Ede, D66 initiatiefraadsvoorstel afschaffen ambtsgebed

John Wijsmuller j.wijsmuller at PLANET.NL
Tue Jul 11 11:44:52 CEST 2006


REPLY TO: D66 at nic.surfnet.nl

D66 initiatiefraadsvoorstel

de raad
der gemeente
EDE

Verzameling Raadsstukken registratienummer sector datum: 4 juli 2006
2006/ Raad 17-08-2006
B&W
Betreft Cie. MZ 21-09-2006


Wijziging reglement van orde;
afschaffen ambtsgebed


Beslispunt

Het wijzigen van het vigerende reglement van orde van de gemeenteraad
van Ede;
dat wil zeggen:
1. het schrappen van artikel 15 (ambtsgebed) uit het reglement van orde;
2. het vervolgens aanpassen van de nummering van de artikelen na artikel
14 van het
betreffende reglement.


Inleiding


Artikel 15 van het reglement van orde van de gemeenteraad van Ede luidt
als volgt:
Onmiddellijk na de opening van de vergadering spreekt de voorzitter of
doet hij uitspreken het volgende ambtsgebed:
“Barmhartige God. Aan het begin van deze raadsvergadering is onze bede
en ons persoonlijk streven dat wij oprecht en vol respect met elkaar
mogen omgaan, dat wij met wijs beleid en helder inzicht de juiste
besluiten zullen nemen, tot Uw eer en welzijn van onze gemeente en tot
opbouw van een rechtvaardige samenleving. Amen”.


Argumenten

Hoe dient de democratische rechtsstaat om te gaan met religie in het
publieke domein?
Dikwijls wordt geschermd met de scheiding van kerk en staat. Godsdienst
zou louter een privé-zaak zijn en daarom niet thuis horen in de publieke
sfeer. Echter de scheiding tussen staat en kerk wordt dikwijls ten
onrechte gezien als een zwaarwegende of zelfs absolute democratische norm.
Aantasting van de scheiding tussen kerk en staat tast niet meteen het
democratische gehalte van de staat aan en leidt zelden tot inbreuk op
mensenrechten. Er kunnen allerlei goede redenen zijn voor financiële en
juridische banden tussen de overheid en kerkelijke organisaties.
Voorbeelden zijn steun voor het reclasseringswerk van het Leger des
Heils, voor pastores in het leger of voor monumentale kerkgebouwen. Het
hangt af van de omstandigheden of staatssteun voor religieuze
organisaties verworpen of juist bevorderd moet worden. De slogan
“scheiding van kerk en staat” biedt een veel te ongenuanceerd kader om
over de wenselijkheid van dergelijke steun te discussiëren, juist omdat
het een absoluutheid van de scheiding suggereert die onvoldoende recht
doet aan de specifieke omstandigheden. Voor tal van dergelijke vragen
biedt het beginsel van de scheiding tussen kerk en staat daarom niet het
geschikte kader. Een en ander kan beter bezien worden in termen van de
achterliggende norm van neutraliteit.

Een tweede slogan die vaak terugkeert in actuele debatten, is dat
godsdienst een privé-kwestie zou zijn. In een democratische samenleving
is godsdienst een vrije, persoonlijke keuze van het individu. Daar heeft
de overheid niets mee te maken. Dat is het beginsel van
godsdienstvrijheid. Maar iets anders is of een dergelijke persoonlijke
keuze alleen mag doorwerken in de persoonlijke sfeer. Godsdienst kan
niet per definitie tot de persoonlijke sfeer worden beperkt. Het is een
persoonlijke keuze die kan raken aan iemands hele leven, dus ook aan
optreden in de publieke sfeer. Godsdienst is niet alleen voor de zondag,
maar juist ook voor door de week.

De vraag rijst waarom neutraliteit eigenlijk waardevol is. Het
vrijzinnige antwoord is:
omdat zij uitdrukking geeft aan het gelijk respect voor alle burgers als
autonome personen. Zij mogen hun leven inrichten naar hun eigen
overtuiging. Daarom mag de overheid zich niet baseren op een daarmee
strijdige levensvisie. Publieke instanties en bijvoorbeeld openbare
scholen mogen controversiële levensovertuigingen niet uitdragen of
bevoordelen. Dat is het waardevolle aan het begrip neutraliteit.
Drie vormen van neutraliteit zijn mogelijk:
de exclusieve neutraliteit;
de compenserende neutraliteit;
de inclusieve neutraliteit.
Door middel van de exclusieve neutraliteit wordt de levensbeschouwing
geheel uitgesloten uit de publieke sfeer. Alle religieuze ideeën en hun
symbolen worden verbannen.
In het publieke debat mag geen beroep worden gedaan op
levensbeschouwelijke overtuigingen. De overheid is levensbeschouwelijk
blind.
Bij de compenserende neutraliteit is er ruimte voor godsdienst in de
publieke sfeer. Maar de proportionaliteitsnorm voldoet niet wanneer er
structurele of historische ongelijkheden bestaan die het voor
minderheden moeilijker maken hun godsdienst of cultuur op voet van
gelijkheid te beleven.
De derde mogelijkheid is de inclusieve neutraliteit. Burgers krijgen in
deze visie juist zoveel mogelijk de gelegenheid om overeenkomstig hun
eigen levensovertuiging te spreken en te handelen, ook in de publieke
sfeer. Deze vorm van neutraliteit eist dat alle levensovertuigingen
gelijk behandeld worden, maar niet dat ze buiten haakjes worden
geplaatst. Mensen in ziekenhuizen of in het leger kampen soms met
levensbeschouwelijke problemen; daarom financiert de Nederlandse
overheid pastores naar rato van de omvang van de verschillende groepen.
Inclusieve neutraliteit verbiedt dit uiteraard niet, maar eist uiteraard
dat er ook humanistische raadslieden en imams worden aangesteld, naar
rato van het aandeel van humanisten en moslims in de bevolking.

Inclusieve neutraliteit brengt de veelkleurigheid tot uiting, waarbij de
overheid iedere groep gelijkelijk de ruimte laat en soms ondersteunt,
maar geen enkele bevoordeelt.

Inclusieve neutraliteit heeft verschillende positieve aspecten.
Een principieel voordeel is dat burgers niet gedwongen worden hun
overtuigingen deels buiten de publieke sfeer te houden. Een godsdienst
raakt nooit louter de privé-sfeer. Burgers die totaal moeten afzien van
hun levensbeschouwing in de publieke sfeer moeten een deel van zichzelf
thuislaten. Daarom is exclusieve neutraliteit minder democratisch. Een
pragmatisch voordeel is dat religieuze minderheden minder snel vervreemd
raken van de overheid. Zowel de meerderheid als de minderheid wordt in
een praktijk van inclusieve neutraliteit voortdurend geconfronteerd met
andersdenkenden.
Tenslotte een aspect van inclusieve neutraliteit dat niet onvermeld mag
blijven. Godsdienstige groepen spelen dikwijls een positieve rol bij
opvang en ondersteuning en bij sociale integratie van immigranten. Dat
positieve potentieel mag een overheid benutten en proberen in positieve
richting bij te sturen, terwijl de overheid de negatieve uitwassen dient
tegen te gaan. Dat kan natuurlijk alleen indien de overheid geen
levensbeschouwelijke blinddoek voordoet, maar bewust het contact met
kerken en organisaties zoekt.

Indien iedereen een positieve beleving zou hebben bij het uitspreken van
het ambtsgebed, dan zou vanuit een inclusieve benadering geen bezwaar
kunnen zijn tegen het uitspreken van het ambtsgebed.
Echter de samenleving is pluralistisch en de gemeenteraad van Ede is
pluralistisch. Juist daarom, de inclusieve neutraliteitsgedachte ten
behoeve van de overheid volgend, dient het ambtsgebed geen onderdeel te
zijn van de raadsvergaderingen van de gemeenteraad van Ede.


Procedure

Het voorstel wordt aan de voorzitter van de gemeenteraad van Ede
aangeboden met het verzoek deze in de eerstkomende vergadering van het
college van burgemeester en wethouders te agenderen en vervolgens het
voorstel aan de agendacommissie van het presidium aan te bieden,
inclusief een inhoudelijk standpunt, met het verzoek het
initiatiefvoorstel in de raadscommissie Maatschappelijke Zaken van 17
augustus 2006 te behandelen met het oogmerk besluitvorming over het
voorstel te laten plaatsvinden in de gemeenteraadsvergadering van 21
september 2006. .


De raadsfractie van D66,

M.W.H. van Dalen
fractievoorzitter

**********
Dit bericht is verzonden via de informele D66 discussielijst (D66 at nic.surfnet.nl).
Aanmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SUBSCRIBE D66 uwvoornaam uwachternaam
Afmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SIGNOFF D66
Het on-line archief is te vinden op: http://listserv.surfnet.nl/archives/d66.html
**********



More information about the D66 mailing list