reactie/vraagje nav Vierde Nota Waterhuishouding

Henk Bosch Henk.Bosch at NET.HCC.NL
Thu Apr 15 17:47:04 CEST 1999


Beste Eddy Tulp,

Als hoofdingeland van een waterschap (dat is: lid van het dagelijks
bestuur) voel ik me aangesproken door uw bericht. Een paar
opmerkingen:
1) Waterschappen bestaan wel wat langer dan 1901. Met enig
zoeken zal men wel een waterschap vinden dat 1000 jaar bestaat.
Logisch, ze zijn begonnen als verenigingen van belanghebbenden
om gezamenlijk het water buiten de deur te houden. En daar zijn
de Nederlanders al lang geleden mee begonnen.
2) Taken van waterschappen zijn in de eerste plaats het water
buiten houden (dijken), verder het overtollige water afvoeren en voor
sommige waterschappen het onderhoud van lokale wegen. De
kosten worden omgeslagen over de ingelanden. Deze
financieringsvorm maakt het onwaarschijnlijk dat er een waterschap
in Nederland is dat rijk is. Het "mijne" is in ieder geval zo arm dat
fianciele ondersteuning is gevraagd van hogere overheden.
Verhogen van de tarieven was naar het oordeel van het DB niet
mogelijk.
3) De werking van waterschappen wordt "gestuurd" door het
beginsel "belang-betaling-zeggenschap" (BBB). Dit is een vorm van
democratie die weliswaar niet werkt volgens het 'one man - one
vote' maar wel zeer dicht bij de mensen komt (vanwege dat 'belang'
en de 'betaling'), iets wat D66'ers moet aanspreken.
4) De zin van deze aparte bestuursvorm naast Rijk, provincie en
gemeenten ligt naar mijn mening in het specialistische karakter van
de taken en de financieringsvorm. Overname door provincies is
natuurlijk denkbaar en een discussie daarover ook niet bij voorbaat
zinloos. Bij overdracht aan provincies moet er wel het e.e.a.
gebeuren. Zo zouden er m.i. provinciale diensten moeten komen
voor waterbeheersing (vergelijk Rijkswaterstaat op nationaal
niveau), moet de financiering worden geregeld (kosten omslaan
over alle Nederlanders, ook die op de zandgronden?? Ingelanden
van dure waterschappen zullen daar dankbaar voor zijn. Maar is het
wel een goede zaak gezien vanuit het standpunt van een optimale
economische allocatie? Is er verder een compensatie voor het
verlies aan democratie-dicht-bij-de-burger?
5) Eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat het met de democratie
althans in 'mijn' waterschap slecht is gesteld. Er is (nog) een
dictatuur van de meerderheid gevormd door agrarische belangen.
Dat schijnt overigens zo te zijn in veel waterschappen in westelijk
Nederland.
6) Ten slotte, en dan komen we dichter bij het uitgangspunt van uw
'vraagje/reactie' (zijnde de Vierde Nota), ben ik van mening dat met
de dreigende klimaatverandering (meer extremen), de verhoging van
de zeespiegel, de bodemdaling in ZW Nederland, de verdroging in
grote delen van Nederland en de daaraan gelieerde inklinking, water
steeds belangrijker wordt voor de ruimtelijke ordening van
Nederland. Ik zou daarom zeker niet op dit moment de
waterschappen 'wegdoen'. Dat is trouwens ook niet het standpunt
van D66, in ieder geval niet in Zuid-Holland.
Met. vr. groeten,

Henk Bosch

 From:                  "Eddy Tulp" <Eddy.Tulp at hsij.nl>
Organization:           Hogeschool IJselland
To:                     d66 at nic.surfnet.nl
Date sent:              Thu, 15 Apr 1999 09:44:51 +0200
Subject:                reactie/vraagje nav Vierde Nota Waterhuishouding
Priority:               normal

Beste Angelique/Marijke (en andere werkgroepleden)

Waar ik me de laatste jaren in toenemende mate over verbaas is
de separate positie in ons staatsbestel van de waterschappen.
Ontstaan bij de Waterstaatswet 1901 (of al eerder?) met
vooraleerst zeggenschap van de "ingelanden", later uitgebreid.
Waterschappen beschikken over hun eigen inkomstenstructuur,
eigen apparaat, eigen doelstellingen  etc. Ze zijn rijk.
Maar als de nood hoog is, is het een commissaris van de koningin
die coordineert en draait het rijk voor de (extra) kosten op.

In de Vierde Nota worden wederom taken toebedeeld aan deze
waterschappen.
Op het gevaar af dat deze vraag thans helemaal niet terzake is:
maar wordt het niet eens tijd om deze archaische bolwerken af te
schaffen? Ligt het niet veel meer in de rede van ons democratisch
bestel om de provincies met deze taken te belasten?  Wordt het er
dan allemaal niet veel eenvoudiger en doorzichtiger op?

Natuurlijk storen provinciale grenzen zich niet aan stroomgebieden,
maar dat lijkt mij een practisch probleem dat op andere gebieden
ook dmv. samenwerking wordt opgelost. Van groter belang lijkt mij
de helderheid in ons democratisch bestel en het takenpakket van
de provincies.

Wellicht dat dit eerder een vraag is die velen voor mij kunnen
beantwoorden, dan dat het een zaak is die aanhangig moet worden
gemaakt naar aanleiding van de Vierde Nota. Dan hoor ik dat wel
op deze lijst.

mvg,
eddy tulp



More information about the D66 mailing list