SurfNet heft D66-lijst op; Chido Houbraken lijstbeheerder

Cees Binkhorst ceesbink at XS4ALL.NL
Fri May 7 20:26:54 CEST 2010


REPLY TO: D66 at nic.surfnet.nl

Deze Chido dus?

Groet / Cees

On 05/07/2010 08:02 PM, Henk Elegeert wrote:
> Chido Houbraken

http://www.chido.nl en
http://chido-advies.blogspot.com/
donderdag 25 februari 2010
Van DNA en statistisch onbenul
In de Washington Monthly van maart/april 2010 stond een interessant
artikel, getiteld DNA's dirty little secret : A forensic tool renowned
for exonerating the innocent may actually be putting them in prison.

Privacy-voorvechtster Sophie in 't Veld bracht het artikel via twitter
onder mijn aandacht. Deze aanbeveling, gecombineerd met mijn interesse
voor genetica en het gebruik van statistiek in bewijsvoering, waren
ruimschoots voldoende om hier eens over te bloggen. Ook al past het
onderwerp niet meteen in mijn werkgebied.

Waar gaat het over?
Kort gezegd kan een (onvolledig) profiel van forensisch
DNA-bewijsmateriaal leiden tot een 'match' met een onschuldige, door
verkeerde zoekmethodes in databases en gebrek aan kennis over statistiek
bij politie, justitie en de rechterlijke macht. En, in de Verenigde
Staten, de jury.
Want vooral de jury leidt aan het CSI-effect, waarbij mensen het
realiteitsniveau van series als CSI overschatten en onmenselijk hoge
verwachtingen hebben van echte forensische wetenschap. Gevolg is dat een
DNA-match als absolute waarheid wordt gezien, waarover dus geen twijfel
bestaat.

Wat gaat er mis?
Bij het analyseren van DNA, richten wetenschappers zich idealiter op
dertien markers, genetische merkers, ook wel loci genoemd. De kans om
twee mensen te vinden waarbij alle dertien merkers overeenkomen, is
ongeveer één op een biljard (dat is 1:1.000.000.000.000.000). Maar hoe
minder merkers er vergeleken worden, hoe groter de kans dat meer dan een
persoon voldoet aan het profiel. Familieleden delen er vaak een
behoorlijk aantal en zelfs vreemden hebben wel twee of drie
overeenkomstige merkers.

Een DNA profielmatch is vooral zinvol bij het matchen van
bewijsmateriaal met een bekend aantal verdachten. Nu is in een strafzaak
het DNA-bewijsmateriaal vaak verontreinigd of verouderd, waardoor de
dertien merkers nooit gehaald worden. Door een profiel te maken op basis
van minder merkers, verhoogt de kans dat het bij meer dan één persoon
matcht. Overigens is dat nog steeds niet heel problematisch; in het
artikel wordt een voorbeeld aangehaald van een profiel op basis van
vijf-en-een-halve merker, met een kans van één op een miljoen op een
verkeerde match. Ook dat is nog wel te gebruiken bij een beperkte lijst
verdachten.

Maar dan gaat het mis. De opsporingsdiensten gebruiken grote databases
met DNA-profielen om de dader te vinden in plaats van te vergelijken met
het lijstje verdachten. De zoekmethode wordt omgekeerd: van een gerichte
vraag naar datamining. Daarbij beseft men niet dat de kans op een
nep-match flink verhoogd wordt. Immers, als de kans op een misser één op
een miljoen is en je vergelijkt met één miljoen profielen in de
database, dan is de kans groot dat je een 'match' hebt. Maar dus niet
per sé de juiste.

In het geval van het artikel ging het over een database van ruim 300.000
profielen, waardoor de kans niet 1 : 1.000.000 was, maar 1 : 3 Dit was
de jury niet duidelijk gemaakt en de advocaat mocht het om onduidelijke
redenen niet aanvoeren.

Wat betekent dit?
Het voorbeeld geeft aan dat de redenatie "ze mogen alles van me weten,
want ik heb niets te verbergen" op zijn zachtst gezegd wat naïef is.
Daarnaast geeft het ook aan dat toezicht op privacy-gevoelige
(politionele) informatiebestanden veel verder moet gaan dan alleen het
doel van de verzameling, authorisatie en de beheersomgeving; er moet ook
gecontroleerd worden op de kwaliteit van het gebruik. Gebruikers van
deze informatie moeten opgeleid en bijgeschoold blijven worden en hun
handelingen met de verzameling moeten niet alleen gemonitord worden,
maar ook geregeld geëvalueerd en zo nodig gecorrigeerd worden. De enorme
hoeveelheden niet-openbare, complexe data waar bijvoorbeeld een
wetshandhaver mee te maken krijgt, gecombineerd met de verbeterde
zoekmogelijkheden, vereist een effectief en nauwgezet toezicht. Een
toezicht dat veel verder gaat dat periodieke audits,
managementrapportages of die hemeltergende auditvorm waarbij de
informatie-eigenaar het onderzoek zelf mag uitvoeren; de self-audit.

En in Nederland?
In het wel heel korte literatuuronderzoekje dat ik heb uitgevoerd, kwam
bovenstaand probleem niet naar boven. Voor zover bekeken, besteedt het
Nederlands Forensisch Instituut (NFI) er op haar site dnasporen.nl geen
aandacht aan en de meeste ander artikelen gaan over het DNA-onderzoek
zelf. Uiteraard zal dit probleem in het Nederlandse strafrecht ook
bestaan. Maar er wordt niet uitgebreid over gepubliceerd.

Drie interessante bronnen:
Statistiek in de rechtzaal, over de zaak Lucia de B. (2004)
www.dnasporen.nl, het NFI over de DNA-databank en en forensisch
DNA-onderzoek. (z.d.)
De DNA-databank van het NFI

Bron afbeeldingen:
http://tvshowsforall.files.wordpress.com/2009/01/csi.jpg
http://puesoccurrences.wordpress.com/2009/07/
http://sdow.semanticweb.org/2008/pub/slides/SDoW2008-slides-Beyond-Walled-Gardens-Open-Standards-for-the-Social-Web/privacy.gif

Update (9/3/2010):
Het Eggensinstituut van de Universiteit van Amsterdam biedt een
tweedaagse cursus aan voor advocaten en magistratuur, met de titel:
Interpretatie van forensische & statistische DNA-onderzoeksgegevens. De
cusus gaat er vanuit dat forensisch(DNA) bewijs een steeds prominentere
rol in het huidige strafproces speelt:
In deze tweedaagse cursus zal door deskundige docenten aan u worden
uitgelegd hoe deze rapporten geïnterpreteerd dienen te worden. U leert
onder meer in een praktijksessie (rollenspel - waaraan ook leden van de
zittende en de staande magistratuur zullen deelnemen) hoe deze kennis
toe te passen in de zittingszaal. U krijgt inzicht in goede en foute
rederneringen bij de interpretatie van onderzoeksresultaten en de
bewijswaarde daarvan, mede aan de hand van concrete zaken. U krijgt ook
uitleg over het formuleren van een relevante onderzoeksvraag. Verder
zullen nieuwe (wettelijke) ontwikkelingen aan de orde komen, waaronder
de positie van de deskundige en de aan hem/haar te stellen vragen en eisen.

**********
Dit bericht is verzonden via de informele D66 discussielijst (D66 at nic.surfnet.nl).
Aanmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SUBSCRIBE D66 uwvoornaam uwachternaam
Afmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SIGNOFF D66
Het on-line archief is te vinden op: http://listserv.surfnet.nl/archives/d66.html
**********



More information about the D66 mailing list