderscheiden van verwijzingen die
gebeuren ‘binnen’ de tekst en waarbij de talige context dus volstaat. In
een geval als ‘Mijn sleutel is zoek; heb jij hem toevallig gezien?’
verwijst het voornaamwoord ‘hem’ naar het eerder vermelde ‘mijn sleutel’
(zie hiervoor anafoor-2) en niet – deiktisch – naar iets of iemand
buiten de taaluiting.
Het begrip deixis is op verschillende manieren van belang in de
literatuurstudie. Het gebruik van deixis in een gedicht bepaalt mee waar
en hoe het lyrisch subject zich positioneert ten opzichte van de
imaginaire wereld die het gedicht oproept. Ook in verhalende teksten
speelt deixis een grote rol bij het creëren van een bepaald perspectief
(zie focalisatie). Ook zijn het vaak deiktische aanduidingen die mede
het verschil uitmaken en signaleren tussen directe rede (Hij zei: ‘Ik
zal morgen komen’), indirecte rede (Hij zei dat hij de dag nadien zou
komen) en vrije indirecte rede (Hij zou morgen komen). In een
toneelopvoering dan weer vormen deiktische uitdrukkingen als ‘ik’,
‘jij’, ‘ginder’, ‘nu meteen’ enz. de verankering tussen de dialogen en
de verbeelde dramatische situatie.
Lit: Ch. Filmore, Lectures on deixis (1971, publ. 1997) • W.F. Hanks,
‘The indexical ground of deictic reference’ in A. Duranti & Ch. Goodwin
(red.), Rethinking context: language as an interactive phenomenon
(1992), p. 46–76 • K. Green, ‘Deixis and the poetic persona’ in Language
and literature 1 (1992), p. 121-134 (reactie hierop in ibid., p.
135-140) • A. Morel & L. Danon-Boileau (red.), La deixis (1992) • K.
Green (red.), New essays in deixis: discourse, narrative, literature
(1995) • W. de Mulder & L. Tasmowski (red.), Coherence and anaphora
(1996) • L. Vandelanotte, ‘Deixis and grounding in speech and thought
representation’ in Journal of pragmatics 36 (2004), p. 489-520 • St. C.
Levinson, ‘Deixis’ in L.R. Horn & Gr. L. Ward (red.), The handbook of
pragmatics (2006), p. 98-121 • M. Slugan, ‘Deixis in literary and film
fiction’ in J.A. Bareis & L. Nordrum (red.), How to make believe (2015),
p. 185–202 • A. Macrae, 'Everyday deixis' in Babel. The language
magazine 14 (2016), p. 11-14.
More information about the D66
mailing list