[D66] Onder bejubeld Kamervoorzitter Khadija Arib knakte de ene na de andere ambtenaar

Dr. Marc-Alexander Fluks fluks at combidom.com
Mon Oct 3 14:15:41 CEST 2022


Bron:   NRC Handelsblad
Datum:  3 oktober 2022
Auteur: Lamyae Aharouay & Hugo Logtenberg
URL:    
https://www.nrc.nl/nieuws/2022/10/03/onder-bejubeld-kamervoorzitter-khadija-arib-knakte-de-ene-na-de-andere-ambtenaar-a4143909


Onder bejubeld Kamervoorzitter Khadija Arib knakte de ene na de
andere ambtenaar
---------------------------------------------------------------

Khadija Arib oogstte lof als Kamervoorzitter om de souplesse en humor 
waarmee ze debatten in goede banen wist te leiden. Bij ambtenaren liet 
ze een ander, onberekenbaar, gezicht zien. Haar gedrag was 'aanmatigend 
en intimiderend', vond de OR.

Het is even stil in D1.35, de vergaderruimte op de eerste verdieping van 
het Tweede Kamergebouw aan de Bezuidenhoutseweg. Bij de aanwezigen in de 
zaal met het witte systeemplafond waar geen daglicht binnenvalt, heerst 
opperste concentratie. Het is woensdagochtend 28 september.

Kamervoorzitter Vera Bergkamp gaat een voor een de acht andere leden van 
het presidium af - het dagelijks bestuur van de Tweede Kamer: van de PVV 
( Bosma), D66 (Belhaj), CDA (Peters), Partij voor de Dieren 
(Wassenberg), SP ( Van Nispen), GroenLinks (Bromet), VVD (Kamminga) en 
Nijboer (PvdA).

Bergkamp vraagt ieder lid afzonderlijk of het wel of niet instemt met 
het advies van landsadvocaat Pels Rijcken om een onafhankelijk extern 
onderzoek in te stellen naar mogelijk grensoverschrijdend gedrag van 
Khadija Arib (PvdA) in haar tijd als voorzitter van de Tweede Kamer 
(2016-2021).

In de maanden die aan de bijeenkomst voorafgingen, heeft het presidium 
twee anonieme brieven ontvangen met uiteenlopende klachten over 
'machtsmisbruik' en 'een schrikbewind'.

De aantijgingen komen niet uit de lucht vallen. De strekking van de 
brieven wordt onderschreven door de huidige ambtelijke leiding van de 
Tweede Kamer, die 'zelf ook de sociaal onveilige werksfeer heeft 
ervaren', schrijft de landsadvocaat in een vertrouwelijk advies waarover 
de leden beschikken. Het zijn niet de eerste en ook niet de enige 
signalen over de vermeende handelwijze van Arib, weet het presidium.

Een voor een stemmen de leden in. Het unanieme besluit is even uniek als 
politiek gevoelig. Nooit eerder was een Kamervoorzitter onderwerp van 
een dergelijk onderzoek. Bovendien is Arib nog altijd Kamerlid.

Vera Bergkamp, PVV'er Martin Bosma en CDA'er Rene Peters gaan Arib 
namens het presidium persoonlijk informeren over het op handen zijnde 
onderzoek, zo spreken de leden onderling af.

Het presidiumbesluit is op dat moment het voorlopige slotstuk van een 
tijdperk dat begon op de dag van de verkiezing van Khadija Arib als 
Kamervoorzitter: 13 januari 2016.


Autoriteit en humor

Al snel verovert ze de harten van veel Kamerleden en het publiek. Met 
autoriteit, souplesse en humor leidt Arib belangrijke Kamerdebatten. 
Voor velen is ze een verademing na de gezagsloze Anouchka van Miltenburg 
(VVD), die voortijdig het ambt heeft neergelegd.

Na de verkiezingen in maart 2017, waarbij de PvdA wordt afgerekend op de 
samenwerking met de VVD en slechts 9 van de 38 Kamerzetels overhoudt, is 
Arib de enige kandidaat voor het voorzitterschap. Ze is in korte tijd 
uitgegroeid tot het gezicht van de Tweede Kamer.

Wat dan nog maar weinig mensen weten, is dat Arib een stuk minder 
geliefd is bij delen van de organisatie van de Kamer. Daar werken zo'n 
650 mensen: bodes, stenografen, griffiers, voorlichters, ICT'ers en 
ander ondersteunend personeel. Deze ambtenaren vallen onder de 
verantwoordelijkheid van de griffier, de hoogste ambtenaar.

Het presidium, met Arib als voorzitter, heeft een toezichthoudende rol 
op het ambtelijk apparaat. Het presidium is primair verantwoordelijk 
voor het politieke proces van de Kamer en diens werkwijze. Simpel 
gezegd: de griffier gaat over de ambtenaren, Arib en de andere 
presidiumleden over politieke aangelegenheden. Cruciaal voor een 
succesvol functioneren is 'samenwerking tussen de voorzitter en de 
griffier', benadrukt een vertrouwelijk rapport uit december 2014 waarin 
de inrichting en het functioneren van de hele organisatie op verzoek van 
het presidium onder de loep is genomen.

Maar met innig samenwerken heeft Arib weinig op, getuige meerdere 
(vertrouwelijke) documenten en 32 direct betrokkenen met wie NRC sprak. 
Ze is eigenzinnig en grijpt in waar en wanneer ze dat nodig vindt. Arib 
voelt zich daar als Kamervoorzitter in gesteund door het vertrouwelijke 
rapport van eind 2014, dat is opgesteld in opdracht van het presidium.


Het moet professioneler

Er wordt, zeker bij de griffiers, hard gewerkt maar de ambtelijke 
organisatie moet 'zakelijker en professioneler', is een conclusie. De 
ambtenaren zijn weliswaar 'kundig en loyaal' maar omdat mensen er vaak 
lang werken, heerst er 'een familiecultuur'. Een wat conservatief 
bolwerk waar aangekondigde veranderingen vaak het begin zijn van een 
discussie.

Het mes moet in de vergrijsde organisatie om tot een moderne 
taakverdeling en professionele aansturing te komen, zo luidt een 
aanbeveling.

In korte tijd komen er daarom drie nieuwe topambtenaren: een griffier en 
twee directeuren.

Maar alle drie komen ze al snel in botsing met Arib. Een voor een 
verlaten ze gedesillusioneerd het pand. Griffier Renata Voss is de 
eerste. De samenwerking met Arib in haar eerste periode als voorzitter 
is Voss slecht bevallen. Arib doet alsof niet Voss maar zij leiding 
geeft aan het ambtelijk apparaat. Iets dat de ondernemingsraad (OR) ook 
van ambtenaren hoort.

De OR schrijft Arib daarom op 3 april 2017, een week na haar 
herverkiezing, een brief. Na felicitaties komt de raad ter zake. Die 
ziet 'meer en meer' een ontwikkeling waarbij 'de scheiding van taak en 
rol tussen politieke en ambtelijke organisatie diffuus' is. Een 
'zorgelijke ontwikkeling', aldus de OR. Het 'adviseert' Arib om naar de 
in de reglementen 'beschreven scheiding' tussen de politieke en 
ambtelijke organisatie te gaan handelen.

De brief en het ongevraagde advies vallen in slechte aarde. Arib 
ontbiedt de briefschrijvers subiet op haar werkkamer en wast hen de 
oren, in aanwezigheid van griffier Renata Voss. De twee afgevaardigden 
van de OR zijn er beduusd van.

Na ruggespraak met hun collega's stellen ze een week later opnieuw een 
brief op voor Arib. 'De OR heeft uw gedrag als intimiderend en 
aanmatigend ervaren,' schrijven ze. Tot verbazing van de bezoekers gaf 
Arib ook 'tot driemaal toe aan de baas van de Tweede Kamer te zijn. Dus 
ook van de ambtelijke organisatie.'

De werkelijk verantwoordelijke, griffier Voss, moest het allemaal over 
zich heen laten komen. 'U was hard en in onze ogen ongenuanceerd in uw 
uitspraken,' schrijft de OR in de brief van drie kantjes. Die manier van 
communiceren wekte 'de indruk dat de griffier verantwoording moest 
afleggen en openbare boetedoening moest doen', aldus de OR. 'We hebben 
hier met plaatsvervangende schaamte bij gezeten.'

De ergernis druipt van de pagina's. 'U hebt op ons een indruk 
achtergelaten van een sterk hierarchisch sturende leider, die weinig tot 
geen inspraak duldt.'

De OR heeft andermaal een advies voor Arib: laat een hoogleraar 
staatsrecht onderzoek doen. 'Om helderheid te creeren in de benodigde 
scheiding tussen de ambtelijke en politieke organisatie.'

De brief is 'het laatste directe contact' van de OR met Arib en de rest 
van het presidium, schrijven de opstellers. 'De OR stelt ook geen prijs 
op een gesprek met u over deze onverkwikkelijke zaak.'

De brief zal uiteindelijk niet worden verstuurd, op nadrukkelijk verzoek 
van Renata Voss. Ze heeft toch al zo'n moeizame relatie met Arib. Het 
maakt geen verschil. Korte tijd later vertrekt de griffier, precies twee 
jaar nadat ze is begonnen aan de baan.


Kleineren en negeren

De brief van de OR bevat elementen die terug zullen blijven keren in 
klachten van medewerkers over Arib. De Kamervoorzitter negeert, 
kleineert en isoleert mensen en bekritiseert hun professionele 
kwaliteiten.

Bij besprekingen kan Arib ambtenaren vernederen in het bijzijn van 
collega's of bezoek van buiten. Ze horen haar dan dingen zeggen als: 
'Jij snapt er echt niets van'. Of: 'Ik hoef niet te horen wat jij 
vindt.' Ze zien hoe ze mensen manipuleert en tegen elkaar opzet. 'Dit 
mag je absoluut niet met de griffier bespreken.' Ze horen haar praten 
over collega's: 'Die is niet capabel.' Of: 'Die speelt onder een hoedje 
met die.' Ze zien hoe collega's worden buitengesloten, als Arib ze net 
voor een vergadering wegstuurt. 'Jij hoeft hier niet bij te zijn.' Het 
komt voor dat ze een stoel laat weghalen om tegen een ongewenste 
ambtenaar te zeggen: 'Er is geen plek voor je.'

Ambtenaren zien een patroon van aantrekken en afstoten, van aardig doen 
en dan weer onaardig. De onvoorspelbaarheid van Khadija Arib trekt een 
deken van onzekerheid over de ambtelijke organisatie. Twijfel kruipt 
onder hun huid. En niemand weet wanneer het omslaat: het zijn 
weekkoersen, dagkoersen, uurkoersen - soms slaat de stemming al na een 
half uur weer om. Haar grilligheid maakt dat sommigen de werkkamer van 
Arib zoveel mogelijk mijden. Anderen wensen elkaar succes als ze een 
overleg met haar hebben.

Met regelmaat staan mensen die een afspraak met haar hebben tevergeefs 
voor haar deur te wachten. Of ze verschuift die ter plekke met een uur. 
Secretaresses worden er horendol van, als ze het al bij haar volhouden. 
De eerste secretaresse die voor haar werkt, zit er al een tijdje: ze 
heeft drie Kamervoorzitters gediend, Arib is de vierde. Ze houdt het nog 
geen half jaar vol en vertrekt aangeslagen.

Ook dat is een bekend patroon. In de tijd voor haar voorzitterschap, als 
Kamerlid voor de PvdA, draait Arib er zoveel ondersteunend personeel 
doorheen dat de ondernemingsraad van de partij zich uitspreekt tegen 
haar kandidatuur als fractiesecretaris. Tevergeefs, Arib wordt gekozen.

Er zijn ook medewerkers, bij de PvdA en in de ambtelijke organisatie, 
die met plezier met haar samenwerken of geen probleem hebben met haar. 
Arib vraagt, zij draaien. Een heldere taakverdeling.

In de voorzittersstoel in de plenaire zaal, voor de camera's en in de 
omgang met journalisten is Arib op haar best. Haar feilloze politieke 
gevoel wordt bewonderd in het parlement en het ambtelijk apparaat. Zelfs 
haar grootste criticasters zijn er danig van onder de indruk.

Niemand ook die zo goed weet hoe beeldvorming werkt als Khadija Arib. 
Een topambtenaar die ze al wekenlang negeert, wordt opeens vriendelijk 
begroet in het bijzijn van bezoekers of een journalist.

In 2018 roept het modetijdschrift Harper's Bazaar haar op een gala-avond 
uit tot Woman of the year voor de inspirerende manier waarop ze haar rol 
vervult. 'Ze is toch een beetje de moeder van de Tweede Kamer. Streng, 
maar rechtvaardig. Ze geeft ruimte aan het debat, handhaaft respect en 
is altijd in voor een kwinkslag.'


Ontslag

De handhaving van het respect achter de schermen van de Tweede Kamer 
verloopt minder geslaagd. Directeur bedrijfsvoering en 
informatievoorziening Jan Willem Duijzer, een van de drie nieuwe 
topambtenaren, gaat op 6 september 2018 het gesprek aan met Arib. Daarin 
uit hij zijn 'grote zorgen' over haar betrokkenheid bij de ambtelijke 
organisatie en haar houding en gedrag richting het ambtelijk personeel. 
Arib droogt medewerkers verbaal soms zo af, als ze in haar ogen niet 
functioneren of haar tegenspreken, dat ze er last van blijven houden. 
Iets dat Duijzer uit eigen ervaring kent.

Het gesprek, waarin hij haar aanspreekt op haar gedrag, sorteert niet 
het door hem gewenste effect. Hun werkrelatie raakt alleen maar verder 
verstoord.

Vijf maanden later, op 5 februari 2019, dient Duijzer na drie jaar als 
leidinggevende, zijn ontslag in bij het presidium. Zijn interventie in 
september 2018 heeft geen verbetering in het gedrag van Arib 
bewerkstelligd, schrijft Duijzer. Hij vertrekt.

Het is niet de eerste keer dat het presidium, waar Vera Bergkamp dan ook 
al lid van is, uit eerste hand hoort over de opstelling en het gedrag 
van Arib. Maar een gesprek met haar komt er ook nu niet.

Dat gebeurt pas als de nieuwe griffier Simone Roos en directeur 
huisvesting Jaap van Rhijn in april 2019 belet vragen bij het presidium 
om hun zorgen te uiten over het werkklimaat. Een zeer ongebruikelijke 
stap, om als ambtenaren op te staan tegen de Kamervoorzitter.

Toch doet het tweetal dat in een gesprek met de twee ondervoorzitters 
van de Tweede Kamer: Ockje Tellegen (VVD) en Martin Bosma (PVV), die dan 
al jaren lid is van het presidium. De boodschap van de twee 
topambtenaren: 'Dit is ontoelaatbaar.'

Het onderhoud leidt dit keer wel tot een gesprek. Twee zelfs, waarbij de 
twee ambtenaren, de twee ondervoorzitters en Arib aanwezig zijn. 
Tellegen neemt de rol van mediator aan, Bosma houdt zich meer afzijdig. 
Maar de gesprekken leiden uiteindelijk tot niets. Khadija Arib weigert 
het gespreksverslag te ondertekenen, wat 'mediator' Tellegen ook 
probeert.

Opnieuw verandert er niets. De leden van het presidium zeggen in de 
wandelgangen tegen betrokken ambtenaren dat ze gelijk hebben. 'Ze moet 
weg.' In de dagelijkse praktijk blijken de leden boven alles 
raspolitici. Ze branden hun vingers niet aan de kwestie. Het politieke 
draagvlak om in te grijpen, ontbreekt. Mede omdat de vorige 
Kamervoorzitter, Van Miltenburg, al vroegtijdig is vertrokken. Arib 
blijft op haar post.

Het is een cruciaal moment voor de ambtelijke staf en hun medewerkers. 
Ze zien hun angst bewaarheid: als het erop aankomt, staan ze er alleen 
voor. Tweede Kamerleden ontlenen hun toekomst aan de volgende 
verkiezingen. Niet aan het lidmaatschap van het presidium; een 
toezichthoudende rol waarin ze een bij het electoraat populaire collega 
openlijk zouden moeten corrigeren. Nee, over twee jaar zijn er weer 
verkiezingen. Nieuwe ronde, nieuwe kansen voor een andere 
Kamervoorzitter. Het is precies wat de leden van het presidium de 
bezorgde en vermoeide ambtenaren vertellen. 'Hou vol tot de 
verkiezingen.'

Khadija Arib blijft ondertussen het stralende gezicht van de Tweede 
Kamer. Ze krijgt op 6 maart 2020 de volgende prestigieuze 
onderscheiding. In Groningen ontvangt ze de Aletta Jacobsprijs. 'De jury 
is onder de indruk van de wijze waarop zij in alles wat ze doet, laat 
zien hoe cruciaal het is om blijvend op te komen voor de universele 
waarden die horen bij een democratie.'


Veel voorkeurstemmen

Bij de verkiezingen in maart 2021 behaalt Arib 52.493 voorkeurstemmen. 
Daarmee behoort ze tot de populairste Kamerleden onder kiezers. Maar 
verlenging van haar voorzitterschap zit er niet in. D66'er Vera Bergkamp 
verslaat in een stemmingsronde Arib en PVV'er Martin Bosma, de derde 
kandidaat. De fracties van VVD, D66, CDA en ChristenUnie, die later het 
kabinet Rutte IV zullen gaan vormen, houden de rijen gesloten.

Stralend neemt Bergkamp plaats in de voorzittersstoel. 'Dank voor het 
vertrouwen.' Tegen collega's die niet op haar hebben gestemd, zegt ze: 
'Ik hoop het vertrouwen waard te zijn.'

Dan richt ze zich tot haar medekandidaten, 'in het bijzonder mevrouw 
Arib'. Bergkamp: 'Een zeer gewaardeerde voorzitter. En ik denk dat dat 
terecht is. Zij heeft keihard voor ons parlement gewerkt.'

Binnen het ambtelijk apparaat is de opluchting groot over het vertrek 
van Arib. Een hoge ambtenaar heeft de stemming gevolgd met een 
ontslagbrief onder de verzendknop. 'Ik zou geen minuut meer voor haar 
hebben gewerkt.'

Niet dat het enthousiasme voor Vera Bergkamp erg groot is. Ook zij liet 
de ambtenaren, als lid van het presidium, aan hun lot over toen het er 
in de tijd onder Arib op aankwam. Het is niet de enige pijn binnen de 
vaste staf van de nieuwe Kamervoorzitter. De onderlinge verhoudingen 
zijn er in de jaren onder Arib zo verstoord geraakt dat het Haagse 
adviesbureau Ardis door de afdeling personeelszaken wordt ingehuurd. 
Onder leiding van twee coaches spreken de ambtenaren zich in onderlinge 
gesprekken en groepsessies uit over het giftige klimaat dat is ontstaan.

In het eerste gesprek met Vera Bergkamp stelt de ambtelijke top een 
vreselijke tijd achter de rug te hebben onder Arib. Ze willen zich op de 
toekomst richten en werken aan een sociaal veilige omgeving, een 
probleem dat breder leeft in de ambtelijke organisatie. Op advies van de 
ambtelijke leiding besluit Bergkamp de perikelen in de periode onder 
Arib ongemoeid te laten. Dat blijkt al snel een misrekening.

Sommige ambtenaren voelen zich pas na het vertrek van Arib vrij om zich 
te melden bij een bedrijfsarts of een vertrouwenspersoon van de Kamer. 
Die schrijven begin juni een brief aan Bergkamp, griffier Simone Roos en 
het hoofd personeelszaken. De boodschap: er zijn serieuze signalen van 
een sociaal onveilige werkomgeving in de periode 2018-2021. In 
drieenhalf jaar tijd hebben deskundigen met een beroepsgeheim 23 
medewerkers gesproken 'met eensluidende klachten over ongewenst gedrag'. 
Een fors aantal, weten de deskundigen uit eigen ervaring en onderzoek. 
'De werksituatie werd overall omschreven als sociaal onveilig. Een 
angstcultuur,' schrijven ze. 'De signalen zijn dan ook, naar onze 
mening, geen incidenten maar symptomen van meer diepgewortelde en 
grotere structurele problemen.' Om daar aan toe te voegen: 'Geen van de 
betreffende medewerkers durfde een officiele klacht in te dienen.'

Het advies is om een onafhankelijk extern onderzoek in te stellen. Dat 
zegt Bergkamp op 21 juni toe. De Universiteit Utrecht gaat aan de slag 
om de aard en omvang van de sociale onveiligheid binnen de hele 
ambtelijke organisatie in kaart te brengen. Geen feitenonderzoek maar 
een groot, anoniem belevingsonderzoek door middel van vragenlijsten en 
interviews waarvoor niet alleen ambtenaren maar ook Kamerleden en 
fractiemedewerkers zich kunnen aanmelden.

De Utrechtse wetenschappers zijn amper begonnen of elders in het gebouw 
komt de volgende melding binnen. Dit keer bij PvdA-fractievoorzitter 
Lilianne Ploumen. Een anonieme briefschrijver stelt onder meer dat het 
verstandig zou zijn 'nog eens te kijken naar de omstandigheden en 
motieven' die een rol speelden bij het vertrek van de topambtenaren die 
de organisatie zouden gaan moderniseren. 'Van alle drie heb ik destijds 
persoonlijk vernomen dat de omgangsvormen binnen de organisatie een 
belangrijke rol hebben gespeeld.'

Ploumen stuurt de brief elf dagen na ontvangst, op 21 februari 2022, 
door aan griffier Simone Roos en Kamervoorzitter Bergkamp. 'Het ging 
niet over de PvdA-fractie, dus het was niet aan mij om actie te 
ondernemen,' laat Ploumen in een schriftelijke reactie weten. Op de 
vraag of ze de brief en de inhoud met Khadija Arib heeft besproken, 
schrijft Ploumen: 'Ik heb het met niemand besproken.'

De brief belandt uiteindelijk op tafel bij het presidium. Na overleg 
besluiten de leden dat de drie vertrokken topambtenaren zullen worden 
uitgenodigd voor een gesprek over de reden van hun vertrek.

Maar zover zal het nooit komen. De geschiedenis staat op het punt het 
presidium en Khadija Arib te achterhalen.


Nieuwe functie Arib

Het is een bont gezelschap dat zich op woensdag 6 juli van dit jaar 
verzamelt naast de roltrap bij de ingang van de Tweede Kamer. Pepijn van 
Houwelingen (FvD) neemt uiterst links plaats voor de foto, helemaal 
rechts staat Vicky Maeijer (PVV). Ook CDA, VVD, D66, JA21 en Groep Van 
Haga zijn vertegenwoordigd. Net als de eenpitter Pieter Omtzigt. In het 
midden staat de voorzitter van de parlementaire enquetecommissie die 
onderzoek gaat doen naar de coronacrisis: Khadija Arib. In haar 
commissie 'is ruimte voor alle geluiden,' zegt ze tegen journalisten.

Het is niet die uitspraak die een deel van het ambtelijk apparaat doet 
opschrikken, maar haar nieuwe rol. Een deel van de medewerkers krijgt op 
slag klamme handen van het idee dat ze opnieuw voor Arib moeten gaan 
werken.

Haar benoeming tot voorzitter van de coronacommissie zal het beslissende 
moment blijken voor het einde van haar politieke loopbaan. De paniek die 
ontstaat in delen van het ambtelijk apparaat van de Tweede Kamer is 
ongekend. Op 27 juli komt er bij het presidium een nieuwe brief binnen 
met aantijgingen aan het adres van Arib over haar tijd als 
Kamervoorzitter. Aanleiding voor het schrijven is haar 'recente 
benoeming', schrijft een anonimus, met wie NRC later in contact zal 
komen.

In de gedetailleerde brief weidt de schrijver uit over tal van 
ambtenaren die zijn vertrokken na aanvaringen met Arib, zoals directeur 
Jan Willen Duijzer. Ook gaat het over 'kleinerende opmerkingen' van Arib 
tegen ambtenaren die zorgden voor 'een onveilige werkomgeving'.

In het presidium worden de klachten zo serieus genomen dat er in een 
extra vergadering, op 19 september, besloten wordt juridisch advies in 
te winnen bij de landsadvocaat. Wat te doen met deze signalen? De 
juristen schrijven na ruggespraak met betrokkenen in de ambtelijke 
organisatie dat de anonieme klachten niet op zich staan. De 'concrete 
voorvallen passen bij eerdere (concrete en ernstige) signalen van een 
onveilige werkomgeving.' De voorbeelden in de brief worden 'bevestigd 
door de leiding van de ambtelijke organisatie van de Tweede Kamer,' 
noteren de juristen. Een onafhankelijk onderzoek is onontkoombaar, luidt 
de conclusie. De Tweede Kamer heeft als werkgever 'zonder meer een 
verplichting tot handelen op basis van de brief'.

Het advies is een belangrijke reden voor leden van het presidium om in 
te stemmen met een onafhankelijk onderzoek. Nog dezelfde avond tekent 
Vera Bergkamp, namens het presidium, een zogenoemde vrijwaringsbrief. 
Die biedt zekerheid aan ambtenaren die mee willen werken aan het 
onderzoek: ze kunnen vrijuit praten, zonder angst hun baan te verliezen.

Dat de vrijwaringsbrief is getekend voordat Arib op de hoogte wordt 
gesteld van het onderzoek, tekent de angst bij ambtenaren. Toch gaat het 
mis. De afspraak van het presidium met Khadija Arib komt niet tot stand 
voordat NRC lucht krijgt van het gevoelige besluit en daarover 
publiceert na een telefoongesprek met de oud-voorzitter. Arib reageert 
geschrokken als ze van NRC hoort dat het presidium een extern onderzoek 
naar klachten over haar gedrag als Kamervoorzitter wil laten doen. 'Zo 
zit ik helemaal niet in elkaar.'

Kort daarna verandert haar toon. Tegen het AD spreekt ze nog dezelfde 
avond van een 'dolk in mijn rug' door haar opvolgster. 'Vera Bergkamp is 
hiervoor verantwoordelijk.' Tegen De Telegraaf zegt ze dat ze 'voor de 
bus is gegooid' door Bergkamp. Ze eist een verklaring van de 
Kamervoorzitter, met wie ze dan al jaren een moeizame verstandhouding 
heeft.

Een dag later, in de wandelgangen van de Tweede Kamer, noemt Arib het op 
handen zijnde onderzoek tegen journalisten een 'schijnonderzoek', een 
'poppenkast' en een 'politieke afrekening'. Het werkt. De aandacht van 
de pers gaat uit naar de mispeer van het presidium om Arib tijdig te 
informeren en de toch al wankele positie van Kamervoorzitter Bergkamp. 
Televisieverslaggevers mogen een voor een langskomen op de werkkamer van 
Arib voor een reactie. Op Twitter is ze trending topic. De ene na de 
andere steunbetuiging stroomt binnen. 'De manier waarop @khadijaArib, de 
beste Kamervoorzitter die we in jaren gehad hebben, x op x met slappe 
verdachtmakingen wordt lastig gevallen, is een ramp voor de democratie.'

Op vrijdag eisen Kamerleden van oppositiepartijen SP, Partij voor de 
Dieren, BBB, JA21 en Pieter Omtzigt een verklaring van Kamervoorzitter 
Vera Bergkamp. Ze hebben vragen over de juridische basis voor een 
onderzoek en ze willen weten waarom het presidium de landsadvocaat heeft 
ingeschakeld. De Kamerleden vragen ook waarom Arib niet vooraf op de 
hoogte is gesteld. Ze stellen Bergkamp een ultimatum: voor maandagmiddag 
een uur moet ze hebben gereageerd.

Ambtenaren zien het met verbijstering aan. Hun ervaringen worden 
volledig verdrongen door de aandacht van de pers voor de door Arib 
opgeworpen tweestrijd met Bergkamp. Kamerlid Liane den Haan ziet het 
vertwijfeld aan. 'Het gaat hier niet om de huidige of de voormalige 
Kamervoorzitter maar om het belang van werknemers,' twittert ze. 'En de 
verantwoordelijkheid die het Presidium voor hen heeft. Tsja, dat 
vergeten we maar ff voor het gemak. Niet sexy voor de media. Bah.'


Arib stapt op

Op vrijdagochtend legt NRC contact met Arib om een afspraak te maken 
voor het beantwoorden van vragen over de aantijgingen. Die komt, ondanks 
vele pogingen, niet tot stand. Arib reageert soms op apps en 
telefoontjes, maar houdt de boot telkens af. Ook PvdA-fractievoorzitter 
Attje Kuiken probeert een afspraak met haar te maken als ze op 
zaterdagavond plots op Twitter leest dat Arib opstapt. De '(anonieme) 
dolksteken' maken dat ze niet langer Kamerlid wil zijn, schrijft ze. Het 
presidium en haar fractiegenoten van de PvdA laten haar geen andere 
keuze dan te stoppen. 'Het werk als volksvertegenwoordiger en voorzitter 
van de tijdelijke corona-enquete is mij door het disfunctioneren van het 
presidium simpelweg onmogelijk gemaakt.' Arib voelt zich 'niet langer 
vrij en veilig' in het parlement.

Indirect verwijst ze in haar statement naar de klachten over haar gedrag 
in haar periode als Kamervoorzitter. Ze schrijft dat 'sommigen' haar als 
'streng hebben ervaren'. 'Maar in zo'n omgeving is dat noodzakelijk.'

Haar optreden als voorzitter heeft volgens Arib geleid tot 'zichtbare 
verbetering van het functioneren van de Tweede Kamer.' Iets waar ze 
tevreden op terug kijkt. 'Toen ik aftrad heb ik de organisatie in goede 
staat achtergelaten.'


Over dit artikel

NRC sprak met 32 direct betrokkenen en beschikt over tal van 
(vertrouwelijke) documenten, zoals een advies van de landsadvocaat, 
mails, notulen en brieven. Geen van de leden van het presidium wil 
ingaan op de vraag waarom ze niet eerder hebben ingegrepen.

Na meerdere pogingen sinds vrijdagochtend om een afspraak te maken met 
Arib stuurt NRC haar zaterdagavond laat een lijst met 32 vragen. Ook na 
verlenging van de tijd om te reageren, laat ze die onbeantwoord.

Geen van de betrokkenen met wie NRC sprak, wil met naam en toenaam 
worden genoemd, zelfs als mensen allang niet meer voor de Tweede Kamer 
werken. Ze willen geen ruzie met Arib.

Sommige oud-ambtenaren willen niet eens meer worden herinnerd aan de 
periode met Arib. Anderen duiken juist in hun archief en melden zich 
spontaan bij NRC.

Michel Meerts, de huidige voorzitter van de ondernemingsraad (OR) van de 
Tweede Kamer, laat desgevraagd weten dat er in de voorzittersperiode van 
Arib 'meer dan tien meldingen zijn gedaan over haar gedrag' bij de OR. 
'We hebben die mensen doorverwezen naar een vertrouwenspersoon en 
aangemoedigd een klacht in te dienen. Meer kunnen wij niet doen.'

--------
(c) 2022 Mediahuis


More information about the D66 mailing list