Klimaatgekte: Klimaatleugens dateren uit 1996

Henk Elegeert hmje at HOME.NL
Fri Feb 12 13:33:06 CET 2010


REPLY TO: D66 at nic.surfnet.nl

Op 12 februari 2010 12:33 schreef Dr. Marc-Alexander Fluks <
fluks at combidom.com> het volgende:

> REPLY TO: D66 at nic.surfnet.nl
>
> Bron:   Telegraaf
> Datum:  11 februari 2010
> Auteur: Erwin Timmer
> URL:
> http://www.telegraaf.nl/binnenland/6008795/___Klimaatleugens_dateren_van_96___.html
>
>
> Klimaatleugens dateren van '96
> ------------------------------
>

[ ... ]


> Volgens Labohm is het door minister Cramer aangekondigde onderzoek door
> het Planbureau voor de Leefomgeving naar de waarheid rond de aardse
> opwarming een slecht idee: 'De slager keurt zijn eigen vlees. Ook het
> PBL zit vol gelovigen die maar volhouden dat de kern van het IPCC-
> rapport overeind staat. Dat is niet waar. We moeten onafhankelijke
> wetenschappers aanwijzen, die tot nu toe buiten deze discussie hebben
> gestaan. Dan krijgen we een eerlijke uitkomst.'
>


http://www.pbl.nl/nl/dossiers/klimaatverandering/content/correctie-formulering-over-overstromomgsrisico.html

"
Correctie formulering over overstromingsrisico Nederland in IPCC-rapport

In het in 2007 uitgebrachte rapport van IPCC-werkgroep 2 (Climate change
2007: Impacts, adaptation and vulnerability) staat een fout in een door het
Planbureau voor de Leefomgeving geleverde formulering over het
overstromingsrisico van Nederland. In het hoofdstuk Europa staat op
bladzijde 547 dat 55 procent van Nederland onder zeeniveau ligt (“The
Netherlands is an example of a country highly susceptible to both sea-level
rise and river flooding because 55 % of its territory is below sea level”).
Hier had echter moeten staan dat 55 procent van Nederland gevoelig is voor
overstromingen; 26 procent van Nederland ligt onder zeeniveau en 29 procent
is gevoelig voor rivieroverstromingen. De bijna-overstromingen medio jaren
’90 van gebieden langs de Waal en Maas –gebieden ruim boven de zeespiegel-
zijn voorbeelden van dit laatste.

Nederland is gevoelig voor klimaatverandering. Zowel de zeespiegelstijging
als de hoge piekafvoeren van de rivieren vragen om voorzorgsmaatregelen. De
onjuiste formulering in het rapport heeft geen consequenties voor deze
conclusie.

Door recent onderzoek komen er steeds betere inzichten in de mogelijke
overstromingsscenario’s in specifieke gebieden (o.a. project Veiligheid
Nederland in Kaart, www.projectvnk.nl). Zeer recent publiceerde het
Planbureau voor de Leefomgeving hiertoe de studie ‘ Overstromingsrisicozonering
in Nederland’<http://www.pbl.nl/nl/publicaties/2010/Overstromingsrisicozonering-in-Nederland.html>
 .
Aanvullende informatie: Overstromingsgevoelig gebied

In de bijgevoegde kaart is weergegeven welk deel van Nederland onder NAP
ligt en welk deel van Nederland als overstromingsgevoelig gebied kan worden
aangemerkt. Op basis van de actuele hoogtekaart en de huidige inrichting van
Nederland kunnen we stellen dat:

   1. 26% van het landoppervlak van Nederland beneden NAP ligt;
   2. 59% van het landoppervlak van Nederland (dus excl. Waddenzee,
   IJsselmeer en ander open water) gevoelig/kwetsbaar is voor overstromingen.
   Deze 59% omvat zowel het areaal dat binnen de dijkringen ligt als het deel
   dat buiten de dijkringen ligt, het zogeheten “buitendijks gebied”;
   3. 55% van het landoppervlak van Nederland binnen de dijkringen ligt en
   wordt beschermd door duinen, dijken, dammen en kunstwerken
   4. 4% van het landoppervlak van Nederland buitendijks gebied is, buiten
   de dijkringen ligt en dus niet wordt beschermd door duinen, dijken, dammen
   en kunstwerken.

[image: 20100205 Overstromingsgevoelige gebieden Nederland]

Deze cijfers zijn tot stand gekomen in samenwerking tussen PBL en
Rijkswaterstaat-Waterdienst. De percentages zijn bepaald door met het
Geografisch Informatie Systeem (GIS) de oppervlakte te berekenen. Als
bronnen zijn gebruikt het Actueel Hoogtebestand Nederland van het Ministerie
van Verkeer en Waterstaat, in combinatie met de CBS bodemstatistiek, en het
databestand van dijkringen van Rijkswaterstaat.
Patronen van overstromingen regionaal verschillend

De kans dat gebieden overstromen, is binnen het overstromingsgevoelige
gebied niet overal gelijk. Hoe een overstroming daadwerkelijk verloopt,
hangt af van de lokale omstandigheden en wordt in belangrijke mate bepaald
door de hoogteverschillen in een gebied, de aanwezigheid van secundaire
dijken, weglichamen, spoorlijnen en dergelijke. Door nader onderzoek naar
mogelijke overstromingsscenario’s in specifieke gebieden krijgen we steeds
meer inzicht in het overstromingsrisico. Regionale verschillen in
overstromingsscenario’s zijn al meegenomen in onder andere de ramingen van
economische schades en slachtoffers in de studie Nederland Later (MNP, 2007)
en zeer recent publiceerde het Planbureau voor de Leefomgeving hierover de
studie ‘Overstromingsrisicozonering in Nederland’.

   -

   Naar de publicatie Overstromingsrisicozonering in
Nederland<http://www.pbl.nl/nl/publicaties/2010/Overstromingsrisicozonering-in-Nederland.html>
    .
   - Naar de publicatie Nederland
Later<http://www.pbl.nl/nl/publicaties/mnp/2007/Duurzaamheidsverkenning2Nederlandlater.html>
 (deel
   1: De fysieke leefomgeving)

"

... kan dus naar de prullenbak?

Overigens, 'Nederland is gevoelig voor klimaatverandering', is een
schoolvoorbeeld van een zeikwijven argument. Een dergelijke formulering in
een rapport zou dus juist consequenties moeten hebben !! Namelijk: Weg
ermee.

Henk Elegeert

**********
Dit bericht is verzonden via de informele D66 discussielijst (D66 at nic.surfnet.nl).
Aanmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SUBSCRIBE D66 uwvoornaam uwachternaam
Afmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SIGNOFF D66
Het on-line archief is te vinden op: http://listserv.surfnet.nl/archives/d66.html
**********



More information about the D66 mailing list