D66 disucussielijst

Ramon Barends (D66) r_barendsd66 at HOTMAIL.COM
Tue Mar 5 17:47:50 CET 2002


REPLY TO: D66 at nic.surfnet.nl

Beste lijsters,

Op de website van D66 is een artikel te lezen uit Idee over onze/deze lijst.

URL:    http://www.d66.nl/documenten/ls/idee/idee102-hagemann.html

Hieronder is de tekst geattached.

Met vriendelijke groeten,

Ramon Barends




[dinsdag 5 maart 2002]    [Idee nummer 1, 2002]
[PERSPECTIEF]

Digitaal Politiek Café D66
De teloorgang van het publieke debat houdt velen bezig. Politici en leden
van maatschappelijke organisaties, wetenschappers en journalisten spreken
hun zorg uit. Een verandering die sommigen optimistisch stemt is de opkomst
van het virtuele debat. Of dat terecht is, onderzoekt Carlo Hagemann aan de
hand van het Digitaal Politiek Café van D66 op internet.

door Carlo Hagemann

Met de wijde verspreiding van internet is voor velen de mogelijkheid
ontstaan om, zonder zich daarvoor van huis of werk te hoeven verplaatsen,
toch mee te doen in een landelijke of zelfs internationale politieke
discussie. De vraag is of het digitale politiek café, zoals dat van D66,
daarmee ook een bijdrage levert aan de openbare discussie, en daarmee aan de
democratie. Immers, voor een democratisch verlopend politiek proces is het
noodzakelijk dat er op rationele gronden besluiten worden genomen die
gedragen worden door de bevolking.

Gefabriceerde openbaarheid

Over de vraag of deze bevolking nu zelf actief moet participeren in het
besluitvormingsproces, dan wel genoegen kan nemen met vertegenwoordiging in
het parlement, zijn vele politicologen met elkaar in debat geweest, en nog
in debat (Pateman, 1970; Dahl, 1989). Voor beide stromingen geldt evenwel
dat zij politieke discussie zien als een vereiste voor een democratisch
verlopend politiek proces. Een dergelijke discussie zou daarenboven kritisch
en rationeel moeten zijn.
De filosoof Jürgen Habermas leverde met zijn boek uit 1962: Strukturwandel
der Öffentlichkeit (herziene druk 1990) een theoretisch raamwerk waarin de
kritisch-rationele discussie een plaats krijgt binnen het denken over staat
en burgers. In Habermas' omschrijving is de kritische openbare discussie uit
de achttiende eeuw een gefabriceerde openbaarheid geworden die beheerst
wordt door de wetten van de markt. Afwijkende geluiden zijn hierin minder
gewenst, en ook het open karakter dat kenmerkend was voor de ideale
openbaarheid is verdwenen. De grote verspreiding van de massamedia gedurende
de negentiende en twintigste eeuw kan gezien worden als katalysator in dit
proces. De dialoog die de gegoede burgerij in de achttiende eeuw voerde in
de koffiesalons was verworden tot een monoloog van de redactie van een krant
of een televisie- of radioprogramma. De open, vrije en kritisch-rationele
discussie was gevangen in de tentakels van de commercie (Sassi, 2000).

Multilogue

Met de komst van internet zou, zo verwachtten de meest optimistische
geesten, deze discussie weer de plaats krijgen binnen het maatschappelijk
leven die het verdiende (zie b.v. Klein, 2000). Internet is immers een
interactief medium, waarin iedereen op voet van gelijkheid met elkaar kan
communiceren. Internet is daarnaast een gedecentraliseerd medium en voor een
politieke discussie heeft dat als consequentie dat de geografische situatie
van de deelnemers niet van belang is. Het belang van de randstad zou
genuanceerd kunnen worden. Ten slotte kent internet geen belemmeringen qua
tijd en nauwelijks belemmeringen qua ruimte. Deelname aan discussies kan op
ieder gewenst moment plaatsvinden en een deelnemer kan de nodige tijd en de
nodige ruimte uittrekken om zijn of haar gedachten te formuleren. Een meer
genuanceerde en beter beargumenteerde discussie zou hier het gevolg van
kunnen zijn.
De discussie zou daarnaast nog aan diepgang kunnen winnen doordat internet
niet alleen de monoloog zou ombuigen in een dialoog, maar zelfs een
meerwaarde zou kunnen toevoegen door de zogenaamde multilogue (Shank, 1995).
Deze multilogue bestaat eruit dat het mogelijk is in een bijdrage
tegelijkertijd op verschillende berichten van anderen te reageren en de
inhoud van andermans bijdrage zodanig op te knippen dat er letterlijk op
iedere uitspraak afzonderlijk direct kan worden gereageerd. Een multilogue
tijdens een vergadering zou een onsamenhangende kakofonie opleveren, in de
vorm van e-mail is het, soms met enig speurwerk, te zien als een directe, to
the point manier van discussiëren.

Hoogstpersoonlijke kruistocht

In werkelijkheid lost internet de beloften van een open en
kritisch-rationele dialoog slechts ten dele in. internet blijkt in
belangrijke mate het domein te zijn van commerciële bezigheden en
privéconversaties (e-mail). Politieke activiteiten zijn vaak
hoogstpersoonlijke kruistochten en discussies lijken eerder op
scheldpartijen dan op een uitwisseling van kennis of meningen. Het publieke
debat lijkt zijn plaats in de marge niet te kunnen verlaten.
Toch zijn er op allerlei terreinen aanzetten tot interactieve politiek te
vinden (zie b.v. Jankowski & Van Selm, 2000). Dit varieert van algemene
politieke discussielijsten via de websites van politieke partijen en
overheid, tot virtuele discussies over hete hangijzers in de plaatselijke
politiek. Internet heeft potentie en daarvan wordt gebruik gemaakt. De vraag
hierbij is wat het resultaat is van de combinatie publiek debat en internet.
In welke opzichten worden de mogelijkheden van internet benut, en op welke
punten schieten de discussies tekort? Uitgaande van de criteria van Habermas
(in Sassi, 2000) voor een kritisch-rationele discussie en in navolging van
eerdere onderzoeken van Schneider (1996; 1997) en Wilhelm (2000) naar
discussielijsten, stel ik de volgende vragen centraal.
In welke opzichten is op een politieke discussielijst sprake van een open en
vrije discussie over public affairs? Deze vraag valt in drie deelvragen
uiteen:
is er sprake van een gelijkwaardige deelname van alle participanten of
concentreert de discussie zich rond een klein aantal fanatiekelingen;
is er sprake van een vrije discussie over public affairs, dat wil zeggen
komen alle mogelijke maatschappelijke onderwerpen aan bod, of concentreert
de discussie zich vooral op partijpolitiek gebaande paden;
is er sprake van een werkelijke discussie, of praat men langs elkaar heen?

Methode

Voor een antwoord op deze vragen en daarmee naar de discrepantie tussen de
beloften van internet en de werkelijke invulling, heb ik een onderzoek
uitgevoerd naar het digitale politieke café van D66. Levert zo'n
elektronische discussielijst een bijdrage aan het maatschappelijk, politiek
debat, of is het eerder te beschouwen is als een uit de hand gelopen hobby
van een aantal beroepsdebaters?
Het onderzoek bevat twee analyses van de lijst. Voor beide is gebruik
gemaakt van het archief dat op http://listserv.surfnet.nl/archives/d66.html
te vinden is. Hier staan alle bijdragen opgeslagen, zowel in de volgorde
waarin ze werden verzonden als in hun oorspronkelijke threads, dat wil
zeggen gesorteerd per bediscussieerd item.
De eerste analyse strekt zich uit over de periode februari 2000 tot en met
januari 2001 (N=3086) en kan worden gezien als een analyse van de
participanten. Vanuit het archief van Surfnet kon een overzicht worden
gekregen van de deelnemers.
Voor uitspraken over de inhoud van de discussie is de aandacht
geconcentreerd op de discussie in augustus 2001, een willekeurig gekozen
maand. Van deze maand zijn alle bijdragen aan de discussie (N=190)
inhoudelijk bekeken om thema's vast te stellen en te kunnen aangeven hoe de
structuur van de discussie zich ontwikkelde.

Resultaten

Voordat de resultaten van de twee analyses worden beschreven, is het zinvol
een korte beschrijving te geven van de discussielijst. Een aantal D66-leden
heeft een aantal jaren geleden het initiatief genomen tot een
"…discussielijst voor personen, instellingen die op een of andere
manier te maken hebben met D66. De lijst is opgezet door een aantal leden
van D66 en kan dan ook niet gezien worden als de officiële
D66-discussielijst. Ook niet-leden worden van harte uitgenodigd om aan
discussies deel te nemen" (http://www.surfnet.nl/diensten). Het digitale
politieke café is operationeel via Surfnet, het Nederlandse computernetwerk
voor hoger onderwijs en onderzoek. Leden van de discussiegroep krijgen alle
gestuurde bijdragen in hun mailbox en kunnen daar desgewenst op reageren.

Het digitaal politiek café kan zich in een actief participerende cliëntèle
verheugen. Gedurende 2000 (februari - januari) zijn door 215 participanten
3086 bijdragen verstuurd. Op een vergelijkbare lijst van GroenLinks zijn dat
in diezelfde periode slechts 996 bijdragen. Gemiddeld leveren de
participanten dus bijna 14 bijdragen per persoon. De bijdragen zijn evenwel
scheef verdeeld over de participanten. Figuur 1 geeft grafisch weer hoe deze
verdeling eruit ziet: op de x-as bevindt zich het aantal participanten in
afnemende volgorde qua aantal verzonden bijdragen, op de y-as bevindt zich
het totaal aantal verzonden berichten in een cumulatief percentage.


Figuur 1 Mate van concentratie van bijdragen op discussielijst D66 (February
2000 - January 2001 )
klik op figuur voor vergroting

Indien het aantal bijdragen per persoon gelijk verdeeld was, zou een
diagonale lijn te zien zijn. Nu is te zien dat 89% van de mailtjes voor
rekening komt van 25% van de deelnemers. De participanten van deze actieve
groep leveren gemiddeld 50 bijdragen per persoon. Binnen deze groep bevinden
zich nog twee megaparticipanten, samen goed van 20% (= 600 stuks) van de
bijdragen in 2000. Het overgrote deel van de participanten is minder actief:
zij beperken zich tot één of twee mailtjes per persoon. In deze grafiek zijn
de zogenaamde 'lurkers' niet te zien. Dit zijn de leden van de
discussiegroep die weliswaar een abonnement hebben op de lijst, en dus alle
e-mails ontvangen, maar hierop nooit reageren. Dat de participatie scheef is
verdeeld, zegt overigens niet alles over de daadwerkelijke meningsvorming
binnen de groep. Het is zeer wel mogelijk dat lurkers en andere weinig
actieve abonnees hun mening vormen aan de hand van bijdragen van de meer
frequente participanten, al nodigt een gemonopoliseerde discussie mogelijk
weifelende abonnees waarschijnlijk niet uit tot een actievere participatie.



De onderwerpen die binnen de discussielijst aan de orde zijn, laten zich
omschrijven als zaken van algemeen maatschappelijk belang. In de maand
augustus 2001 wordt de meeste aandacht besteed aan de kwestie-Singh Varma en
de reactie van GroenLinks hierop (16,8%). Deze discussie mondt al snel uit
in een discussie over racisme en positieve discriminatie (7,9%).
Een ander belangrijk thema, overigens niet alleen in augustus, is het
Israëlisch-Palestijns conflict. Dit thema wordt ook door een relatief groot
aantal participanten aangesneden, terwijl de discussie over Singh Varma meer
het stokpaardje lijkt van een beperkte groep deelnemers. Daarentegen heeft
het thema van het homohuwelijk en gewetensbezwaren van ambtenaren hiertegen
een nog beperktere aantrekkingskracht. Slechts een handjevol participanten
neemt deel.
Een typisch D66-item is dat van de democratie, dat onderwerp is van 6,8% van
de bijdragen. Niet typisch voor D66, maar wel typisch voor veel
internetdiscussies is het thema van netiquette. De vraag hoe zich te
gedragen op internet en vooral in discussies, komt op gezette tijden langs
op welhaast iedere discussielijst. Van de onderwerpen die worden besproken
heeft deze het minst van doen met maatschappelijke problemen. Het hoort
eerder bij de nog onvolwassen status van het medium. Opmerkelijk ten slotte
is dat één thema bijna niet wordt aangesneden, dat van de
anti-globalisering. Het tumult dat was ontstaan over
anti-globaliseringsprotesten die in Göteborg en Genua uitliepen op
ordeverstoringen, bleek op de discussielijst van D66 nauwelijks een
bespreking waard.
Wat betreft de onderwerpskeuze is daarnaast opmerkelijk dat slechts in een
beperkt aantal bijdragen wordt verwezen naar D66 als partij, naar de
parlementsfractie of naar de 'eigen' bewindslieden. Hoewel de discussielijst
geen directe banden heeft met de partij, kon toch verwacht worden dat een
deel van de discussie zou gaan over de partij waarvan de meeste deelnemers
lid zijn of waarmee zij sympathiseren. Uit tabel 2 blijkt dat slechts in
10,5% van de bijdragen een verwijzing heeft naar de eigen partij. Andere
partijen worden in 12,1% van de bijdragen genoemd. De discussie kenmerkt
zich dus door een duidelijke voorkeur voor algemene actuele maatschappelijke
problemen en niet zozeer door interne partijpolitieke discussies.





De genoemde onderwerpen worden in een levendige, interactieve discussie aan
de orde gesteld. In augustus 2001 maakt 72% van de bijdragen deel uit van
een zogenoemde thread, een opeenvolging van bijdragen over eenzelfde
onderwerp. De overige 28% (zie tabel 1) zijn bijdragen waarop door niemand
gereageerd is. Opmerkelijk is dat de participanten in hun discussies slechts
voor een deel gebruik maken van de eerder genoemde multilogue die zo eigen
is aan internetdiscussies. Zelden wordt in reacties ingegaan op meer dan een
andere participant en in tabel 1 is te zien dat slechts in 18,9% van de
reacties daadwerkelijk 'geknipt' wordt in de bijdragen van anderen om 'lik
op stuk' te geven. Lik op stuk is ook niet het kenmerk van de discussie als
gekeken wordt naar de mate waarin de verschillende participanten het
expliciet oneens zijn met elkaar.



In veel van de bijdragen worden weliswaar meningen gevraagd en uitgedragen,
maar zelden wordt expliciet duidelijk gemaakt dat men het met de mening van
een ander niet eens is. Expliciete onenigheid komt slechts in 13,2% van de
bijdragen in augustus 2001 naar voren (zie tabel 2). Expliciet met elkaar
eens zijn is nog zeldzamer (7,9%). De lijst bestaat uit mensen die elkaar
zelden prijzen, maar ook niet afbranden. Veel van de bijdragen blijken
eerder informerend dan duidelijk opiniërend.
De laatste vraag die in de inhoudsanalyse aan de orde is gekomen is die van
de rationele argumentatie die aan een werkelijk kritisch-rationele discussie
ten grondslag moet liggen. In dit beperkte onderzoek heb ik kunnen
vaststellen dat de standpunten die in de discussie worden ingenomen meestal
uitvoerig beargumenteerd worden. Slechts zelden wordt een mening zonder meer
geuit. Vaker wordt ter ondersteuning van de uitspraken verwezen naar
historische parallellen, filosofische achtergronden, cijfermatig
bewijsmateriaal en jurisprudentie. Omdat internet niet of nauwelijks grenzen
stelt aan gebruikte tijd of ruimte, is dit geheel volgens verwachting. Het
lag buiten het bereik van dit onderzoek om voor iedere argumentatie vast te
stellen of zij wel of niet rationeel was.

Conclusies

Het digitaal politiek café voldoet deels aan het vereiste van Habermas
(1990), en in navolging van hem Schneider (1996; 1997) en Wilhelm (2000),
dat het een positieve invloed heeft op de democratie. In een intensieve
interactieve discussie worden de meest uiteenlopende maatschappelijke zaken
aan de orde gesteld. Aan het vereiste van gelijkheid in de discussie wordt
niet of nauwelijks voldaan. De discussie blijkt voor een belangrijk deel het
terrein van een relatief beperkt aantal, overwegend mannelijke deelnemers.
Dit wil echter niet zeggen dat een kritisch-rationele meningsvorming niet
wordt bevorderd door deze discussielijst. De 130 abonnees die iedere dag
tien mailtjes in hun mailbox krijgen, blijven in ieder geval op de hoogte
van discussies over een aantal maatschappelijke ontwikkelingen. Voor de
actieve participanten heeft de discussielijst ongetwijfeld een duidelijke
functie. Men kan de eigen mening scherpen op de meest uiteenlopende
onderwerpen en zich verder informeren over standpunten van andere leden van
de discussiegroep. Hiermee vormt het digitale politieke café een bescheiden
toevoeging aan politieke debatten in de maatschappij. De meerwaarde boven
het meer geïnstitutionaliseerde 'Haagse' of plaatselijke debat is dat mensen
van buiten de actieve partijkaders dagelijks en vrijblijvend kunnen
discussiëren over nationele en internationale onderwerpen. De beperking ligt
zoals gezegd, in de beperkte en sterk geconcentreerde deelname en in de
vrijblijvendheid van dit soort discussielijsten. Het digitale politieke café
kan worden gezien als een prozaïsche opvolger van de achttiende-eeuwse
koffiesalons. Want ook in die ontmoetingsplaatsen voor het
rationeel-kritisch debat discussieerde uiteindelijk ook slechts een klein
deel der welgestelde mannen over de algemeen maatschappelijke zaken.

Carlo Hagemann is Universitair Docent Communicatiewetenschap aan de
Katholieke Universiteit Nijmegen. Reacties graag van c.hagemann at maw.kun.nl

Het Digitaal Politiek Café kan gevonden worden via www.D66.nl/interactief

Literatuur
Dahl, R.A. (1989). Democracy and its critics. New Haven: Yale University
Press.
Habermas, J. (1990). Strukturwandel der Öffentlichkeit. Frankfurt: Suhrkamp
Verlag.
Jankowski, N.W., & Selm, M. van (2000). The promise and practice of public
debate in cyberspace. In K. L. Hacker, & J. van Dijk (Eds.), Digital
democracy: Issues of theory and practice (pp. 149-165). London: Sage.
Klein, H.K. (2000). Tocqueville in cyberspace: using the internet for
citizen associations. Information Society, 15 (4), 213-220.
Pateman, C. (1970). Participation and democratic theory. London: Cambridge
University Press.
Sassi, S. (2001). The transformation of the public sphere. In B. Axford, &
R. Huggins (Eds.), New media and politics (pp. ). London: Sage.
Schneider, S.M. (1996). Creating a democratic public sphere through
political discussion. A case study of abortion converstation on the
Internet. Social Science Computer Review, 14 (4), 373-393.
Schneider, S.M. (1997). Expanding the public sphere through
computer-mediated communication: Political discussion about abortion in a
usenet newsgroup . s.l.: n.n.. (http://www.sunyit.com/~steve)
Shank, G. (1993). Abductive multiloguing. The semiotic dynamics of
navigating the net. The Arachnet Electronic Journal on Virtual Culture, 1
(1).
Wilhelm, A.G. (1999). Virtual sounding boards: how deliberative is online
political discussion?. In B.N. Hague, & B.D. Loader (Eds.), Digital
Democracy. Discourse and Decision Making in the Information Age (pp.
154-177).

terug naar inhoud Idee 1, 2002  http://www.d66.nl



_________________________________________________________________
MSN Foto's is de eenvoudigste manier om je foto's te delen en af te drukken:
http://photos.msn.nl/Support/WorldWide.aspx

**********
Dit bericht is verzonden via de informele D66 discussielijst (D66 at nic.surfnet.nl).
Aanmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SUBSCRIBE D66
Afmelden: stuur een email naar LISTSERV at nic.surfnet.nl met in het tekstveld alleen: SIGNOFF D66
Het on-line archief is te vinden op: http://listserv.surfnet.nl/archives/d66.html
**********



More information about the D66 mailing list