[D66] Lid liberale denktank: D66 op gespannen voet met sociaal-liberalisme

Dr. Marc-Alexander Fluks fluks at combidom.com
Tue Dec 23 13:11:32 CET 2014


Bron:   Trouw
Datum:  22 december 2014
Auteur: Patrick van Schie
URL:    http://www.trouw.nl/tr/nl/12684/Patrick-van-Schie/article/detail/3816341/2014/12/22/D66-claim-op-sociaal-liberaal-klinkt-hol.dhtml


D66-claim op 'sociaal-liberaal' klinkt hol
------------------------------------------

Het liberalisme is in Nederland populairder dan pakweg midden 
twintigste eeuw. Dat blijkt niet alleen uit verkiezingsuitslagen, maar 
tevens uit de gretigheid waarmee menigeen zich met het liberalisme 
associeert. Zelfs evidente anti-liberalen zoals SP'ers hebben 
kennelijk het voorvoegsel 'neo' nodig om het woord 'liberaal' een nare 
klank te geven. Bovendien zijn er tegenwoordig ook ter linkerzijde 
politici die zo positief over het liberalisme denken dat zij er in 
combinatie met het voorvoegsel 'sociaal' mee koketteren. Een linkse 
partij, D66, tooit zich sinds 1998 met de aanduiding 
'sociaal-liberaal'. Jammer alleen dat men in die partij geen benul 
heeft wat de term inhoudt.

De voorganger van Pechtold als fractieleider, Lousewies van der Laan, 
verklaarde de toevoeging 'sociaal' uit de behoefte de 'kou eruit te 
halen en te laten zien dat je ook hart hebt voor het individu dat niet 
mee kan komen'. Dat klinkt reuze aardig. Met de politieke substroming 
'sociaal-liberalisme' heeft dit echter niets van doen. Maar Van der 
Laan probeerde tenminste nog de term te duiden. Pechtold neemt die 
moeite niet. Voor hem is het blijkbaar enkel een reclameslogan die 
geen doordenking behoeft.

Het sociaal-liberalisme onderscheidt zich van andere liberale 
substromingen door het individu niet los te willen zien van zijn 
omgeving. Het gaat sociaal-liberalen om de interactie tussen 
individuen onderling en tussen individu en samenleving: op die manier 
geven individuen in een voortdurende wederzijdse beinvloeding vorm aan 
de samenleving. En andersom draagt de samenleving aldus bij aan de 
vorming van individuen.


Participatiesamenleving

Voor echte sociaal-liberalen - die denkers en politici die zich wel 
bezinnen op de betekenis van het begrip - is dit geen vrijblijvende 
kwestie. Individuen hebben niet alleen de optie zich te ontplooien en 
verbindingen met anderen aan te gaan, zij zijn dat aan zichzelf en aan 
de samenleving verplicht. De participatiesamenleving is voor een 
sociaal-liberaal dan ook geen beschrijving van de werkelijkheid, zoals 
voor premier Rutte; zij houdt een opdracht in aan alle burgers: gij 
zult participeren opdat gij niet nalatig bent ten opzichte van de 
samenleving. Het wetenschappelijk bureau van D66 heeft juist in een 
publicatie afstand genomen van een 'opgelegde participatie'. Dat zou 
op een liberaal standpunt kunnen duiden, maar het verwerpen van 
participatie als plicht is een afwijzing van de sociaal-liberale 
opvatting van maatschappelijke participatie.

Ook op een praktisch politiek terrein als het drugsbeleid verhoudt de 
vrijheid-blijheid-benadering van D66 zich slecht tot het 
sociaal-liberale gedachtengoed. Toen het sociaal-liberalisme eind 
negentiende eeuw voor het eerst opkwam stonden zijn protagonisten 
vooraan in de strijd tegen verslaving aan sterke drank. De Nederlandse 
sociaal-liberaal Goeman Borgesius vond bijvoorbeeld dat de 
drankzuchtige 'van vrij man een slaaf is geworden, een slaaf van zijne 
booze hartstochten, een slaaf van de jeneverflesch.' Een dergelijke 
verslaving belette het individu zelfstandig in het leven te staan. En 
het verhinderde hem zijn bijdrage aan de samenleving te leveren.


Eigen keuzes

Het vrijgeven van de handel in en het gebruik van drugs kan een 
invulling zijn van een meer klassiek-liberale benadering, waarin het 
een individu vrij staat eigen keuzes te maken. Dan uiteraard wel onder 
de voorwaarde dat hij met zijn handelingen anderen niet schaadt. Maar 
juist sociaal-liberalen zullen waarschuwen dat een individu door drugs 
te gebruiken zijn autonomie ondermijnt. Het individu moet in die 
benadering tegen zijn eigen kortzichtigheid worden beschermd. 
Bovendien kan een drugsverslaving het individu beletten zijn talenten 
volledig te ontwikkelen, waardoor hij tevens de samenleving te kort 
doet. Juist een sociaal-liberaal zal daarom beducht zijn voor een 
liberalisering van het drugsbeleid. Zo'n liberalisering leidt, in de 
ogen van sociaal-liberalen, niet tot echte vrijheid maar tot 
schijnvrijheid.

Er zijn tal van zulke voorbeelden te geven waaruit blijkt dat de 
politiek die D66 voorstaat vaak op gespannen voet staat met de 
uitgangspunten van een doorleefd sociaal-liberalisme. Dat zou geen 
probleem zijn indien D66 zou zijn gebleven wat zij tot 1998 openlijk 
was: een pragmatische - in de ogen van sommigen opportunistische - 
partij, wars van ideologie in de vorm van een samenhangend 
gedachtengoed. D66 pretendeert echter dat zij sociaal-liberaal is. Dan 
behoort die partij zich eindelijk ook eens in het sociaal-liberale 
gedachtengoed te verdiepen, en na te gaan wat het impliceert. Zolang 
dit uitblijft is het 'sociaal-liberalisme' van D66 niet meer dan een 
fraai ogende gevelversiering, waarachter inhoudelijke leegte gaapt.

--------
Patrick van Schie is historicus en directeur van de TeldersStichting, 
de liberale denktank van Nederland, gelieerd aan de VVD. Onlangs 
publiceerde hij met Fleur de Beaufort bij uitgeverij Boom het boek 
'Sociaal-liberalisme'.

--------
(c) 2014 Persgroep


More information about the D66 mailing list